15 MAART 2004. - Wet houdende instemming met het Protocol van Cartagena inzake bioveiligheid bij het Verdrag inzake biologische diversiteit, en met de Bijlagen, gedaan te Montreal op 29 januari 2000 (1) (2)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2. Het Protocol van Cartagena inzake bioveiligheid bij het Verdrag inzake biologische diversiteit, en de Bijlagen, gedaan te Montreal op 29 januari 2000, zullen volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 15 maart 2004.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

L. MICHEL

De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Overheidsbedrijven,

J. VANDE LANOTTE

De Minister van Werk,

F. VANDENBROUCKE

De Minister van Ontwikkelingssamenwerking,

M. VERWILGHEN

De Minister van Volksgezondheid,

R. DEMOTTE

De Minister van Wetenschapsbeleid,

Mevr. F. MOERMAN

De Minister van Mobiliteit,

B. ANCIAUX

De Minister van Landbouw,

Mevr. S. LARUELLE

De Minister van Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling,

Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

Mevr. L. ONKELINX

_______

Nota's

(1) Zitting 2003-2004

Senaat :

Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 22 oktober 2003, nr. 3-278/1.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 6 november 2003. - Stemming, vergadering van 6 november 2003.

Kamer :

Document. - Tekst overgezonden door de Senaat, nr. 51-412/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-412/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 27 november 2003. - Stemming, vergadering van 27 november 2003.

(2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 februari 2004 (Belgisch Staatsblad van 9 maart 2004), Decreet van de Franstalige Gemeenschap van 8 mei 2003 (Belgisch Staatsblad van 26 mei 2003), Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 7 oktober 2002 (Belgisch Staatsblad van 15 november 2002), Ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 18 december 2003 (Belgisch Staatsblad van 27 januari 2004), Decreet van het Waalse Gewest van 13 november 2002 (Belgisch Staatsblad van 4 december 2002),Ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest van 3 april 2003 (Belgisch Staatsblad van 28 april 2003)

Protocol van Cartagena inzake bioveiligheid bij het Verdrag inzake biologische diversiteit

De Partijen bij dit protocol,

Partijen bij het Verdrag inzake biologische diversiteit, hierna « het verdrag » te noemen,

Herinnerend aan artikel 19, leden 3 en 4, artikel 8, onder g), en artikel 17 van het verdrag,

Tevens herinnerend aan besluit II/5 van 17 november 1995 van de conferentie van de partijen bij het verdrag betreffende de ontwikkeling van een protocol inzake bioveiligheid, waarbij met name de nadruk ligt op de grensoverschrijdende verplaatsing van veranderde levende organismen, voortgekomen uit de moderne biotechnologie, die nadelige gevolgen kunnen hebben voor het behoud en het duurzame gebruik van de biologische diversiteit en waarin met name wordt gestreefd naar passende procedures voor voorafgaande geïnformeerde instemming,

Opnieuw bevestigende de voorzorgbenadering die is opgenomen in beginsel 15 van de Verklaring van Rio inzake milieu en ontwikkeling,

Zich bewust van de snelle expansie van de moderne biotechnologie en de toenemende bezorgdheid bij het publiek over de mogelijke schadelijke gevolgen daarvan voor de biologische diversiteit, mede rekening houdend met de risico's voor de gezondheid van de mens,

Erkennende dat de moderne biotechnologie grote mogelijkheden voor het welzijn van de mens biedt, mits deze met afdoende veiligheidsmaatregelen voor het milieu en de gezondheid van de mens wordt ontwikkeld en gebruikt,

Tevens erkennende de cruciale betekenis voor de mensheid van centra van oorsprong en centra van genetische diversiteit,

Rekening houdende met de beperkte mogelijkheden van veel landen, met name ontwikkelingslanden, om het hoofd te bieden aan de aard en de omvang van de bekende en potentiële risico's in verband met veranderde levende organismen,

Erkennende dat overeenkomsten inzake handel en milieu elkaar moeten ondersteunen teneinde tot een duurzame ontwikkeling te komen,

Benadrukkende dat dit protocol niet mag worden uitgelegd als een verandering in de rechten en verplichtingen van een partij krachtens bestaande internationale overeenkomsten,

Overwegende dat deze preambule niet bedoeld is om dit protocol ondergeschikt te maken aan andere internationale overeenkomsten,

zijn het volgende overeengekomen :

Artikel 1

Doelstelling

Overeenkomstig de voorzorgbenadering die is opgenomen in beginsel 15 van de Verklaring van Rio inzake milieu en ontwikkeling heeft dit protocol als doelstelling bij te dragen tot een afdoende beschermingsniveau op het gebied van de veilige overdracht, de veilige behandeling en het veilige gebruik van veranderde levende organismen, voortgekomen uit de moderne biotechnologie, die nadelige gevolgen kunnen hebben voor het behoud en het duurzame gebruik van de biologische diversiteit, waarbij ook rekening wordt gehouden met de risico's voor de gezondheid van de mens en specifiek de nadruk ligt op grensoverschrijdende verplaatsingen.

Artikel 2

Algemene bepalingen

  1. Elke partij neemt de nodige en afdoende wettelijke, bestuursrechtelijke en andere maatregelen om aan haar verplichtingen krachtens dit protocol te voldoen.

  2. De partijen waarborgen dat de ontwikkeling, de behandeling, het vervoer, het gebruik, de overdracht en de introductie van veranderde levende organismen op zodanige wijze gebeuren dat risico's voor de biologische diversiteit, mede rekening houdend met de risico's voor de gezondheid van de mens, worden voorkomen of beperkt.

  3. Niets in dit protocol doet op enigerlei wijze afbreuk aan de soevereiniteit van staten over hun territoriale wateren, vastgesteld overeenkomstig het internationale recht, aan de soevereine rechten en de rechtsmacht die de staten overeenkomstig het internationale recht in hun exclusieve economische zone en op hun continentale plat hebben, of aan de uitoefening door schepen en luchtvaartuigen van alle staten van het recht op en de vrijheid van navigatie, zoals bepaald in het internationale recht en neergelegd in de desbetreffende internationale instrumenten.

  4. Niets in dit protocol wordt uitgelegd als een beperking van het recht van een partij om maatregelen te nemen die het behoud en het duurzame gebruik van de biologische diversiteit meer beschermen dan in dit protocol wordt bepaald, mits deze maatregelen verenigbaar zijn met de doelstelling en de bepalingen van dit protocol en in overeenstemming zijn met andere verplichtingen van die partij krachtens het internationale recht.

  5. De partijen worden aangemoedigd waar mogelijk rekening te houden met de beschikbare deskundigheid, instrumenten en werkzaamheden in het kader van internationale organen met bevoegdheden op het gebied van risico's voor de gezondheid van de mens.

    Artikel 3

    Gebruikte termen

    Voor de toepassing van dit protocol wordt verstaan onder :

    1. « conferentie van de partijen » : de conferentie van de partijen bij het verdrag;

    2. « ingeperkt gebruik » : elke activiteit, uitgevoerd binnen een inrichting, een installatie of een andere fysieke constructie, waarbij veranderde levende organismen betrokken zijn die worden gecontroleerd door specifieke maatregelen waardoor hun contact met en effecten op het buitenmilieu op effectieve wijze worden beperkt;

    3. « uitvoer » : een doelbewuste grensoverschrijdende verplaatsing vanuit een partij naar een andere partij;

    4. « uitvoerder » : een natuurlijke of rechtspersoon, onder de rechtsmacht van de partij van uitvoer, die de uitvoer van een veranderd levend organisme regelt;

    5. « invoer » : een doelbewuste grensoverschrijdende verplaatsing naar een partij vanuit een andere partij;

    6. « invoerder » : een natuurlijke of rechtspersoon, onder de rechtsmacht van de partij van invoer, die de invoer van een veranderd levend organisme regelt;

    7. « veranderd levend organisme » : een levend organisme dat een nieuwe combinatie van genetisch materiaal bezit, die is verkregen door het gebruik van moderne biotechnologie;

    8. « levend organisme » : een biologische entiteit die in staat is genetisch materiaal over te dragen of te repliceren, met inbegrip van steriele organismen, virussen en viroïden;

    9. « moderne biotechnologie » : de toepassing van :

    10. in-vitrotechnieken met nucleïnezuur, met inbegrip van recombinant deoxyribonucleïnezuur (DNA) en de directe injectie van nucleïnezuur in cellen of organellen, of

    11. fusie van cellen die niet tot dezelfde taxonomische familie behoren, waardoor natuurlijke fysiologische barrières voor reproductie en recombinatie worden overwonnen en die niet behoren tot de technieken die bij traditionele kweek- en selectiemethoden worden gebruikt;

    12. « regionale organisatie voor economische integratie » : een door soevereine staten in een bepaalde regio opgerichte organisatie, waaraan haar lidstaten bevoegdheden hebben overgedragen ten aanzien van de in dit protocol geregelde aangelegenheden en die, in overeenstemming met haar interne procedures, naar behoren gemachtigd is dit protocol te ondertekenen, te bekrachtigen, te aanvaarden, goed te keuren dan wel hiertoe toe te treden;

    13. « grensoverschrijdende verplaatsing » : de verplaatsing van een veranderd levend organisme vanuit een partij naar een andere partij, met uitzondering van grensoverschrijdende verplaatsing in de zin van de artikelen 17 en 24 waaronder tevens verplaatsingen tussen partijen en staten die geen partij zijn vallen.

    Artikel 4

    Werkingssfeer

    Dit protocol is van toepassing op de grensoverschrijdende verplaatsing, de doorvoer, de behandeling en het gebruik van alle veranderde levende organismen die nadelige gevolgen kunnen hebben voor het behoud en het duurzame gebruik van de biologische diversiteit, waarbij ook rekening wordt gehouden met de risico's...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT