19 FEBRUARI 1965. - Wet betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen. - Officieuze coördinatie in het Duits
De hierna volgende tekst is de officieuze coördinatie in het Duits van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 26 februari 1965), zoals ze achtereenvolgens werd gewijzigd bij :
- de wet van 10 januari 1977 tot wijziging van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 2 april 1977);
- de wet van 28 juni 1984 tot wijziging van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1984);
- de wet van 26 juni 2000 betreffende de invoering van de euro in de wetgeving die betrekking heeft op aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet (Belgisch Staatsblad van 29 juli 2000);
- de wet van 2 februari 2001 tot wijziging van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 8 maart 2001);
- de wet van 1 mei 2006 tot wijziging van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 5 juli 2006);
- de wet van 1 maart 2007 houdende diverse bepalingen (III) (Belgisch Staatsblad van 14 maart 2007).
Deze officieuze coördinatie in het Duits is opgemaakt door de Centrale Dienst voor Duitse vertaling in Malmedy.
MINISTERIUM DES MITTELSTANDS
19. FEBRUAR 1965 - Gesetz über die Ausübung seitens Ausländer von Berufstätigkeiten als Selbständige
Artikel 1 - [Jeder Ausländer, der auf dem Staatsgebiet des Königreichs eine selbständige Berufstätigkeit ausübt, sei es als natürliche Person oder innerhalb einer Vereinigung oder Gesellschaft mit Rechtspersönlichkeit oder einer nichtrechtsfähigen Vereinigung oder Gesellschaft, muss eine Berufskarte besitzen.]
[Für die Anwendung des vorliegenden Gesetzes wird die Tätigkeit, die nicht unter die Anwendung der Vorschriften über die Beschäftigung von Arbeitnehmern ausländischer Staatsangehörigkeit fällt, als selbständige Tätigkeit betrachtet.]
[Art. 1 Abs. 1 ersetzt durch Art. 2 des G. vom 2. Februar 2001 ( Belgisches Staatsblatt vom 8. März 2001); Abs. 2 ersetzt durch Art. 1 des G. vom 10. Januar 1977 ( Belgisches Staatsblatt vom 2. April 1977)]
Art. 2 - [Der König kann bestimmte Ausländerkategorien, die Er festlegt, von der in Artikel 1 vorgesehenen Verpflichtung befreien, entweder aufgrund der Art des Berufs, der Art des Aufenthaltsrechts, der Ausführung internationaler Verträge oder einer gegenseitigen Massnahme oder noch aufgrund der Flüchtlings- oder Staatenloseneigenschaft von nichtbelgischen Staatsangehörigen, denen es erlaubt ist, sich im Königreich aufzuhalten oder niederzulassen.
Diese Befreiungen werden durch einen im Ministerrat beratenen Erlass gewährt.]
[Art. 2 ersetzt durch Art. 3 des G. vom 2. Februar 2001 ( Belgisches Staatsblatt vom 8. März 2001)]
Art. 3 - § 1 - [Die Berufskarte wird von [dem vom Minister des Mittelstands bestimmten beauftragten Beamten] [erteilt]. Sie ist persönlich und nicht abtretbar; auf dieser Karte werden die vom Inhaber ausgeübte oder auszuübende Tätigkeit [...] und gegebenenfalls die an diese Ausübung geknüpften Bedingungen genau angegeben.]
[Der König kann den Unternehmensschaltern die Befugnis erteilen, die Berufskarte auszustellen, die von dem zu diesem Zweck beauftragten Beamten, der in Absatz 1 erwähnt ist, erteilt wird. Er wird die Vergütung der Unternehmensschalter für ihre Mitarbeit festlegen.]
§ 2 - Die Gültigkeitsdauer der Berufskarte darf fünf Jahre nicht überschreiten. Beträgt sie weniger als fünf Jahre, kann sie bis auf diese Höchstdauer verlängert werden. Bei Ablauf der Gültigkeitsdauer der Berufskarte kann sie erneuert werden.
§ 3 - [Der König legt...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI