Besluit van de Waalse regering van 24 november 2022 betreffende de erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake het houden en de verhandeling van dieren, de 24 novembre 2022

HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder:

  1. het Wetboek: het Waalse Dierenwelzijnwetboek ;

  2. de identificatiegegevens : het ras, het geslacht, de geboortedatum, de haarkleur en de vachtsoort en, in voorkomend geval, het identificatieteken en het sterilisatiestatuut van het dier;

  3. een bewegingsruimte: een binnen- of buitenruimte waar de dieren hun fysiologische en ethologische behoeften kunnen uiten;

  4. een hobbyfokkerij: een fokkerij die maximaal vijf nesten honden of katten per jaar voortbrengt;

  5. een occasionele fokkerij: een fokkerij die maximaal één nest honden of katten per jaar voortbrengt;

  6. een professionele fokkerij: een fokkerij die meer dan vijf nesten honden of katten per jaar voortbrengt;

  7. een inrichting : naar gelang van het geval, occasionele fokkerij, hobbyfokkerij, professionele fokkerij, pension, handelszaak of asiel;

  8. een deskundige : een onafhankelijke dierenarts ingeschreven in de lijst van de Orde bedoeld in de wet van 19 december 1950 tot instelling van de Orde der Dierenartsen;

  9. tussenpersoon voor de verhandeling of schenking van honden of katten: de persoon die voor eigen rekening of voor rekening van anderen honden of katten geboren uit de productie van een derde te koop of te schenking aanbiedt;

  10. een afzonderingslokaal: een ruimte bestemd voor de verwijdering van zieke of pas aangekomen dieren;

  11. een verzorginglokaal: een lokaal voor onderzoek, verzorging en kleine diergeneeskundige ingrepen;

  12. het paspoort: het document bedoeld in artikel 21, § 1, van verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 998/2003.".

  13. de verantwoordelijke van de inrichting: de persoon die belast is met een functie of die bevoegd is beslissingen te nemen in de inrichting;

  14. de Dienst: de directie van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu die bevoegd is voor het dierenwelzijn of de natuurlijke of rechtspersoon die is aangewezen om de Dienst te vertegenwoordigen;

  15. de contractdierenarts : een dierenarts, of zijn in onderling overleg aangewezen plaatsvervanger, ingeschreven in de lijst van de Orde bedoeld in de wet van 19 december 1950tot instelling van de Orde der Dierenartsen.

    HOOFDSTUK 2. - Registratie van inrichtingen

    Art. 2. § 1. De Minister kan de modaliteiten van een registratieprocedure vaststellen voor de volgende inrichtingen:

  16. het fokken van kleine knaagdieren, konijnen, fretten, vogels, vissen, reptielen en amfibieën, met het oog op de verkoop ervan aan particulieren;

  17. pensions voor kleine knaagdieren, konijnen, fretten, vogels, vissen, reptielen en amfibieën.

    § 1. De in § 1 bedoelde inrichtingen moeten voldoen aan de in bijlage 13 bedoelde normen.

    HOOFDSTUK 3. - Erkenning van inrichtingen

    Art. 3. Alle inrichtingen moeten vóór hun opening worden erkend overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.

    Art. 4. Per postadres wordt slechts één erkenning voor een inrichting afgegeven.

    In afwijking van lid 1 kunnen op hetzelfde postadres worden afgegeven:

  18. een erkenning voor het occasioneel of hobbymatig of professioneel fokken van honden en een erkenning voor het occasioneel of hobbymatig of professioneel fokken van katten;

  19. een erkenning voor het occasioneel of hobbymatig of professioneel fokken van honden en een erkenning voor het occasioneel of hobbymatig of professioneel fokken van katten en een erkenning voor een pension;

  20. een erkenning voor een asiel en een erkenning voor een pension;

  21. een erkenning voor een handelszaak en een pensionregistratie voor kleine knaagdieren, konijnen, fretten, vogels, vissen, reptielen of amfibieën.

    Het verlenen van een erkenning voor een bepaalde fokcategorie beëindigt elke andere voor dezelfde diersoort verleende fokvergunning.

    Voor elke erkenning wordt een afzonderlijke aanvraag ingediend.

    HOOFDSTUK 4. - Procedure voor de erkenning van inrichtingen

    Afdeling 1. - Gemeenschappelijke bepalingen

    Onderafdeling 1. - Retributie

    Art. 5. De beheerder betaalt de in artikel D.30, § 2, van het Wetboek bedoelde retributie.

    Het bedrag van de retributie is :

  22. voor een occasionele fokkerij:50 euro ;

  23. voor een hobbyfokkerij: 250 euro ;

  24. voor een professionele fokkerij:500 euro ;

  25. voor een handelszaak:500 euro ;

  26. voor een pension: 250 euro.

    Het bedrag wordt op 1 januari van elk jaar geïndexeerd op basis van het indexcijfer van de consumptieprijzen van de voorgaande maand oktober. Zij zijn gekoppeld aan de spilindex voor oktober 2022.

    Asielen zijn vrijgesteld van het betalen van de retributie.

    Onderafdeling 2. - Middelen om documenten van een vaste datum te voorzien en termijnberekening

    Art. 6. Om de documenten een definitieve datum te geven, worden zij op een van de volgende wijzen verzonden:

  27. bij ter post aangetekend schrijven met bericht van ontvangst;

  28. via elke soortgelijke formule waarmee vaste datum aan de verzending en aan de ontvangst van de akte gegeven kan worden, ongeacht de distributiedienst ;

  29. de afgifte van een akte tegen ontvangstbewijs.

  30. langs elektronische weg.

    De verzending moet uiterlijk op de vervaldatum plaatsvinden.

    De dag van ontvangst van een akte die de begindatum van een termijn is, wordt niet meegerekend.

    In afwijking van lid 4 geldt, wanneer de verzending langs elektronische weg wordt verzonden en de dag van verzending een zaterdag, zondag of feestdag is, als aanvangsdag van ontvangst van de verzending de eerstvolgende werkdag.

    De vervaldag wordt in de termijn meegerekend. Als de termijn op een zaterdag, zondag of feestdag verstrijkt, wordt de vervaldag tot de volgende werkdag verlengd.

    Afdeling 2. - Occasionele fokkerij

    Art. 7. § 1. De erkenningsaanvraag wordt door de beheerder van de occasionele fokkerij bij de dienst ingediend met behulp van het formulier in bijlage 1, naar behoren ingevuld en ondertekend.

    § 2. De aanvraag omvat de volgende documenten:

  31. een exemplaar van de in artikel 79 bedoelde veterinaire overeenkomst, waarvan het model in bijlage 2 staat;

  32. een kopie van het bezoekverslag van de inrichting, waarvan het model is opgenomen in bijlage 3, naar behoren ingevuld en ondertekend in de maand voorafgaand aan de aanvraag tot erkenning door de contractdierenarts, met vermelding van zijn bevindingen inzake de gezondheid, het welzijn en de socialisatie van de dieren, hun verblijfsomstandigheden en inzake het personeel dat betrokken is bij hun verzorging en socialisatie;

  33. een lijst met de identificaties van de fokdieren van de in het officiële registratieplatform voor honden of het officiële registratieplatform voor katten geregistreerde fokdieren;

  34. het bewijs van betaling van de in artikel 5 bedoelde retributie.

    Indien de aanvrager nog niet over dieren beschikt, mag hij de in de punten 2 en 3 van het vorige lid bedoelde documenten niet bij zijn erkenningsaanvraag voegen.

    § 3. Wanneer bij de aanvrager een overtreding als bedoeld in artikel 105 van het Wetboek is vastgesteld of een eerdere vergunningsaanvraag is afgewezen, voegt hij bij de vergunningsaanvraag het bewijs dat corrigerende maatregelen zijn genomen of dat aan de voorschriften is voldaan.

    Art. 8. § 1. De erkenningsaanvraag is niet-ontvankelijk wanneer :

  35. de Dienst eerder een overtreding overeenkomstig artikel 105 van het Wetboek heeft vastgesteld en de aanvrager niet aantoont dat er corrigerende maatregelen zijn genomen;

  36. de inrichting eerder is geweigerd en de aanvrager niet aantoont dat hij gevolg heeft gegeven aan de opmerkingen die tot de weigering hebben geleid;

  37. de aanvrager is onderworpen aan het verbod bedoeld in artikel D.29, § 1, tweede lid, van het Wetboek;

  38. de aanvrager die, overeenkomstig de artikelen D.180, D.189, D.198, § 5, en D.199, van het decreetgedeelte van Boek I van het Milieuwetboek, een verbod heeft om een of meer dieren te houden;

  39. de aanvrager die, overeenkomstig de artikelen D.180, D.189, D.198, § 5, en D.199, van het decreetgedeelte van Boek I van het Milieuwetboek, onderworpen is aan een intrekking van de vergunning voor het houden van een dier bedoeld in artikel D.6 van het Wetboek.

    § 2. Binnen 20 werkdagen na ontvangst van de aanvraag :

  40. indien de aanvraag onvolledig is, stuurt de Dienst de aanvrager een lijst van de ontbrekende documenten en vermeldt dat de procedure opnieuw begint vanaf de datum van ontvangst ervan. De aanvrager heeft 30 dagen om de aanvraag in te vullen. Anders wordt het verzoek niet-ontvankelijk verklaard;

  41. als de aanvraag volledig is, stuurt de Dienst de aanvrager een ontvangstbewijs met de vermelding dat de aanvraag volledig is;

  42. indien de aanvraag onontvankelijk is overeenkomstig § 1, stelt de Dienst de aanvrager in kennis van de onontvankelijkheidsbeslissing.

    Art. 9. De dienst beslist over de aanvraag tot goedkeuring binnen 30 dagen na de ontvangstbevestiging waarin staat dat de aanvraag volledig is.

    De beslissing wordt aan de aanvrager meegedeeld. Een kopie van de beslissing wordt ter informatie toegezonden aan het gemeentebestuur en de contractdierenarts.

    De erkenning geldt voor een periode van zes jaar. Zij kan worden verlengd na indiening van een nieuwe aanvraag overeenkomstig artikel 7.

    Art. 10. Elke wijziging van een contractdierenarts moet binnen een maand worden gemeld door een kopie van het nieuwe contract aan de Dienst terug te sturen.

    Afdeling 3. - Hobbyfokkerij, professionele fokkerij, handelszaak, pension, asiel

    Art. 11. § 1. De erkenningsaanvraag wordt door de beheerder van de hobbyfokkerij, de professionele fokkerij, de handelszaak, het pension of het asiel bij de dienst ingediend met gebruikmaking van het formulier in bijlage 1, dat naar behoren is ingevuld en ondertekend.

    § 2. De aanvraag omvat de volgende documenten:

  43. een algemeen plan van de inrichting waarop de functie van de bedrijfsruimten en de afmetingen van de hokken of voorzieningen en, in voorkomend geval, de afmetingen van de voor de dieren toegankelijke buitenruimten zijn aangegeven ;

    ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT