Besluit van de Waalse Regering houdende organisatie van de controle en de interne audit inzake de begroting, de boekhouding en de administratieve en begrotingscontrole van de diensten van de Waalse Regering, de administratieve diensten met een zelfstandige boekhouding, de gewestelijke ondernemingen, de instellingen en de Ombudsdienst van het Waalse Gewest, de 8 juin 2017

TITEL I. - Begripsomschrijvingen en toepassingsgebied

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. het decreet van 15 december 2011: het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse openbare bestuurseenheden;

  2. het besluit van de Waalse Regering van 8 juni 2017 betreffende de administratieve en begrotingscontrole: het besluit van de Waalse Regering van 8 juni 2017 houdende diverse maatregelen betreffende de uitvoering van de begroting, de algemene en de begrotingsboekhouding en de rapportering van de Waalse openbare bestuurseenheden;

  3. de eenheid : de openbare bestuurseenheid bedoeld in artikel 2, 27°, van het decreet van 15 december 2011;

  4. de entiteit : de openbare bestuurseenheid bedoeld in artikel 3, § 1, 1°, van het decreet van 15 december 2011;

  5. de Minister van Ambtenarenzaken : de Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken;

  6. de Waalse Overheidsdienst: de Waalse Overheidsdienst, namelijk de diensten van het algemeen bestuur van het Waalse Gewest;

  7. de begrotings- en financiëndiensten: de Departementen Begroting, Boekhouding en Thesaurie van het Overkoepelend Directoraat-generaal Begroting, Logistiek en Informatie- en communicatietechnologie van de Waalse Overheidsdienst;

  8. de boekhoudkundige en financiële dienst : de interne dienst bestaande uit de actoren belast met het budgetair en boekhoudkundig beheer van de administratieve diensten met een zelfstandige boekhouding, de gewestelijke ondernemingen en de organismen;

  9. controle-eenheid voor de vastleggingen: eenheid die binnen de begrotings- en financiëndiensten belast is met de controle op de verbintenissen;

  10. de controleur der verbintenissen : de persoon belast met de controle der verbintenissen in de eenheden, de entiteit uitgezonderd;

  11. controle-eenheid voor de vereffeningen: eenheid die binnen de begrotings- en financiëndiensten belast is met de controle op de vereffeningen;

  12. de controleur der vereffeningen : de persoon belast met de controle der vereffeningen in de eenheden, de entiteit uitgezonderd;

  13. eenheid van de inspectie van de gedecentraliseerde penningmeesters: eenheid die binnen de begrotings- en financiëndiensten belast is met de inspectie van de gedecentraliseerde penningmeesters;

  14. het personeelslid : de statutaire ambtenaar in vast dienstverband tewerkgesteld in de diensten van de Waalse Regering in de zin van de Waalse Ambtenarencode;

  15. het personeelslid: personeelslid van de eenheden bedoeld in artikel 2, ongeacht de juridische arbeidsband die hem met deze diensten verbindt, de ambtenaar uitgezonderd;

  16. de verantwoordelijke overheid : elke al dan niet hiërarchische overste wiens taak het is, budgetaire, boekhoudkundige, financiële of vermogensverrichtingen na te kijken;

  17. de leidend ambtenaar : de verantwoordelijke overheid, aangewezen door de Regering binnen de administratieve dienst met een zelfstandige boekhouding;

  18. de mandataris : de verantwoordelijke overheid, bij mandaat aangewezen krachtens de Waalse Ambtenarencode of specifieke organieke bepalingen in de entiteit, een gewestelijke onderneming of een organisme;

  19. de beheersorganen : de raad van bestuur van een organisme van type 2 of type 3 of, bij ontstentenis, elk ander orgaan, ongeacht de benaming ervan, die over alle noodzakelijke bevoegdheden beschikt om de opdracht of het maatschappelijk doel van dat organisme uit te voeren;

  20. terugkerende uitgaven : uitgaven die onontbeerlijk zijn voor de werking van de diensten en waarvan de bedragen tijdens het begrotingsjaar eisbaar zullen worden maar die voortvloeien uit verplichtingen waarvan de gevolgen over verschillende jaren verspreid worden en waarvan de toerekening op het jaar van ontstaan een last zou betekenen zonder economisch verband hiermee, ofwel uit verplichtingen waarvan het ontstaan moeilijk te bepalen is en waarvan het bedrag ongekend is op het ogenblik van hun ontstaan.

    Art. 2. § 1. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de Waalse openbare bestuurseenheden omschreven in artikel 3, § 1, 1° tot 4°, a) en b) van het decreet van 15 december 2011, evenals op de Ombudsdienst bedoeld in artikel 3, § 1, 6°, van hetzelfde decreet.

    § 2. De bepalingen van titel II zijn van toepassing op de Waalse openbare bestuurseenheden omschreven in artikel 3, § 1, 4°, c), van het decreet van 15 december 2011.

    De verplichtingen die van toepassing zijn op genoemde eenheden zijn identiek, ongeacht of ze handelen in het kader van hun maatschappelijk doel of in opdracht van de Regering gelijkgesteld met de andere opdrachten of diensten van de betrokken eenheden.

    TITEL II. - Gemeenschappelijke bepalingen

    HOOFDSTUK I. - Interne controle

    Art. 3. § 1. Overeenkomstig de artikelen 46, 70 en 100 van het decreet van 15 december 2011 voeren de eenheden bedoeld bij dit besluit systemen in voor de oplijsting, de evaluatie en de hiërarchisering van de risico's door ze aan te passen aan de aard en het volume van hun verrichtingen. Regelmatig worden de risico's en de interne controleregeling herbeoordeeld om hun relevantie te onderzoeken ten overstaan van de evolutie van de activiteit en de omgeving.

    De interne controle is een geïntegreerd geheel van schriftelijke acties en procedures voor alle activiteiten van de betrokken eenheid en uitgevoerd door de verantwoordelijken en haar personeel.

    Het houdt verband met :

  21. de overkoepelende beheersprocedures van de betrokken eenheid;

  22. de processen inzake begroting en boekhouding.

    De internationaal erkende normen voor interne controle bij de overheid of in de privé-sector, al naar gelang, worden toegepast.

    § 2. De interne begrotings- en boekhoudcontrole wordt zo ingericht dat een concentratie van de financiële risico's in de handen van éénzelfde ambtenaar of personeelslid voorkomen wordt.

    Beheerssystemen en interne controleprocedures worden ingevoerd. Ze worden toegespitst op de beheersing van de risico's inzake conformiteit, betrouwbaarheid en integriteit van de begrotings- en financiële gegevens.

    § 3. De budgettaire en boekhoudkundige procedures worden schriftelijk bepaald en vastgesteld zodat ze een duidelijke documentatie vormen, die op elk vlak geformaliseerd en bijgewerkt wordt. Ze houden met name verband met het voeren van de begrotings- en algemene boekhouding en het beheer van de thesaurie, de investeringen en de schuldenlast.

    Ze nemen de scheiding van de ambten in acht en omschrijven de taken die worden uitgevoerd, evenals de actoren belast met de uitvoering ervan.

    § 4. In het informaticasysteem dat als drager dient voor de begroting en de boekhouding worden automatische controles en manuele interventies geïntegreerd voor de aanvaarding van de verrichtingen, waarbij de traceerbaarheid en de identificatie van de actoren gewaarborgd wordt. Er worden hulp- en bewaarprocedures voorzien om de continuïteit en de integriteit van de ingevoerde informatie te garanderen.

    Art. 4. Elke ambtenaar of elk personeelslid neemt in functie van de toegewezen opdrachten en verantwoordelijkheden deel aan de goede werking van het interne controlesysteem.

    Art. 5. De leidend ambtenaar, de mandataris of het beheersorgaan van de eenheid vergewist zich van :

  23. de invoering van de acties en procedures inzake interne controle overeenkomstig artikel 3;

  24. de uitvoering van zijn interne controlesysteem waarvan hij de doeltreffendheid bewijst op grond van een jaarverslag. Dat verslag bevat met name een omschrijving van de middelen aangewend om de toegewezen doelstellingen te bereiken, evenals een evaluatie van de voornaamste risico's die bij het bereiken van die doelstellingen zouden kunnen optreden, de processen voor het wegwerken van de aangewezen risico's en de controles ingevoerd om zich ervan te vergewissen dat deze processen daadwerkelijk worden uitgevoerd. Die verslagen worden overgemaakt aan de Regering en aan het auditcomité.

    HOOFDSTUK II. - Interne audit

    Art. 6. Overeenkomstig de artikelen 47, 70 en 100 van het decreet van 15 december 2011 vergewissen de eenheden bedoeld bij dit besluit zich van de goede werking, de doeltreffendheid en de efficiëntie van hun interne controlesysteem via de interne audit.

    De interne audit is een onafhankelijke en objectieve activiteit die bijdraagt tot het verwezenlijken van de doelstellingen van de betrokken eenheid door de evaluatie en de formulering van aanbevelingen voor de verbetering van zijn interne controlesysteem, zijn risicobeheer en zijn performantie.

    Hij beoogt zowel de interne controle betreffende de overkoepelende beheersprocedures als die betreffende de begrotings- en boekhoudprocessen van de betrokken eenheid.

    De internationaal erkende normen voor interne audit bij de overheid of in de privé-sector, al naar gelang, worden toegepast.

    HOOFDSTUK III. - Geïntegreerde auditmethode

    Art. 7. Overeenkomstig artikel 52/2 van het decreet van 15 december 2011 organiseren de eenheden bedoeld bij dit besluit het houden van een permanent dossier dar de bijgewerkte algemene informatie bevat nuttig in het kader van audits.

    Onder algemene informatie wordt in voorkomend geval verstaan :

  25. het invoeringsdecreet en de uitvoeringsbesluiten ervan of de statuten;

  26. het bestuurs- of beheerscontract, evenals de evaluaties van hun uitvoering;

  27. het strategisch plan, evenals de eventuele deelplannen;

  28. de samenstelling en de taken van de raad van bestuur, van het auditcomité, van het bezoldigingscomité en van de andere comités;

  29. de organisatiestructuur, zowel hiërarchisch als geografisch, indien van toepassing;

  30. de overdrachten en suboverdrachten die de eenheid heeft gekregen en toegekend;

  31. de specifieke reglementering van toepassing op de eenheid;

  32. de actoren van de controle, de duur van hun mandaat, evenals de persoon of personen met wie contact dient te worden opgenomen met opgave van hun contactgegevens;

  33. de goedgekeurde begrotingen van de drie laatste jaren, rekening houdend met de goedgekeurde begrotingswijzigingen en -herverdelingen;

  34. de drie recentste jaarrekeningen;

  35. ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT