Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs, de 12 avril 2024

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs

Artikel 1. Aan artikel 16 van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2023, wordt een paragraaf 4 toegevoegd, die luidt als volgt:

" § 4. Als een personeelslid overstapt van een hogeschool naar een van de andere onderwijsniveaus die onder het toepassingsgebied van dit besluit vallen, worden de diensten die het personeelslid heeft verstrekt in de privésector, als werknemer of als zelfstandige, in aanmerking genomen voor de berekening van het salaris van het personeelslid, op voorwaarde dat die diensten voor de overstap door de hogeschool zijn erkend als geldelijke anciënniteit als vermeld in artikel V.161 en V.178 van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013.".

Art. 2. In artikel 16ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 september 2020 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt:

    " § 1. Dit artikel is van toepassing op het personeelslid dat vanaf 1 september 2023 voor de eerste keer wordt aangesteld in een gefinancierde of gesubsidieerde betrekking in het onderwijs, met uitzondering van een universiteit, en op voorwaarde dat dat personeelslid wordt aangesteld in een van de volgende ambten:

  2. alle wervings-, selectie- en bevorderingsambten die behoren tot het bestuurs- en onderwijzend personeel in het basis- en secundair onderwijs;

  3. het ambt van adjunct-directeur in het basisonderwijs;

  4. het ambt van ICT-coördinator in het basis- en secundair onderwijs;

  5. de ambten van arts en paramedisch werker in de centra voor leerlingenbegeleiding.

    Personeelsleden die voor 1 september 2023 een of meer korte aanstellingen hebben gehad die samen niet meer dan 105 dagen bedragen, worden voor de toepassing van het eerste lid beschouwd als personeelsleden die vanaf 1 september 2023 voor de eerste keer worden aangesteld.";

  6. paragraaf 1bis en paragraaf 1ter worden opgeheven;

  7. in paragraaf 2, derde lid, wordt het woord "tien" vervangen door het woord "vijftien";

  8. in paragraaf 2 wordt het vierde lid opgeheven;

  9. in paragraaf 4 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:

    "Paragraaf 1 tot en met 3 gelden ook voor het personeelslid dat vanaf 1 september 2023 wordt aangesteld in een knelpuntambt of -vak, en dat gedurende een ononderbroken periode van minimaal drie jaar voor de datum van zijn aanstelling op 1 september 2023 of later, niet aangesteld was in een gefinancierde of gesubsidieerde betrekking in het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT