Circulaire van 4 juni 2021 met betrekking tot de verplichting tot indiening van een prekwalificatiedossier in het kader van de CRM-veiling. - Toepassing van artikelen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 21 mei 2021 tot vaststelling van de ontvankelijkheidscriteria bedoeld in artikel 7undecies, § 8, eerste lid, 1° en 2°, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, wat betreft de voorwaarden waaronder de capaciteitshouders die genieten of genoten hebben van steunmaatregelen het recht hebben tot deelname aan de prekwalificatieprocedure en wat betreft de minimumdrempel in MW, de 4 juin 2021

Artikel M.

De Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie alsook de beleidsvoerders werden ter kennis gebracht dat er onduidelijkheid bestaat met betrekking tot het toepassingsgebied van de verplichting tot indiening van een prekwalificatiedossier in het kader van de CRM-veiling door de houders van bepaalde productiecapaciteiten die aan de ontvankelijkheidscriteria voldoen, bedoeld in artikel 7undecies, § 8, tweede lid, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt (hierna kortweg "elektriciteitswet"). Zo stelt zich de vraag of voornoemde verplichting eveneens onverkort zou gelden voor noodgeneratoren, zijnde de zogenaamde noodstroomgroepen die in eilandbedrijf kunnen werken bedoeld in artikel 2, 68° van de elektriciteitswet en dat in het licht van artikel 2 van het koninklijk besluit van 21 mei 2021 tot vaststelling van de ontvankelijkheidscriteria bedoeld in artikel 7undecies, § 8, eerste lid, 1° en 2°, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, wat betreft de voorwaarden waaronder de capaciteitshouders die genieten of genoten hebben van steunmaatregelen het recht hebben tot deelname aan de prekwalificatieprocedure en wat betreft de minimumdrempel in MW (hierna kortweg "KB Cumul en Minimumdrempel").

Met betrekking tot die verplichting tot indiening van een prekwalificatiedossier wordt in deze circulaire eveneens verduidelijkt wanneer dergelijke verplichting niet geldt omdat niet voldaan is aan de voorwaarden waaronder de capaciteitshouders die genieten of genoten hebben van steunmaatregelen, het recht hebben tot deelname aan de prekwalificatieprocedure.

In licht van bovenstaande bevat deze circulaire een aantal richtsnoeren voor de toepassing van de betreffende wet- en regelgeving, teneinde te remediëren aan hoger genoemde onduidelijkheden.

  1. WETTELIJKE BASIS

    Bij de wet van 22 april 2019 tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, teneinde een capaciteitsvergoedingsmechanisme in te stellen (1), werd een wettelijk kader voorzien voor de invoering van een capaciteitsvergoedingsmechanisme in België. De artikelen 5, 6, 7, 8, 9, 10 en 14 van de CRM-wet van 22 april 2019, die nog niet in werking waren getreden, werden opgeheven en vervangen bij de wet van 15 maart 2021 tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en tot wijziging van de wet van 22 april 2019 tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt teneinde een capaciteitsvergoedingsmechanisme in te stellen, door hetgeen bepaald in voornoemde wet van 15 maart 2021 die integraal in werking trad de tiende dag na diens bekendmaking op 19 maart 2021 in het Belgisch Staatsblad. Artikel 6 van de CRM-wet van 22 april 2019 dat voor het eerst een artikel 7undecies in de elektriciteitswet invoegde werd bijgevolg door de CRM-wet van 15 maart 2021 opgeheven (cfr. artikel 13 van de CRM-wet van 15 maart 2021) en tegelijkertijd werd een nieuw artikel 7undecies in de elektriciteitswet ingevoegd (cfr. artikel 4 van de CRM-wet van 15 maart 2021).

    Artikel 7undecies, § 8, tweede lid, van de elektriciteitswet voorziet in een verplichting tot deelname aan de CRM prekwalificatieprocedure voor alle houders van productiecapaciteiten die gelokaliseerd zijn in de Belgische regelzone en die voldoen aan de ontvankelijkheidscriteria en luidt als volgt:

    "Iedere houder van productiecapaciteit gelokaliseerd in de Belgische regelzone die voldoet aan de ontvankelijkheidscriteria bedoeld in het eerste lid, is verplicht om een prekwalificatiedossier in te dienen."

    Overeenkomstig de parlementaire voorbereidende werkzaamheden heeft bovenstaande bepaling tot doel om een inschatting mogelijk te maken van en een voorbereiding op het te verwachten aanbod in de veiling (2). De (verplichte) deelname aan de prekwalificatie is dus...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT