22 AUGUSTUS 2006. - Wet houdende instemming met de Consulaire Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Russische Federatie, ondertekend te Moskou op 22 december 2004 (1) (2) (3)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2. De Consulaire Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Russische Federatie, ondertekend te Moskou op 22 december 2004, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 22 augustus 2006.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

K. DE GUCHT

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

Mevr. L. ONKELINX

Nota's

(1) Zitting 2005-2006.

Senaat :

Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 31 maart 2006, nr. 3-1651/1. - Verslag, nr. 3-1651/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 15 juni 2006. - Stemming, vergadering van 15 juni 2006.

Kamer :

Document. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 51-2559/1. Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-2559/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 13 juli 2006. - Stemming, vergadering van 13 juli 2006.

(2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/het Vlaamse Gewest van 27 juni 2008 (Belgisch Staatsblad van 26 augustus 2008), Decreet van de Franse Gemeenschap van 24 oktober 2008 (Belgisch Staatsblad van 5 december 2008 - Ed. 3), Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 23 maart 2009 (Belgisch Staatsblad van 17 april 2009 - Ed. 2), Decreet van het Waalse Gewest van 21 februari 2008 (Belgisch Staatsblad van 5 maart 2008), Ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 3 januari 2007)

(3) Overeenkomstig haar artikel 66 treedt deze overeezkomst in werking op 17 maart 2010.

Consulaire overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Russische Federatie

Het Koninkrijk België en de Russische Federatie, hierna te noemen « de Partijen »,

verlangend de vriendschapsbetrekkingen tussen beide Staten verder uit te bouwen, geleid door de wens het consulaire verkeer tussen beide Partijen te versterken met het oog op een meer afdoende bescherming van de rechten en belangen van hun onderdanen, hebben besloten deze Overeenkomst aan te gaan en zijn te dien einde het volgende overeengekomen :

HOOFDSTUK I. - Algemeen

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

  1. In deze Overeenkomst dient te worden verstaan onder :

    1. « consulaire post » : elk consulaat-generaal, consulaat, vice-consulaat of consulair agentschap;

    2. « consulair ressort » : het ambtsgebied dat aan een consulaire post is toegekend ter uitoefening van de consulaire werkzaamheden;

    3. « hoofd van de consulaire post » : de persoon die is aangewezen om in die hoedanigheid op te treden;

    4. « consulair ambtenaar » : iedere persoon, waaronder begrepen het hoofd van de consulaire post, aan wie in die hoedanigheid de uitoefening van consulaire werkzaamheden is opgedragen;

    5. « consulair bediende » : iedere persoon die werkzaam is bij de administratieve of technische dienst van een consulaire post;

    6. « lid van het bedienend personeel » : iedere persoon die werkzaam is bij de huishoudelijke dienst van een consulaire post;

    7. « leden van de consulaire post » : consulaire ambtenaren, consulairebedienden en leden van het bedienend personeel;

    8. « leden van het consulair personeel » : consulaire ambtenaren, met uitzondering van het hoofd van een consulaire post, consulaire bedienden en leden van het bedienend personeel;

    9. « lid van het particuliere personeel » : een persoon die uitsluitend in particuliere dienst van een lid van de consulaire post werkzaam is;

    10. « consulaire gebouwen » : de gebouwen of delen van gebouwen en de daarbij behorende terreinen, ongeacht wie daarvan de eigenaar is, die uitsluitend worden gebruikt voor de werkzaamheden van de consulaire post;

    11. « consulair archief » : alle bescheiden, stukken, briefwisseling, boeken, films, elektronische informatiedragers, audio- of video-opnames en registers van de consulaire post, alsmede het cijfer- en codeermateriaal, de zegels en stempels, de kaartsystemen en de meubels bestemd voor het beveiligen en opbergen van deze zaken;

    12. « schip van de zendstaat » : met uitzondering van oorlogsschepen, elk schip dat vaart onder de vlag van de zendstaat en aldaar geregistreerd is;

    13. « luchtvaartuig van de zendstaat » : elk vliegtuig dat in de zendstaat geregistreerd is en de kentekens van deze Staat mag voeren.

  2. Er bestaan twee categorieën consulaire ambtenaren : consulaire beroepsambtenaren en honoraire consulaire ambtenaren.

    HOOFDSTUK II. - Vestiging van de consulaire post, benoeming van de consulaire ambtenaren

    Vestiging van de consulaire post

    Artikel 2

  3. Een consulaire post van de zendstaat mag zonder de toestemming van de verblijfstaat niet op het grondgebied van die Staat worden gevestigd.

  4. De zetel, de klasse en het consulaire ressort van de consulaire post worden in onderling overleg door de zendstaat en de verblijfstaat vastgesteld.

  5. Daarna mag de zendstaat alleen met toestemming van de verblijfstaat wijzigingen met betrekking tot de zetel, de klasse of het consulaire ressort van de consulaire post aanbrengen.

  6. De toestemming van de verblijfstaat is eveneens vereist, wanneer een consulaat-generaal of een consulaat op een andere plaats dan die waar het gevestigd is, een vice-consulaat of een consulair agentschap wenst te openen.

  7. De voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van de verblijfstaat is vereist voor het openen van een bureau dat deel uitmaakt van de bestaande consulaire post, buiten de zetel van deze consulaire post.

    Benoeming en toelating van het hoofd van de consulaire post

    Artikel 3

  8. Vooraleer de zendstaat het hoofd van de consulaire post kan benoemen, moet hij voor de voorgedragen persoon langs diplomatieke weg de goedkeuring krijgen van de verblijfstaat.

  9. Zo de verblijfstaat geen toestemming verleent voor de benoeming van een persoon als hoofd van de consulaire post, is hij niet verplicht deze weigering ten aanzien van de zendstaat met redenen te omkleden.

  10. Zodra de zendstaat in kennis is gesteld van de toestemming voor de benoeming van het hoofd van de consulaire post, stelt de zendstaat het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de verblijfstaat langs diplomatieke weg in het bezit van de aanstellingsbrief van het posthoofd. Hierin staan vermeld : naam, voornamen, nationaliteit, klasse, het consulaire ressort en de zetel van de consulaire post.

  11. Na ontvangst van de aanstellingsbrief, stelt de verblijfstaat het hoofd van de consulaire post zo snel mogelijk in het bezit van het exequatur.

  12. Behalve in de gevallen als vermeld in lid 6 van dit artikel en in artikel 4, is het het hoofd van de consulaire post niet toegestaan zijn werkzaamheden uit te oefenen voordat hij in het bezit is gesteld van het exequatur.

  13. In afwachting van de verlening van het exequatur kan de verblijfstaat het hoofd van de consulaire post de toelating geven om voorlopig zijn werkzaamheden uit te oefenen. In dit geval, is het bepaalde in deze Overeenkomst van toepassing.

  14. Zodra het hoofd van de consulaire post, zij het voorlopig, is toegelaten tot de uitoefening van zijn werkzaamheden, stelt de verblijfstaat de bevoegde overheden van het consulaire ressort daarvan in kennis. De verblijfstaat zorgt er tevens voor dat de nodige maatregelen worden genomen om het hoofd van de consulaire post in staat te stellen zijn ambtelijke werkzaamheden te verrichten en aanspraak te maken op de in deze Overeenkomst vastgelegde behandeling.

    Tijdelijke uitoefening van de werkzaamheden van het hoofd van de consulaire post

    Artikel 4

  15. Indien het hoofd van de consulaire post niet in staat is zijn werkzaamheden uit te oefenen of indien zijn plaats open staat, kunnen de werkzaamheden van het hoofd van de consulaire post voorlopig worden vervuld door een waarnemend hoofd van de consulaire post.

  16. De naam en voornamen van het waarnemend hoofd van de consulaire post worden medegedeeld aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de verblijfstaat of aan de door dat ministerie aangestelde bevoegde overheid. Deze mededeling wordt gedaan door de diplomatieke zending van de zendstaat of, indien deze Staat in de verblijfstaat niet over een soortgelijke zending beschikt, door het hoofd van de consulaire post of wanneer deze daartoe niet in staat is, door een bevoegde overheid van de zendstaat. Als algemene regel geldt dat deze mededeling van te voren dient te worden gedaan. De verblijfstaat kan de toelating als waarnemend hoofd van de consulaire post, afhankelijk stellen van zijn goedkeuring wanneer het gaat om een persoon die geen diplomatiek of consulair ambtenaar van de zendstaat in de verblijfstaat is.

  17. De bevoegde overheden van de verblijfstaat verlenen het waarnemend hoofd van de consulaire post bijstand en bescherming. Zolang het waarnemend hoofd van de consulaire post met de leiding van de post is belast, is het bepaalde in deze Overeenkomst in dezelfde mate op hem van toepassing als op het hoofd van de desbetreffende consulaire post. De verblijfstaat is evenwel niet verplicht de persoon die de werkzaamheden van het hoofd van de consulaire post tijdelijk uitoefent, de faciliteiten, voorrechten en immuniteiten te verlenen die het hoofd van de consulaire post slechts geniet onder voorwaarden waaraan het waarnemend hoofd van de consulaire post niet voldoet.

  18. Wanneer een lid van het diplomatiek personeel van de diplomatieke zending van de zendstaat in de verblijfstaat overeenkomstig het bepaalde in het 1e lid van dit artikel wordt aangesteld als waarnemend hoofd van de consulaire post, blijft hij de voorrechten en immuniteiten genieten die hem op grond van zijn diplomatieke status worden verleend, op voorwaarde dat de zendstaat zich daartegen niet verzet.

    Benoeming van de leden van het consulaire personeel

    Artikel 5

  19. Onder voorbehoud van het bepaalde in de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT