17 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden van de bedienden (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden van de bedienden.

Art. 2. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 januari 2002.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Werkgelegenheid,

Mevr. L. ONKELINX

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor de bewakingsdiensten

Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 1999

Bevordering van de werkgelegenheid en vaststelling van de arbeids en loonvoorwaarden van de bedienden

(Overeenkomst geregistreerd op 6 april 2000 onder het nummer 54596/COF/317)

Collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de bevordering van de werkgelegenheid, gesloten ter uitvoering van het protocolakkoord van 29 juni 1999 en ter uitvoering van afdeling IV van hoofdstuk II van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse maatregelen en van het koninklijk besluit van 4 juni 1999.

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en bedienden van de ondernemingen welke behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten en heeft onmiddellijke uitwerking.

Met « bedienden » worden zowel de mannelijke als de vrouwelijke personeelsleden bedoeld.

§ 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle bewakingsondernemingen die een activiteit uitoefenen op Belgisch grondgebied, ongeacht het feit of hun zetel zich in België of in het buitenland bevindt.

HOOFDSTUK II. - Beroepenclassificatie

Afdeling 1. - Administratieve bedienden

Art. 2. De functies van de administratieve bedienden worden in vier categorieën ingedeeld die door de hieronder volgende algemene maatstaven worden bepaald :

Eerste categorie.

Bepaling :

bedienden waarvan de functie wordt gekenmerkt door de juiste uitvoering van een eenvoudig bijkomstig werk.

Voorbeelden :

bediende voor de post (openmaken, oppervlakkig sorteren, onder omslag steken);

bediende aan adresseermachines (stempelen en drukken van adresplaatjes) en/of polykopieermachines (steller van offsetmachines uitgezonderd);

bediende voor klasseerwerk;

blauwdrukker;

uitraper van ponskaarten (bediende die steekkaarten uitzoekt zonder behulp van enigerlei machine);

bediende zonder ervaring, die begint te werken op verschillende kantoor- en mechanografische machines;

beginneling aan rekenmachines;

beginneling aan mechanisch werk;

typist-copiïst;

bediende-schrijver die hoofdzakelijk eenvoudig schrijf- en cijferwerk verricht, opsommingen registreert, staten opmaakt of elementair werk van gelijk niveau uitvoert, zonder interpretatie;

doortekenaar : tekent schetsen en detailplannen na zonder interpretatie; moet bekwaam zijn om behoorlijk leesbare letters en cijfers te vormen.

Tweede categorie.

Bepaling :

bedienden waarvan de functie wordt gekenmerkt door :

  1. het uitvoeren van eenvoudig en weinig afwisselend werk dat, wegens een rechtstreeks en bestendig toezicht, slechts beperkte verantwoordelijkheid meebrengt;

  2. een korte leertijd, voldoende om de vereiste vaardigheid in een bepaald werk te verwerven.

    Voorbeelden :

    ponser, verificateur, hulp-operator op statistiekmachines;

    bediende bedreven in het werk op rekenmachines;

    bediende in het magazijn;

    bediende bij de goederenreceptie;

    stockbediende (magazijnen, opslagplaatsen, reserves), administratief werk van de magazijnen of afgewerkte producten, zonder toewijzing inzake boekhouding;

    ervaren typist;

    stenotypist bij aanvang van de functie;

    klerk-schrijver belast met eenvoudig schrijf- of rekenwerk, het registreren van opsommingen, het opmaken van staten of ander bijkomstig werk van gelijk niveau, dat enige oordeelkunde vereist en onder rechtstreekse controle wordt uitgevoerd;

    telefonist aangesteld in een dienst met volledige dienstbetrekking;

    hulpbediende voor de lonen (onder controle);

    bediende voor de boekhouding (registreren van gegevens voor de boekhouding, zonder de toewijzing te bepalen);

    bediende-facturist : bediende die gewone facturen opmaakt doch geen verantwoordelijkheid draagt voor speciale clausules;

    bediende die een kleine hulpkas houdt waaruit geringe betalingen worden gedaan;

    hulptekenaar : helpt de tekenaar van hogere rangen in schrijfwerk of in de wijziging van doortekenwerk of naamlijsten.

    Derde categorie.

    Bepaling :

    bedienden waarvan de functie wordt gekenmerkt door het zelfstandig uitvoeren van afwisselend werk, dat gewoonlijk initiatief en redenering vereist en bovendien verantwoordelijkheid voor de uitvoering vergt.

    Voorbeelden :

    operator aan "Personal Computer" en computerterminal;

    bediende verantwoordelijk voor magazijn, voorraden, reserves en opslagplaatsen;

    ervaren stenotypist;

    ervaren secretaris die 80 tot 100 woorden/minuut kan opnemen, tegen 40 woorden/minuut kan typen en keurig werk aflevert;

    bediende belast met het berekenen van lonen en/of wedden;

    hulpboekhouder die tot taak heeft, aan de hand van basisbescheiden, een gedeelte van de boekhouding of van de gewone schrifturen samen te stellen dat niettemin een homogeen geheel vormt, tot voorbereiding van de centralisatie, om het even of dit werk wordt gedaan met de hand of met de machine;

    facturist belast met het opmaken van omslachtige facturen;

    bediende aan de thesaurie;

    vertaler van gewone teksten die twee talen machtig is;

    kassier die werkt onder leiding van een hoofdkassier of van een chef.

    Vierde categorie.

    Bepaling :

    bedienden waarvan de functie wordt gekenmerkt door :

  3. een korte tijd om zich in te werken;

  4. meer afwisselend zelfstandig werk waarvoor een meer dan gemiddelde vakbekwaamheid en bovendien initiatief en verantwoordelijkheidsbesef zijn vereist.

    Voorbeelden :

    directiesecretaris;

    bediende die de verantwoordelijkheid draagt voor het toepassen van alle regelingen op gebied van lonen en/of van sociale aard;

    boekhouder, het is te zeggen bediende die tot taak heeft alle verrichtingen volgens de boekhouding vast te leggen, samen te brengen en te ordenen om er de algemene balansen van op te maken, welke de voorzieningen, de balans en de resultaatrekeningen voorafgaan;

    bediende die de verantwoordelijkheid draagt voor de kwaliteit van de inkomende goederen en moet toezien dat deze conform zijn aan de vereisten van de orderbons en de bestekken;

    hoofdkassier;

    technische vertaler;

    toldeclarant;

    uitvoeringstekenaar : tekent, met behulp van voorgaande werkstukken, een geheel of onderdelen van apparaten met wijzigingen welke hem nauwkeurig worden uitgelegd door een chef of een tekenaar van hogere rang; tekent losstaande onderdelen zonder behulp van een werkstuk, past behoorlijk de normen, spelingen en voor de aanmaak toelaatbare afwijkingen toe; maakt op grond van de uitvoeringstekening de gewichtsbestekken voor een apparaat op;

    vertegenwoordiger-verkoper.

    Afdeling II. - Operationele bedienden

    Art. 3. De functies van de operationele bedienden zijn :

    1. Agent receptionist/telefonist (barema OP1b)

      Taakomschrijving:

      De agent die, intern of extern, met uitsluiting van elke bewakings- en beveiligingstaak, een of meerdere van de volgende taken uitvoert :

      - behandeling van de in- en uitgaande telefoongesprekken/semafoonoproepen;

      - sortering van interne en externe post;

      - verzending van interne post;

      - aanvullen van het onthaalbord;

      - beheer van de sleutels van de vergaderzalen;

      - de persoon die bezoek krijgt waarschuwen;

      - boodschappen aannemen voor de afwezigen;

      - personen in het gebouw oproepen via de microfoon;

      - werken op pct.

    2. Inspecteurs

      Planninginspecteur (barema OP3)

      Taakomschrijving :

      - zorgt voor de voorbereiding, de uitwerking en de verzending van de planning van de agenten naar de klanten;

      - organiseert de vervanging van de agenten in geval van ziekte, arbeidsongeval, klein verlet, verlof of andere;

      - oefent een eerste controle uit op de planning;

      - dagelijkse controle op de gewerkte uren van de agenten en vergelijking met de wettelijke voorschriften, in de ruimste zin van het woord, wat de tijd en de duur van de tewerkstelling betreft; de tekortkomingen doorgeven aan het management;

      - maandelijks het aantal agenten controleren in functie van het beschikbare werk;

      - kan uit hoofde van zijn functie uitzonderlijk moeten inspringen voor het uitvoeren van bewakingstaken.

      Inspecteur Supervisor (barema OP3)

      Taakomschrijving:

      - geeft operationele steun aan de agent; controleert of de agent de werkinstructies kent en toepast;

      - spoort de individuele opleidingsnoden van de agent op en meldt die aan het management;

      - voert werkingsgesprekken met de agent en evalueert diens prestaties;

      - behandelt de klachten van de agenten;

      - evalueert, met de klant, de kwaliteit van de geleverde diensten;

      - logistiek beheer en kledingfonds;

      - is tussenpersoon tussen de agent, de klant en het management;

      - kan, uit hoofde van zijn functie, uitzonderlijk moeten inspringen voor het uitvoeren van bewakingstaken.

    3. Adjunct-inspecteur (barema OP2)

      Taakomschrijving:

      - assisteert de planninginspecteur en/of de inspecteur supervisor bij een deel van zijn (hun) taken.

    4. Hoofdinspecteur (OP4)

      Taakomschrijving:

      - coördinatie en supervisie van de inspectiedienst.

    5. Codeerder (barema OP1b)

      - agent die uitsluitend bankdocumenten codeert.

    6. Dispatcher en/of radio-operator (barema OP3)

      - de werknemer waarvan de voornaamste taak...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT