25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 november 2006 betreffende het statuut, de loopbaan en de bezoldigingsregeling van het gerechtspersoneel

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, artikel 108;

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, de artikelen 177, § 2, vijfde lid,178 en 330quater, § 1, tweede lid, vervangen bij de wet van 25 april 2007;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 maart 1996 houdende vereenvoudiging van de loopbaan en vaststelling van de bezoldigingsregeling van sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht bijstaan;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 november 2006 betreffende het statuut, de loopbaan en de bezoldigingsregeling van het gerechtspersoneel;

Gelet op de adviezen van de inspecteur van Financiën, gegeven op 4 november 2013 en 11 december 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, d.d. 12 december 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, d.d. 13 december 2013;

Gelet op het protocol nr. 404 houdende de besluiten van de onderhandelingen van Sectorcomité III- Justitie, gesloten op 19 december 2013;

Gelet op het protocol nr. 22 houdende de besluiten van de onderhandeling in het onderhandelingscomité voor de griffiers, referendarissen en parketjuristen van de rechterlijke orde, gesloten op 19 december 2013;

Gelet op advies 55.032/3 van de Raad van State, gegeven op 6 februari 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Justitie, van de Minister belast met Ambtenarenzaken en van de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. In artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 10 november 2006 betreffende het statuut, de loopbaan en de bezoldigingsregeling van het gerechtspersoneel, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 december 2009, wordt de bepaling onder 6° opgeheven.

Art. 2. Artikel 8 van hetzelfde besluit, wordt vervangen als volgt :

"Art. 8. § 1. De reserve van geslaagden die is samengesteld door de afgevaardigd bestuurder van SELOR na een vergelijkende selectie, wordt overgezonden aan de Minister van Justitie, en heeft een geldigheidsduur van maximum drie jaar, te rekenen vanaf de datum van het proces-verbaal.

De Minister van Justitie kan deze termijn bij gemotiveerde beslissing telkens met een jaar verlengen.

§ 2. De afgevaardigd bestuurder van SELOR kan geldende wervingsreserves waarvan het competentieprofiel overeenstemt met de te begeven functie voorstellen aan de Minister van Justitie.".

Art. 3. Artikel 12 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende :

§ 2. De afgevaardigd bestuur van SELOR is belast met het voorzitterschap van de selectiecommissie van elke selectie die hij organiseert.

Hij kan die bevoegdheid voor alle verrichtingen van een vergelijkende selectie of voor een deel ervan evenwel toevertrouwen aan de personeelsleden van wie hij de competentie inzake selectie heeft gecertificeerd.

Art. 4. Artikel 34 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met twee leden, luidende :

"De bevordering gebeurt in de eerste weddeschaal van de graad van een hoger niveau.

In afwijking van het vorige lid krijgt het personeelslid dat wordt bevorderd naar een graad van een hoger niveau en wordt bezoldigd in de weddeschaal bedoeld in de eerste kolom van de onderstaande tabel de weddeschaal van de graad vermeld in de tweede kolom :

Kolom 1 Kolom 2 Colonne 1 Colonne 2 C3 B2/NBI2 C3 B2/NBI2 C4 B2/NBI2 C4 B2/NBI2 C5 B3/NBI3 C5 B3/NBI3 NDA4 C2 NDA4 C2 NDA5 C2" NDA5 C2 »

Art. 5. In artikel 35 van hetzelfde besluit, wordt het tweede lid vervangen als volgt :

"Ze wordt "bevordering in weddeschaal" genoemd.".

Art. 6. In het zelfde besluit, worden opgeheven :

  1. artikel 37;

  2. artikel 38, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 december 2009;

  3. artikel 40;

  4. artikel 41, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 december 2009;

  5. artikel 43, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 december 2009 en 21 januari 2013.

    Art. 7. Artikel 43bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij koninklijk besluit van 9 december 2009, wordt vervangen als volgt :

    "Art. 43bis. Ingeval van verandering van graad, geniet het personeelslid de eerste, tweede, derde, vierde of vijfde weddeschaal van zijn nieuwe graad, naargelang hij de eerste, tweede, derde, vierde of vijfde weddeschaal van zijn vroegere graad genoot. Hij neemt zijn schaalanciënniteit mee, alsook de vermeldingen die hij in deze weddeschaal heeft behaald.".

    Art. 8. Artikel 43ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij koninklijk besluit van 9 december 2009, wordt opgeheven.

    Art. 9. In artikel 44, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  6. in het eerste lid, worden de woorden "De aanvraag wordt gedaan bij, ter post aangetekende brief, door middel van een formulier waarvan het model wordt bepaald door de Minister van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT