3 FEBRUARI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, tot instelling van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, tot instelling van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 februari 2014.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

Mevr. M. DE CONINCK

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector

Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 2013

Instelling van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen (Overeenkomst geregistreerd op 22 mei 2013 onder het nummer 114987/CO/331)

Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad (CAO nr. 103 van de NAR) (koninklijk besluit van 25 augustus 2012 - Belgisch Staatsblad van 31 augustus 2012).

Art. 2. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en op alle werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (331).

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

§ 2. In uitvoering van artikel 2, § 3 van de CAO nr. 103 van de NAR kan het directiepersoneel en leidinggevend personeel conform de definitie in het kader van de sociale verkiezingen gebruik maken van de rechten uit de CAO nr. 103 van de NAR en deze collectieve arbeidsovereenkomst, mits akkoord van de werkgever.

Art. 3. Tijdskrediet zonder motief

De in artikel 2 genoemde werknemers hebben recht op een voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering gelijk aan een equivalent van maximum 12 maanden volledige schorsing van de arbeidsprestaties over de gehele loopbaan, zoals geregeld in de CAO nr. 103 van de NAR.

Art. 4. Tijdskrediet met motief 36 maanden

§ 1. 1° Het recht op voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5e loopbaanvermindering, als bedoeld in artikel 3, wordt uitgebreid met een bijkomend recht op voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5e loopbaanvermindering tot maximaal 36 maanden voor :

a° de in artikel 2 genoemde werknemers die hun arbeidsprestaties volledig schorsen, halftijds of met 1/5e verminderen om voor hun kind te zorgen tot de leeftijd van acht jaar; in geval van adoptie kan de schorsing van de arbeidsprestaties aanvangen vanaf de inschrijving in het bevolkings- of het vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer zijn woonplaats heeft.

Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds tijdskrediet of halftijdse loopbaanvermindering betreft en per minimumperiode van 6 maanden als het een 1/5e loopbaanvermindering betreft.

De periode waarvoor de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode waarvoor de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen vóór het tijdstip waarop het kind acht jaar wordt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, het document of de documenten tot staving van de gebeurtenis die het recht doet ontstaan, zoals bepaald in artikel 4, § 1, 1°, a°.

b° de in artikel 2 genoemde werknemers die hun arbeidsprestaties volledig schorsen, halftijds of met 1/5e verminderen voor het verlenen van palliatieve verzorging, zoals gedefinieerd in artikel 100bis, § 2 van de herstelwet van 22 januari 1985.

Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van één maand en kan per patiënt met één maand worden verlengd.

De werknemer verstrekt aan de werkgever...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT