Paritair Comité voor het bouwbedrijf. - Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 maart 1993. - Toekenning van een vakantiegeld aan sommige gepensioneerde of invalide werklieden (Overeenkomst geregistreerd op 24 mei 1993 onder het nummer 32.594/CO/124)., de 18 mars 1993
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werklieden, die wanneer zij de wettelijke pensioengerechtigde leeftijd bereiken of waarop de aan hun toestand van invaliditeit voorafgaande arbeidsonderbreking begon, in dienst waren van een onderneming die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteert, met uitzondering van de ondernemingen met publiekrechterlijke persoonlijkheid.
HOOFDSTUK II. - Recht op vakantiegeld van de gepensioneerde werklieden.
Art. 2. Het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf keert een jaarlijks vakantiegeld uit aan gepensioneerde werklieden van ten minste 60 jaar, die tijdens hun vakantiedienstjaar recht hebben op een rustpensioen, toegekend overeenkomstig de wettelijke bepalingen betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers.
Art. 3. Om recht te hebben op het vakantiegeld, moeten de in artikel 2 bedoelde gepensioneerden, gelijktijdig volgende voorwaarden vervullen:
-
ten minste 15 jaar van hun beroepsloopbaan doorgebracht hebben in dienst van één of meerdere bedrijven bedoeld in artikel 1;
-
het bewijs leveren dat hun laatste werkgever vóór zij op pensioen werden gesteld een in artikel 1 bedoelde onderneming was;
-
ten minste 5 legitimatiekaarten "rechthebbende" hebben ontvangen tijdens de laatste 10 jaar die aan de opruststelling voorafgaan of 7 legitimatiekaarten "rechthebbende" tijdens de laatste 15 jaren die aan de opruststelling voorafgaan.
Art. 4. De weduwe van een overleden gerechtigde die het recht op vakantiegeld "gepensioneerden" had verworven, kan aanspraak maken op het vakantiegeld "weduwen" voor het jaar van het overlijden en zal nadien een jaarlijks vakantiegeld ontvangen die gelijk is aan 60 pct. van het vakantiegeld "weduwen".
De toekenning van dit voordeel vervalt bij een nieuw huwelijk.
In uitbreiding van hetgeen voorafgaat:
-
kan de weduwe van een bouwvakarbeider, overleden tussen de ouderdom van 60 en 65 jaar, van dezelfde voordelen genieten als deze voorzien voor de weduwe van een werkman overleden wanneer hij op pensioen was gesteld, op voorwaarde het bewijs te leveren dat, op het ogenblik van het overlijden, haar echtgenoot aan de voorwaarden voldeed die aan de gepensioneerde werklieden zijn opgelegd door artikel 3;
-
kan de weduwe van een bouwvakarbeider, slachtoffer van een dodelijk arbeidsongeval, dezelfde voordelen genieten als deze voorzien voor een weduwe van een werkman...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI