4 APRIL 2014. - Wet houdende de invoeging van Boek XVI, 'Buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen' in het Wetboek van economisch recht (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Het Wetboek van economisch recht

Art. 2. In boek I, titel 2, van het Wetboek van economisch recht wordt een hoofdstuk 11 ingevoegd, luidende :

"Hoofdstuk 11. Definities eigen aan boek XVI.

Art. I.19. "Voor de toepassing van Boek XVI gelden de volgende definities :

  1. handelsvereniging, beroepsorde of organisatie : vereniging die uitsluitend of hoofdzakelijk het bestuderen, het beschermen en het bevorderen van de professionele of interprofessionele belangen van zijn leden tot doel heeft;

  2. consumentengeschil : elk geschil tussen een consument en een onderneming met betrekking tot de uitvoering van een verkoop- of dienstenovereenkomst of tot het gebruik van een product;

  3. buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen : elke tussenkomst van een door de overheid opgerichte entiteit of van een onafhankelijke private entiteit die een oplossing voorstelt of oplegt of die partijen bijeenbrengt met het oog op de regeling van het consumentengeschil;

  4. gekwalificeerde entiteit : elke private of door een publieke overheid opgerichte entiteit die aan buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen doet en die voorkomt op de lijst die de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie opstelt en notificeert aan de Europese Commissie in uitvoering van de Richtlijn 2013/11/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 en Richtlijn 2009/22/EG.

    Art. 3. In hetzelfde Wetboek wordt een boek XVI ingevoegd, luidende :

    "Boek XVI. - Buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen

    Titel 1. Algemene bepaling

    Art. XVI.1. Dit boek geeft omzetting aan :

  5. Richtlijn 2013/11/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 en Richtlijn 2009/22/EG;

  6. sommige bepalingen van Richtlijn 2006/123/EG van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt.

    Titel 2. De behandeling van klachten door de ondernemingen

    Art. XVI.2. Teneinde de consument toe te laten bij een onderneming rechtstreeks een klacht in te dienen of informatie te vragen in verband met een reeds afgesloten overeenkomst, verstrekt de onderneming daartoe, aanvullend op de gegevens bedoeld in artikel III.74, en wanneer een terzake bevoegde dienst bestaat, diens telefoon- en faxnummer en elektronisch adres. Deze dienst mag in zijn benaming geen verwijzing maken naar de termen "ombuds", "bemiddeling", "verzoening", "arbitrage" "gekwalificeerde entiteit" of "buitengerechtelijke geschillenregeling".

    Art. XVI.3. De onderneming reageert zo snel mogelijk op de in artikel XVI.2, bedoelde klachten en stelt alles in het werk om een bevredigende oplossing te vinden.

    Art. XVI.4. § 1. Wanneer een onderneming door een wettelijke of reglementaire bepaling, door een gedragscode die ze heeft onderschreven, als gevolg van het lidmaatschap van een handelsvereniging, een beroepsorganisatie of een beroepsorde of op grond van een bepaling uit haar eigen algemene of bijzondere verkoopsvoorwaarden gehouden is tot buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen, brengt zij de consument hiervan op de hoogte op een heldere, begrijpelijke en makkelijk toegankelijke manier.

    § 2. De inlichtingen bedoeld in de vorige paragraaf geven aan hoe gedetailleerde informatie kan worden verkregen over de kenmerken en de toepassingsvoorwaarden van deze buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen en vermelden de contactgegevens en het adres van de website van de betrokken gekwalificeerde entiteit.

    Desgevallend worden deze inlichtingen hernomen op de website en in de algemene verkoopsvoorwaarden van de onderneming.

    § 3. Wanneer een consumentengeschil binnen een redelijke termijn geen oplossing krijgt in toepassing van artikel XVI.3, verstrekt de onderneming op eigen initiatief aan de consument de inlichtingen bedoeld in de paragrafen 1 en 2 en vermeldt hierbij of zij gebonden is tot dan wel bereid is beroep te doen op een buitenrechtelijke regeling van het consumentengeschil met vermelding van de coördinaten van de bevoegde entiteit. Er wordt tevens meegedeeld of deze entiteit een gekwalificeerde entiteit is.

    Deze inlichtingen worden schriftelijk of op een andere duurzame gegevensdrager verstrekt.

    § 4. De onderneming heeft de plicht aan te tonen dat er aan de eisen voorzien in de artikelen XVI.2 tot XVI.4, §§ 1 en 2 is voldaan en dat de verstrekte informatie juist is.

    Titel 3 : De Consumentenombudsdienst

    Hoofdstuk 1. Oprichting en opdrachten

    Art. XVI.5. Er wordt een autonome openbare dienst met rechtspersoonlijkheid opgericht, de "Consumentenombudsdienst" genaamd, bestaande uit een contactpunt en een dienst voor de buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen.

    Art. XVI.6. De Consumentenombudsdienst is belast met de volgende opdrachten :

  7. de consumenten en ondernemingen inlichten over hun rechten en plichten, in het bijzonder over de mogelijkheden van buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen;

  8. elke aanvraag tot buitengerechtelijke regeling van een consumentengeschil in ontvangst nemen en hetzij bezorgen aan de terzake bevoegde gekwalificeerde entiteit, hetzij zelf behandelen;

  9. zelf optreden in elke aanvraag tot buitengerechtelijke regeling van een consumentengeschil, waarvoor geen andere gekwalificeerde entiteit bevoegd is.

    Art. XVI.7. De Consumentenombudsdienst stelt jaarlijks een verslag op over de vervulling van zijn opdrachten ter attentie van de minister.

    De Koning bepaalt de modaliteiten en inhoud van het verslag.

    Hoofdstuk 2. Werking

    Art. XVI.8. § 1. De Consumentenombudsdienst wordt beheerd en vertegenwoordigd door een Directiecomité dat bestaat uit de volgende tien leden :

  10. de twee leden van de "ombudsdienst voor telecommunicatie", als bedoeld in artikel 43bis, § 1, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;

  11. de twee leden van de "ombudsdienst voor de postsector", als bedoeld in artikel 43ter, § 1, van voornoemde wet;

  12. de twee leden van de "ombudsdienst voor energie", als bedoeld in artikel 27, § 1, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt;

  13. de twee leden van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT