Besluit van de Vlaamse Regering houdende de procedureregels voor de subsidiëring van infrastructuur van ziekenhuizen, de 14 juillet 2017

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. aanvrager: een rechtspersoon die een erkend ziekenhuis exploiteert en die voor dat ziekenhuis een aanvraag van een strategisch forfait indient;

  2. agentschap Zorg en Gezondheid: het agentschap, opgericht bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap "Zorg en Gezondheid";

  3. algemeen ziekenhuis: een ziekenhuis dat geen psychiatrisch, universitair of categoraal ziekenhuis is;

  4. bed of plaats: een bed of plaats in een algemeen of universitair ziekenhuis, inclusief geïsoleerde gespecialiseerde diensten voor behandeling en revalidatie (kenletter Sp) en geïsoleerde geriatriediensten (kenletter G), een plaats in dagopname of een bed of plaats in een psychiatrisch ziekenhuis;

  5. besluit van 14 juli 2017: het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2017 betreffende de subsidiëring van infrastructuur van ziekenhuizen;

  6. categoraal ziekenhuis: een ziekenhuis dat uitsluitend beschikt over gespecialiseerde diensten voor behandeling en revalidatie (kenletter Sp), al of niet samen met diensten voor gewone ziekenhuisopname (kenletter H), diensten Neuropsychiatrie voor behandeling van volwassen patiënten (kenletter T) of diensten Geriatrie (kenletter G);

  7. coördinatiecommissie: de commissie, vermeld in artikel 12 van dit besluit;

  8. eenheid: een operatiezaal met inbegrip van het lokaal voor sterilisatie en de ontwaakzaal, een bed voor intensieve verzorging binnen de functie intensieve zorgen, het verloskwartier, de functie van lokale neonatale zorg (N*-functie), een bed in een dienst voor intensieve neonatologie (NIC-dienst), een bunker in een dienst Radiotherapie of een post van een centrum voor de behandeling van chronische nierinsufficiëntie;

  9. Fonds: het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, opgericht bij het decreet van 2 juni 2006 tot omvorming van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid, en tot wijziging van het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden;

  10. herconditionering: de werken om een gebouw volledig of gedeeltelijk te strippen, of een wijziging van diensten die gepaard gaat met een herallocatie van diensten of functies met een noodzakelijke grondige aanpassing van de infrastructuur;

  11. instandhoudingsforfait: de investeringssubsidie, vermeld in hoofdstuk 3 van het besluit van 14 juli 2017;

  12. investeringssubsidies: strategische forfaits en instandhoudingsforfaits;

  13. masterplan: globale en beschrijvende schets met kostenraming van het geplande project of de geplande projecten, met vermelding van de doelgroep, de capaciteit, de uitvoeringstermijnen en toekomstige ontwikkelingen, met daarbij een financieel plan in verhouding tot de verwachte exploitatie;

  14. minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid;

  15. project: het voorwerp van de geplande investering, omschreven in het masterplan, waarvoor een strategisch forfait wordt gevraagd;

  16. projectdelen: de onderdelen van een project die op verschillende tijdstippen in gebruik zullen worden genomen;

  17. psychiatrisch ziekenhuis: een ziekenhuis als vermeld in artikel 3 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen;

  18. strategisch forfait: de investeringssubsidie, vermeld in hoofdstuk 2 van het besluit van 14 juli 2017;

  19. universitair ziekenhuis: een ziekenhuis als vermeld in artikel 4 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen;

  20. ziekenhuis: een instelling als vermeld in artikel 2 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen.

    Art. 2. Ter uitvoering van artikel 6, tweede lid, van het decreet van 2 juni 2006 tot omvorming van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid, en tot wijziging van het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden kan door het Fonds, binnen de beschikbare begrotingskredieten, een strategisch forfait en een instandhoudingsforfait toegekend worden voor erkende ziekenhuizen conform de regels, vermeld in dit besluit en in het besluit van 14 juli 2017.

    HOOFDSTUK 2. - Proceduregels voor het strategisch forfait

    Afdeling 1. - Algemene voorwaarden

    Art. 3. De aanvrager komt alleen in aanmerking voor een strategisch forfait als hij beschikt over een genotsrecht op het project waarvoor hij een aanvraag van een strategisch forfait indient, voor een periode die voor onroerende goederen in elk geval minstens vijfentwintig jaar bedraagt en die voor roerende goederen in elk geval minstens vijf jaar bedraagt. Als de aanvrager en de eigenaar of de houder van de zakelijke rechten op de grond waarop een project wordt uitgevoerd, twee verschillende personen zijn, mag er tussen hen geen ongeoorloofde verwantschap bestaan als vermeld in artikel 4.

    De aanvrager toont bovendien op het ogenblik van de aanvraag van een akkoord voor een strategisch forfait aan dat hij financieel in staat is de investering te dragen tijdens de bouwperiode zonder de continuïteit van de zorgverlening in gevaar te brengen.

    Art. 4. § 1. De aanvrager en de eigenaar van de grond waarop een project wordt uitgevoerd of de aanvrager en de houder van de zakelijke rechten op de grond waarop een project wordt uitgevoerd, worden geacht een ongeoorloofde verwantschapsband te hebben als de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond een natuurlijke persoon is of een handelsvennootschap met rechtspersoonlijkheid als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, en als de ene rechtstreeks of onrechtstreeks de bevoegdheid in rechte of in feite heeft om bij de andere een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van de leden van het bestuursorgaan of op de oriëntatie van het beleid.

    § 2. De ongeoorloofde verwantschapsband is in rechte en wordt onweerlegbaar vermoed als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

  21. de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond is in het bezit van de meerderheid van de stemrechten die verbonden zijn aan het totaal van de deelnamerechten van de aanvrager;

  22. de aanvrager is in het bezit van de meerderheid van de stemrechten die verbonden zijn aan het totaal van de effecten van de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond;

  23. de meerderheid van de bestuurders van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond, of de aandeelhouders van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond bezitten, op persoonlijke titel, alleen of samen, de meerderheid van de stemrechten die verbonden zijn aan de deelnamerechten van de aanvrager;

  24. de meerderheid van de bestuurders of de leden van de aanvrager bezitten, op persoonlijke titel, alleen of samen, de meerderheid van de stemrechten die verbonden zijn aan de effecten van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond;

  25. de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond of de meerderheid van zijn bestuurders of aandeelhouders of zijn economische rechthebbenden hebben het recht om de meerderheid van de bestuurders van de aanvrager te benoemen of te ontslaan;

  26. de aanvrager of de meerderheid van zijn bestuurders of leden of zijn economische rechthebbenden hebben het recht om de meerderheid van de bestuurders van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond te benoemen of te ontslaan;

  27. de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond of de meerderheid van zijn bestuurders of aandeelhouders of zijn economische rechthebbenden beschikken krachtens de statuten van de aanvrager of krachtens een gesloten overeenkomst over de bevoegdheid om een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van het bestuursorgaan of op de oriëntatie van het beleid;

  28. de aanvrager of de meerderheid van zijn bestuurders of leden of zijn economische rechthebbenden beschikken krachtens de statuten van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond of krachtens een gesloten overeenkomst over de bevoegdheid om een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van het bestuursorgaan of op de oriëntatie van het beleid;

  29. de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond, zijn bestuurders of aandeelhouders hebben op de voorlaatste en laatste algemene vergadering van de aanvrager stemrechten uitgeoefend die de meerderheid vertegenwoordigen van de stemrechten die verbonden zijn aan de aandelen die op die algemene vergaderingen vertegenwoordigd zijn;

  30. de aanvrager, zijn bestuurders of aandeelhouders hebben op de voorlaatste en laatste algemene vergadering van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond stemrechten uitgeoefend die de meerderheid vertegenwoordigen van de stemrechten die verbonden zijn aan de aandelen die op die algemene vergaderingen vertegenwoordigd zijn;

  31. de eigenaar van de grond of de houder van de zakelijke rechten op de grond en de aanvrager staan onder een centrale leiding. Ze worden vermoed onder een centrale leiding te staan als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

    1. de centrale leiding vloeit voort uit de statuten van de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de grond enerzijds, en de aanvrager anderzijds, of uit een overeenkomst tussen alle betrokken entiteiten;

    2. de bestuursorganen van respectievelijk de eigenaar van de grond of van de houder van de zakelijke rechten op de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT