16 MAART 2008. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de arbeidsrechtbank te Eupen

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op de artikelen 81 tot en met 83, 86 tot en met 93, 95, 96, 334 tot en met 339;

Gelet op de wet van 23 september 1985 betreffende het gebruik van het Duits in gerechtszaken en betreffende de rechterlijke organisatie, gewijzigd bij de wet van 3 augustus 1988;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 augustus 1988 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de arbeidsrechtbank te Eupen;

Gelet op het advies van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Luik, van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Luik, van de procureur-generaal te Luik, van de voorzitter van de arbeidsrechtbanken te Verviers en Eupen, van de arbeidsauditeur te Verviers en Eupen, van de hoofdgriffier van de arbeidsrechtbanken te Verviers en Eupen en van de stafhouder van de Orde van advocaten te Eupen;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. De arbeidsrechtbank te Eupen bestaat uit drie kamers.

De eerste kamer neemt kennis van alle zaken genoemd in de artikelen 578 tot 580 en in het artikel 583 van het Gerechtelijk Wetboek.

Zij neemt ook kennis van de verwijzing na cassatie.

De tweede kamer neemt kennis van alle zaken genoemd in de artikelen 581 en 582 van het Gerechtelijk Wetboek.

De derde kamer neemt kennis van de zaken bepaald bij titel IV van het vijfde deel van het Gerechtelijk Wetboek genoemd ´ De collectieve schuldenregeling ª alsmede van de geschillen bedoeld bij artikel 52, ß 3, van de gecoˆrdineerde wet van 14 juli 1994 met betrekking tot de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkering.

Art. 2. De zittingen van de rechtbank worden gehouden te Eupen, Klˆtzerbahn 27, om 14 u. 30 m.

De eerste kamer houdt zitting op elke donderdag van de maand, om 14 u. 30 m., uitgezonderd de 3e donderdag.

De tweede kamer houdt zitting op de derde donderdag van de maand, om 14 u. 30 m.

De derde kamer houdt zitting op de tweede en vierde dinsdag van de maand, om 14 u. 30 m.

De zittingen tot minnelijke schikking en de zittingen van de voorzitter van de rechtbank, zitting houdend in kort geding, worden gehouden op de eerste en derde donderdag van de maand, om 14 uur.

Art. 3. De kamers kunnen, mits toestemming van de voorzitter van de rechtbank die vooraf het advies van de arbeidsauditeur en de hoofdgriffier inwint, naar gelang van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT