4 MAART 2008. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de arbeidsrechtbank te Marche-en-Famenne

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 81, gewijzigd bij de wetten van 30 juni 1971, 26 juli 1990 en 7 mei 1999, op de artikelen 82, 83 en 86, op artikel 86bis, ingevoegd bij de wet van 10 februari 1998, op artikel 87, gewijzigd bij de wet van 15 juli 1970, op artikel 88, gewijzigd bij de wet van 15 juli 1970, op artikel 89, gewijzigd bij de wet van 17 februari 1997, op artikel 90, gewijzigd bij de wet van 22 december 1998, en op de artikelen 93, 95 en 96;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 april 1992 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de arbeidsrechtbank te Marche-en-Famenne;

Gelet op de adviezen van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Luik, van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Luik, van de procureur-generaal te Luik, van de voorzitter van de arbeidsrechtbank te Marche-en-Famenne, van de arbeidsauditeur te Marche-en-Famenne, van de hoofdgriffier van de arbeidsrechtbank te Marche-en-Famenne en van de stafhouder van de Orde van advocaten te Marche-en-Famenne;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. § 1. De arbeidsrechtbank te Marche-en-Famenne bestaat uit zeven kamers.

De zaken worden voor de eerste kamer ingeleid.

De tweede kamer neemt kennis van de zaken bepaald in het Gerechtelijk Wetboek bij artikel 578 wanneer zij arbeiders betreffen, bij de artikelen 579 en 580 wanneer die zaken werknemers betreffen en bij artikel 583 wanneer het de toepassing betreft van administratieve sancties op werkgevers en ziekenfondsen.

De derde kamer neemt kennis van de zaken bepaald in het Gerechtelijk Wetboek bij artikel 578 wanneer zij bedienden betreffen, bij artikel 579, samen met de tweede kamer, en bij artikel 582, 3° en 4°.

De vierde kamer neemt kennis van de zaken bepaald in het Gerechtelijk Wetboek bij artikel 580 wanneer zij zelfstandigen betreffen, bij artikel 581, en bij artikel 583 wanneer het de toepassing betreft van administratieve sancties op zelfstandigen en ziekenfondsen.

De vijfde kamer neemt kennis van de zaken bepaald in het Gerechtelijk Wetboek bij artikel 582, 1° en 2°.

De zesde kamer neemt kennis van de geschillen bedoeld in artikel 34ter, § 4, van de wet van 9 augustus 1963, gewijzigd bij de wetten van 26 maart 1970 en 8 augustus 1980, tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte ziekte-...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT