Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 oktober 2014 betreffende de aanstelling van de leden van de Vlaamse Hoge Handhavingsraad voor Ruimte en Milieu, de 3 juillet 2015

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid

Artikel 1. Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 25 april 2014, worden een punt 47° en een punt 48° toegevoegd, die luiden als volgt:

"47° lokale toezichthouder: een gemeentelijke toezichthouder, een toezichthouder van een intergemeentelijke vereniging of een toezichthouder van een politiezone;

48° lokale toezichthouder geluid: een gemeentelijke toezichthouder geluid, een toezichthouder geluid van een intergemeentelijke vereniging of een toezichthouder geluid van een politiezone.".

Art. 2. In artikel 2 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 april 2009, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 november 2010, 28 oktober 2011, 17 februari 2012 en 25 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° punt 7° wordt vervangen door wat volgt:

"7° verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende gefluoreerde broeikasgassen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 842/2006;";

2° er worden een punt 18° tot en met 23° toegevoegd, die luiden als volgt:

"18° verordening (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten;

19° verordening (EG) nr. 1497/2007 van de Commissie van 18 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) Nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire brandbeveiligingssystemen die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevatten;

20° verordening (EG) nr. 1516/2007 van de Commissie van 19 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat;

21° verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn;

22° verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de monitoring en rapportage van de emissies van broeikasgassen overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad;

23° verordening (EU) nr. 1257/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2013 inzake scheepsrecycling, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1013/2006 en van Richtlijn 2009/16/EG;

24° verordening (EU) nr. 1357/2014 van de Commissie van 18 december 2014 ter vervanging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen.".

Art. 3. In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 25 april 2014, wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 4. Artikel 13 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012, wordt vervangen door wat volgt:

"Art. 13. § 1. Provinciale en lokale toezichthouders moeten beschikken over een bekwaamheidsbewijs `toezichthouder milieuhandhaving'.

Provinciale toezichthouders geluid en lokale toezichthouders geluid moeten beschikken over een bekwaamheidsbewijs `toezichthouder geluid'.

§ 2. Om met toepassing van artikel 15 een bekwaamheidsbewijs `toezichthouder milieuhandhaving' of een bekwaamheidsbewijs `toezichthouder geluid' te kunnen verkrijgen, moeten de provinciale en lokale toezichthouders de volgende vier certificaten behalen door de opleidingen te volgen en te slagen voor de bekwaamheidsproeven:

1° het certificaat algemene beginselen milieuregelgeving;

2° het certificaat theorie en praktijk milieuhandhaving;

3° het certificaat communicatievaardigheden en conflictbeheersing;

4° het certificaat kijkstage.

In afwijking van het eerste lid hoeven de toezichthouders van de politiezones en de toezichthouders geluid van de politiezones het certificaat communicatievaardigheden en conflictbeheersing, vermeld in het eerste lid, 3°, niet te behalen.

§ 3. De opleidingen die gericht zijn op het behalen van de certificaten, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, hebben de volgende leerdoelen:

1° opleiding algemene beginselen milieuregelgeving:

  1. onderscheid kunnen maken tussen de verschillende regelgevende niveaus en die kunnen situeren;

  2. de essentie van de toepasselijke regelgeving begrijpen;

  3. de instanties en hun bevoegdheden kennen;

  4. nuttige bronnen kunnen raadplegen;

    2° opleiding theorie en praktijk milieuhandhaving:

  5. goede kennis hebben van titel XVI van het decreet, van dit besluit en de toepassing ervan:

    1) de eigen bevoegdheden kennen;

    2) weten welke rechten en verplichtingen er zijn en die correct en verantwoord kunnen toepassen;

    3) weten welke handhavingsinstrumenten er ter beschikking zijn en kunnen afwegen welke wanneer ingezet moeten worden;

    4) handhavingsdocumenten correct en volledig kunnen opstellen;

  6. goede kennis hebben van de regelgeving waarvoor de toezichthouder bevoegd is:

    1) de regelgeving begrijpen en kunnen interpreteren;

    2) vergunningen begrijpen en kunnen interpreteren;

    3) monsternemingen, metingen, beproevingen en analyses kunnen uitvoeren;

    4) meetresultaten correct kunnen interpreteren en aftoetsen aan de juiste normen;

    3° opleiding communicatievaardigheden en conflictbeheersing:

  7. beschikken over de vereiste schriftelijke en mondelinge communicatievaardigheden;

  8. praktijksituaties correct kunnen inschatten en beheersen;

  9. conflicten kunnen hanteren;

    4° opleiding kijkstage: inzicht hebben in de vereiste kennis, competenties en attitudes van een toezichthouder.

    § 4. Het aantal uren van de opleidingen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, bedraagt voor de gemeentelijke toezichthouders en de toezichthouders van de intergemeentelijke verenigingen:

    1° algemene beginselen milieuregelgeving: 18 uur;

    2° theorie en praktijk milieuhandhaving: 90 uur;

    3° communicatievaardigheden en conflictbeheersing: 12 uur;

    4° kijkstage: 12 uur.

    § 5. Het aantal uren van de opleidingen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, bedraagt voor de toezichthouders van de politiezones:

    1° algemene beginselen milieuregelgeving: 18 uur;

    2° theorie en praktijk milieuhandhaving: 90 uur;

    3° kijkstage: 12 uur.

    § 6. Het aantal uren van de opleidingen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, bedraagt voor de provinciale toezichthouders milieuhandhaving:

    1° algemene beginselen milieuregelgeving: 18 uur;

    2° theorie en praktijk milieuhandhaving: 42 uur;

    3° communicatievaardigheden en conflictbeheersing: 6 uur;

    4° kijkstage: 6 uur.

    § 7. Het aantal uren van de opleidingen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, bedraagt voor de provinciale toezichthouders geluid, de gemeentelijke toezichthouders geluid en de toezichthouders geluid van de intergemeentelijke verenigingen:

    1° algemene beginselen milieuregelgeving: 18 uur;

    2° theorie en praktijk milieuhandhaving: 30 uur;

    3° communicatievaardigheden en conflictbeheersing: 6 uur;

    4° kijkstage: 6 uur.

    § 8. Het aantal uren van de opleidingen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, bedraagt voor de toezichthouders geluid van de politiezones:

    1° algemene beginselen milieuregelgeving: 18 uur;

    2° theorie en praktijk milieuhandhaving: 30 uur;

    3° kijkstage: 6 uur.

    § 9. Om een certificaat te behalen, moeten de cursisten na het volgen van de toepasselijke opleiding slagen voor de bekwaamheidsproef door ten minste 50% van de punten te behalen.".

    Art. 5. In artikel 14 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2011 en 7 september 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

    1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede "artikel 13, § 1, tweede en vierde lid, en § 2, tweede en vierde lid," vervangen door de zinsnede "artikel 13, § 2, eerste lid,";

    2° in paragraaf 2, 1°, wordt de zinsnede "beginselen, vermeld in artikel 13, § 1, tweede lid, hetzij minstens vijf jaar praktijkervaring hebben met die beginselen" vervangen door de zinsnede "leerdoelen, vermeld in artikel 13, § 3, hetzij minstens vijf jaar praktijkervaring hebben met die leerdoelen";

    3° aan paragraaf 2 worden een punt 3° en een punt 4° toegevoegd, die luiden als volgt:

    "3° over leerplannen beschikken die invulling geven aan de leerdoelen, vermeld in artikel 13, § 3;

    4° over een evaluatiemethode beschikken waarbij wordt nagegaan in hoeverre de in de leerplannen geformuleerde doelstellingen met betrekking tot kennis en vaardigheden behaald zijn.";

    4° er wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, die luidt als volgt:

    " § 2/1. De instellingen, vermeld in paragraaf 1, moeten zich richten naar de instructies van de afdeling, bevoegd voor erkenningen.";

    5° in paragraaf 3 wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

    "Wijzigingen van de leerplannen en de evaluatiemethode, vermeld in paragraaf 2, punten 3° en 4°, worden voorafgaand ter goedkeuring voorgelegd aan de afdeling, bevoegd voor erkenningen.".

    Art. 6. In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2011 en 7 september 2012, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:

    "De instelling, vermeld in artikel 14, § 1, levert de certificaten af aan de cursisten die de toepasselijke opleidingen, vermeld in artikel 13, §...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT