16 JANUARI 2003. - Koninklijk besluit tot toekenning van een Copernicuspremie aan bepaalde personeelsleden van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 14;

Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op de artikelen 119 en 121, gewijzigd bij de wet van 26 april 2002;

Gelet op de wet van 27 december 2000 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op artikel 4;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 10 juni 2002,

Overwegende dat het advies van de Adviesraad van burgemeesters niet regelmatig binnen de voorgeschreven termijn gegeven is en dat geen verzoek om verlenging van de termijn gedaan is, dat er bijgevolg aan is voorbijgegaan;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 11 september 2002;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 30 september 2002;

Gelet op het protocol Nr 132/3 van 27 mei 2002 van het gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat deze Copernicuspremie aan de betrokken personeelsleden al uitbetaald had moeten zijn tussen mei en juni 2002;

Overwegende dat bijgevolg zonder uitstel de nodige maatregelen moeten getroffen worden om de uitbetaling binnen de gestelde termijnen te waarborgen;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Met inbegrip van degenen die voor het behoud van hun oorspronkelijke rechtspositieregeling hebben geopteerd, zijn aan dit besluit onderworpen de personeelsleden van het administratief en logistiek kader van de politiediensten die behoren tot :

  1. niveau D (3 of 4) of C (2);

  2. niveau B (2+).

    Zijn evenwel niet onderworpen aan dit besluit de personeelsleden van het administratief en logistiek kader die hebben geopteerd voor het behoud van hun oorspronkelijke rechtspositieregeling van militair, zoals bedoeld in artikel 4, §2, van de wet van 27 december 2000 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.

    Voor de personeelsleden die in een graad van een niveau dat hoger...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT