Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende het statuut van de syndicale afgevaardigden. (Overeenkomst geregistreerd op 17 juni 1998 onder het nummer 48414/CO/124)., de 30 avril 1998

HOOFDSTUK I. - Algemene beginselen.

Artikel 1. De partijen die deze collectieve arbeidsovereenkomst ondertekenden, gelet op de wederzijdse aanvaarding van het syndicaal feit, gelet ook op de representatieve waarde van de leden die zij groeperen en overwegende dat die behoren tot een sector waarvan de activiteit zodanig verschillende aspecten en structuren vertoont dat op grond daarvan bijzondere bepalingen op sociaal gebied noodzakelijk zijn en met name wat de syndicale afvaardigingen betreft, hebben in gezamenlijk overleg dienaangaande aangepaste bepalingen vastgelegd.

Art. 2. De werknemers erkennen de noodzakelijkheid van een wettig gezag van de ondernemingshoofden en zij maken er een erepunt van hun werk plichtsgetrouw uit te voeren.

De werkgevers eerbiedigen de waardigheid van de werknemers en zij maken er een erepunt van hen met rechtvaardigheid te behandelen. Zij verplichten zich er toe hun vrijheid van vereniging en de uitbreiding van hun organisatie in de onderneming direct.

Art. 3. De werkgevers mogen generlei druk uitoefenen op het personeel om te beletten bij een vakbond aan te sluiten en mogen aan de ongeorganiseerde werknemers geen andere voorrechten toekennen dan aan de georganiseerde werknemers.

De vakorganisaties van de werknemers verbinden er zich toe, onder eerbiediging van de vrijheid van vereniging, in de ondernemingen de praktijken van paritaire verhoudingen die met de geest van deze overeenkomst stroken, te doen in acht nemen.

HOOFDSTUK II. - Installatievoorwaarden.

Art. 4. Vallen onder toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst de bedrijven die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (PCB) en aan volgende voorwaarden voldoen : gedurende het kalenderjaar dat aan de installatie van een syndicale afvaardiging voorafgaat ten minste gemiddeld 30 arbeiders tewerkstellen, van wie minstens 10 pct. lid zijn van één van de vakorganisaties die de overeenkomst ondertekenden, dit quorum van 10 pct. is vereist voor iedere vakorganisatie die wil deelnemen aan de samenstelling van een syndicale afvaardiging.

Worden beschouwd als zijnde " tewerkgesteld " in de zin die daaraan is vorig lid wordt gegeven, de personen die met een arbeidsovereenkomst of leerovereenkomst verbonden zijn met de werkgever.

De syndicale afvaardiging houdt op te bestaan twaalf maanden na het kalenderjaar waarin de gemiddelde personeelsbezetting voortdurend beneden 30 arbeiders is gebleven. De werkgever dient deze toestand aangetekend kenbaar te maken aan de vakorganisatie(s) welke de afgevaardigde(n) heeft(hebben) aangeduid.

Art. 5. § 1. Gelet op de uiteenlopende feitelijke toestanden die zich kunnen voordoen, dient men in ieder geval na te gaan of, op grond van de werkelijke structuren, een vakbondsafvaardiging moet worden ingesteld op het niveau van de bouwplaatsen of op het niveau van de onderneming.

§ 2. In de ondernemingen die 30 tot 39 werklieden tewerkstellen, mag een vakbondsafvaardiging enkel op het niveau van de onderneming ingesteld worden.

§ 3. Wanneer de onderneming blijvend naar streek of zone is ingedeeld dan kunnen de vakbondsafvaardigingen dienovereenkomstig worden ingesteld en dit, onverminderd de bepalingen van § 2.

Hetzelfde geldt voor de bouwplaatsen waarvoor de installatie van een vakbondsafvaardiging wegens de lange bouwtijd en het hoge aantal aldaar tewerkgestelde arbeiders gerechtvaardigd is : er moet een vakbondsafvaardiging kunnen worden ingesteld zodra het gaat om een bouwplaats waarvoor mag verwacht worden dat daarop gedurende ten minste 6 maanden 40 of meer arbeiders zullen tewerkgesteld zijn. Hetzelfde geldt wanneer het gaat om een bouwplaats van een tijdelijke vereniging.

§ 4. Wanneer in eenzelfde bedrijf verscheidene vakbondsafvaardigingen tegelijkertijd werken dan zullen, in onderling overleg tussen de bedrijfsdirectie en de vakbondsafvaardigingen, geschikte maatregelen moeten genomen worden met het oog op de nodige coördinatie bij het vervullen van de taken en opdrachten welke aan de vakbondsafvaardigingen van eenzelfde bedrijf de mogelijkheid is geboden om met de bedrijfsdirectie ten minste eenmaal per kwartaal samen te komen. Een dergelijke vergadering wordt noodzakelijkerwijze eenmaal per jaar gehouden met dien verstande ook dat men in de plaats van de kwartaalvergadering ieder kwartaal alle nuttige inlichtingen kan mededelen die door de directie, gecentraliseerd ofwel gedecentraliseerd zouden worden verstrekt.

Art. 6. Het aantal leden per syndicale afvaardiging wordt vastgesteld zoals hierna wordt aangegeven :

- 30 tot 49 werklieden : 2 afgevaardigden

- 50 tot 100 werklieden : 3 afgevaardigden

- 101 tot 250 werklieden : 6 afgevaardigden

- 251 tot 500 werklieden : 10 afgevaardigden

- meer dan 500 werklieden : 14 afgevaardigden

Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 5, § 3, zo er terzelfdertijd verscheidene syndicale afvaardigingen ingesteld op bouwplaatsniveau werken, dan geeft de optelling van alle aldus aangewezen afgevaardigden het totale aantal afgevaardigden.

HOOFDSTUK III. - Voorwaarden tot uitoefening van de functie.

Art. 7. Om de functie van vakbondsafgevaardigde te kunnen vervullen, moet de betrokkene aan de volgende voorwaarden voldoen :

  1. Belg zijn of onderdaan van een Lidstaat van de Europese Unie of, voor de vreemdelingen van andere nationaliteit, sedert ten minste drie jaar regelmatig in België verblijven;

  2. ten minste 18 jaar oud zijn op 31 december van het jaar dat de aanwijzing voorafgaat en het bewijs leveren houder te zijn van ten minste één legitimatiekaart " rechthebbende " (niet noodzakelijkerwijs deze van het lopende dienstjaar);

  3. sedert ten minste 6 maanden behoren tot het personeel dat door de syndicale afvaardiging zal moeten vertegenwoordigd worden;

  4. voorgesteld zijn door één van de vakorganisaties die de overeenkomst ondertekenden;

  5. voor de afgevaardigden in de ondernemingen met 30 tot 49 arbeiders : bij voorkeur gekozen worden onder de arbeiders die ten minste de kwalificatie van geschoolde van de 1e graad hebben.

Art. 8. § 1. Wanneer aan de in artikel 4 bepaalde voorwaarden wordt voldaan in verband met de installatie van een syndicale afvaardiging, berust het initiatief voor die installatie bij de vakorganisaties.

De vakorganisatie die de bedoeling heeft afgevaardigden voor te dragen kan te dien einde, vanwege de werkgever, de lijst van het in de onderneming tewerkgesteld arbeiderspersoneel bekomen.

Als zij na voorafgaand onderling overleg te hebben gepleegd zich akkoord verklaren over het aantal van hun respectieve vertegenwoordigers, worden de namen van de arbeiders waaruit de aldus vastgestelde afvaardiging bestaat, per aangetekend schrijven meegedeeld aan de betrokken werkgever.

Gelijktijdig wordt een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT