1 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen, inzonderheid artikel 4bis, ingevoegd bij de wet van 15 mei 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 maart 1997 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige overtredingen inzake het vervoer over de weg van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij de koninklijk besluiten van 19 juli 2000, 11 december 2001 en 27 maart 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg, inzonderheid op artikel 6, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 december 2001 en 27 maart 2006 en op bijlage 2, vervangen door het koninklijk besluit van 27 maart 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2003 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en zijn uitvoeringsbesluiten, inzonderheid op artikel 6, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 september 2005;

Gelet op het advies van de Raadgevende Commissie Administratie-Nijverheid, gegeven op 24 januari 2006;

Gelet op de omstandigheid dat de Gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 26 april 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 26 juli 2006;

Gelet op het advies nr. 40.912/2/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Mobiliteit,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, kunnen enkel de controlebeambten belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, door de procureur-generaal bij het hof van beroep worden gemachtigd.

Art. 2. Onder de voorwaarden vastgesteld in artikel 4bis van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen kunnen de hierna vermelde inbreuken op de technische eisen waaraan elk voertuig te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen, vastgesteld tijdens technische controles langs de weg van bedrijfsvoertuigen die zijn ingeschreven in België of in het buitenland, aanleiding geven tot de inning, per inbreuk, van de bij die inbreuk aangegeven som :

  1. de inbreuken op artikel 24 van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen :

    -als de bestuurder van een in België ingeschreven of in het verkeer gebracht voertuig geen keuringsbewijs of een ander bewijsstuk (bv. vignet) kan voorleggen waaruit blijkt dat het bedrijfsvoertuig de verplichte technische controle van richtlijn 96/96/EG heeft ondergaan : 200 EUR;

    - als het voorgelegde keuringsbewijs vals is, werd vervalst of vernietigd of de erop voorkomende gegevens werden vervalst of vernietigd : 400 EUR;

    - als de bestuurder weigert het keuringsbewijs voor controle voor te leggen : 400 EUR;

  2. de inbreuken op punten 1.2.1 en 1.2.2 van bijlage 15 van het voornoemd koninklijk besluit van 15 maart 1968 :

    - als er een afwijking is van meer dan 30% in remkracht tussen het (de) linker en het (de) rechter wiel(en) op dezelfde as die niet gecompenseerd wordt op de gecombineerde assen : 600 EUR;

    - als een bedrijfsvoertuig of deel van een geleed voertuig of sleep onvoldoende remkracht heeft : 600 EUR;

    - als de remmen van een bedrijfsvoertuig of deel van een geleed voertuig of sleep niet zijn aangesloten : 600 EUR;

  3. de inbreuken op punt 2 van bijlage 15 van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen :

    - als er een gebrek is aan de stuurinrichting : 300 EUR;

  4. de inbreuken op punt 4 van bijlage 15 van het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT