Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van Titel X/1 betreffende het herstel van de schade veroorzaakt door landbouwrampen van het Waalse Landbouwwetboek, de 31 mai 2017

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen

Artikel 1. Dit besluit waarborgt de naleving van de bepalingen van de hoofdstukken I en III, en meer bepaald de artikelen 25, 26 en 30 van Verordening (EG) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën tegemoetkoming in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PB L.193, 1 juli 2014, blz.1-75) en van de latere bepalingen tot aanvulling of wijziging van bedoelde Verordening.

Art. 2. In de zin van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. de administratie : de administratie in de zin van artikel D.3, 3°, van het Wetboek;

  2. de gemeentelijke commissie: de gemeentelijke commissie voor de vaststelling van schade bedoeld in artikel D.260/4, § 2, van het Wetboek;

  3. het Wetboek : het Waalse landbouwwetboek;

  4. de interne specialist: de deskundige van de administratie, die tijdelijk wordt aangesteld voor het onderzoek en de beoordeling van de schade en van de tegemoetkomingvoorstellen bedoeld in dit besluit;

  5. de externe specialist: de onafhankelijke specialist, natuurlijke of rechtspersoon, aangewezen door de directeur-generaal van de administratie of diens afgevaardigde, belast met het onderzoek en de beoordeling van de schade en van de tegemoetkomingvoorstellen bedoeld in dit besluit;

  6. het Instituut: het Koninklijk Meteorologisch Instituut van België bedoeld in het koninklijk besluit van 31 juli 1913 houdende oprichting als wetenschappelijke instelling van het Koninklijk Meteorologisch Instituut van België.

    HOOFDSTUK II. - Procedure voor de erkenning van de landbouwramp

    Art. 3. Om erkend te worden, moet de landbouwramp aan de volgende criteria voldoen:

  7. in geval van natuurverschijnsel met een uitzonderlijk karakter of een uitzonderlijke hevigheid bedoeld in artikel D.260/1, 2°, a), van het Wetboek, behoort het verschijnsel tot de in bijlage 1 vermelde lijst;

  8. in geval van massieve en onvoorzienbare werking van schadelijke organismen bedoeld in artikel D.260/1, 2°, b) van het Wetboek of van ziekte of vergiftiging met een uitzonderlijk karakter bedoeld in artikel D.260/1, 2°, c) van het Wetboek, wordt ze opgespoord op het grondgebied van het Gewest over een voorafgaandelijke periode van tien jaar;

  9. het totaalbedrag van de landbouwschade per landbouwramp is hoger dan 1.500.000 euro;

  10. het gemiddelde bedrag van de landbouwschade per begunstigde is hoger dan 7.500 euro.

    De geëvalueerde schade vertegenwoordigt minstens 30 % van de gemiddelde jaarlijkse productie van de begunstigde gebaseerd op de drie voorafgaande jaren of van een driejaarlijks gemiddelde gebaseerd op de vijf voorafgaande jaren, de jaren met het hoogste en het laagste inkomen niet meegerekend.

    Art. 4. § 1er. De burgemeester van een gemeente getroffen door een landbouwramp roept de gemeentelijke commissie bijeen binnen tien dagen na een schriftelijke aanvraag van een potentiële begunstigde, met uitzondering van de gevallen bedoeld in § 4.

    Indien de burgemeester de gemeentelijke commissie niet binnen de in het eerste lid bedoelde termijn bijeenroept, kan de burgemeester van de provincie waartoe de bij een landbouwramp getroffen gemeente behoort, de gemeentelijke commissie bijeenroepen binnen vijftien dagen na de schriftelijke aanvraag van een begunstigde, met uitzondering van de gevallen bedoeld in § 4.

    De aan de burgemeester gerichte aanvraagt of, bij gebreke daarvan aan de provinciegouverneur, vermeldt de datum, de aard van het verschijnsel en de betrokken goederen, met inbegrip van de identificatiegegevens van deze goederen.

    Een informatiebericht wordt minstens tien dagen voor het houden van de vergadering van de gemeentelijke commissie op de gebruikelijke aanplakplaatsen aangeplakt. Het bericht kan op de internetsite van betrokken gemeente bekendgemaakt worden. De betrokken begunstigden melden zich bij elk middel waarbij een vaststaande datum wordt verleend, en uiterlijk vóór het houden van de vergadering van de gemeentelijke commissie, waarbij de betrokken goederen, met inbegrip van de identificatiegegevens van deze goederen worden vermeld.

    De burgemeester van de gemeente stelt de administratie in kennis van de datum van het houden van de vergadering van de gemeentelijke commissie.

    § 2. Het in artikel D.260/4, § 2, tweede lid, 2°, van het Wetboek bedoelde lid is een ambtenaar van een buitendienst van de administratie.

    Het in artikel D.260/4, § 2, tweede lid, 3°, van het Wetboek bedoelde lid wordt opgenomen in een lijst die binnen drie maanden na de inwerkingtreding van dit besluit na een openbare oproep door het gemeentecollege opgemaakt wordt en die hernieuwd wordt binnen drie maanden na de installatie van het gemeentecollege. Deze lijst wordt overgemaakt aan de gemeentecollege en aan de administratie binnen één maan na de opmaking ervan.

    Het in artikel D.260/4, § 2, tweede lid, 4°, van het Wetboek bedoelde lid wordt opgenomen in een lijst die voor een periode van vijf jaar na een openbare oproep opgemaakt wordt door de administratie, en wordt door de directeur-generaal of diens afgevaardigde aangewezen.

    § 3. De gemeentelijke commissie vergadert op geldige wijze alleen indien de volgende voorwaarden worden vervuld:

  11. elk lid wordt officieel opgeroepen; en

  12. minstens drie leden zijn aanwezig.

    De leden van de gemeentelijke commissie beraadslagen niet over de dossiers waarvoor ze een rechtstreeks of onrechtstreeks, patrimoniaal of persoonlijk belang hebben. De in § 2, tweede en derde lid, bedoelde leden die een belang hebben in een dossier tot vaststelling van de landbouwschade mogen niet deelnemen aan de beraadslaging. Wanneer geen van de personen opgenomen in de in § 2, tweede en derde lid, bedoelde lijsten beraadslaagt, kan het gemeentecollege of de administratie een deskundige buiten de lijst aanwijzen voor zover hij zelf geen belang in een dossier heeft.

    § 4. De gemeentelijke commissie vergadert niet wanneer de burgemeester of de provinciegouverneur bij de administratie vaststelt dat:

  13. de in § 1 bedoelde aanvraag op speculatieve motieven rust;

  14. de omvang van de schade het gevolg is van een fout, een nalatigheid of een onvoorzichtigheid van de begunstigde;

  15. de schade krachtens artikel D.260/5 van het Wetboek uitgesloten is of wanneer het risico in de zin van bijlage 2 als redelijkerwijs verzekerbaar wordt beschouwd;

  16. de noodmaatregelen in de gevallen bedoeld in artikel D.260/1, 2°, c) van het Wetboek getroffen zijn, waarbij de bijeenroeping van de commissie onmogelijk of onnuttig is gemaakt en wanneer de bewijselementen om de in § 5, derde lid, 1° tot 6°, bedoelde elementen te bepalen, ten genoegen van de administratie worden geleverd.

    § 5. De gemeentelijke commissie vergadert en maakt een proces-verbaal tot vaststelling van de schade op volgens het door de Minister voorziene model. Een afschrift van het proces-verbaal tot vaststelling van de schade wordt ter informatie gezonden aan de ambtenaar van de directe belastingen bedoeld in artikel D.260/4, § 2, vijfde lid, van het Wetboek.

    De directeur-generaal van de administratie bepaalt de termijn waarin de in het eerste lid bedoelde proces-verbalen tot vaststelling van de schade hem worden overgemaakt.. Deze termijn duurt één maand te rekenen vanaf de mededeling ervan via het internetportaal van de administratie. Na afloop van deze termijn worden de proces-verbalen, behalve in behoorlijk met redenen omklede omstandigheden erkend door de administratie, niet in aanmerking genomen, wat de niet-ontvankelijkheid van de erkenningsaanvragen van de betrokken gemeenten tot gevolg heeft.

    Het proces-verbaal tot vaststelling van de schade vermeldt:

  17. de datum en het uur van de vaststelling;

  18. de aard van het verschijnsel;

  19. de datum van het schadelijk feit, of indien het meerdere dagen duurt, de betrokken periode;

  20. de identificatie van de begunstigden alsook de identificatie van de betrokken goederen;

  21. het rendementverlies van het betrokken goed, en voor de goederen bedoeld in artikel D.260/5, eerste lid, 1° tot 3°, van het Wetboek, het rendementverlies uitgedrukt in oppervlakte of in percentage;

  22. voor de goederen bedoeld in artikel D.260/5, eerste lid, 1° tot 3°, van het Wetboek, de oppervlakten van de percelen zoals vermeld in de oppervlakte-aangiften alsook de getroffen oppervlakte van de betrokken percelen.

    Wat het derde lid, 5°, betreft, wordt het definitieve rendementverlies met betrekking tot de teelten bepaald op het moment van de oogst en wordt het proces-verbaal tot vaststelling van de schade volgens § 7 ingevuld.

    Wat het derde lid, 6°, betreft, wordt het proces-verbaal ongewijzigd overgemaakt indien de gemeentelijke commissie deze elementen niet heeft ontvangen binnen de maand na de bijeenroeping ervan.

    Elk proces-verbaal wordt op erewoord ondertekend door de aanwezige leden van de gemeentelijke commissie.

    § 6. Op straffe van niet-ontvankelijkheid dient de gemeente, behalve in behoorlijk gemotiveerde omstandigheden erkend door de directeur-generaal van de administratie of diens afgevaardigde, een officiële aanvraag tot erkenning van de landbouwramp in, waarbij ze het voorziene formulier samen met een afschrift van het proces-verbaal tot vaststelling van de schade binnen tien dagen na de opmaking ervan aan de administratie overmaakt. De gemeente behoudt het originele document.

    Zodra het geheel van de betrokken gemeenten bekend zijn, grondt de administratie zich op de bij het Koninklijk Meteorologisch Instituut beschikbare gegevens om het verschijnsel als uitzonderlijk vanuit klimatisch oogpunt aan te merken.

    In geval van toepassing van § 5, vijfde lid, worden de in § 5, derde lid, 6°, bedoelde elementen aan de directeur-generaal van de administratie of diens afgevaardigde meegedeeld binnen de maand na de zending van het afschrift van het proces-verbaal tot vaststelling van de schade. Na afloop van deze termijn worden de proces-verbalen, behalve in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT