Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting 2008., de 21 novembre 2008

HOOFDSTUK I. - Algemeen.

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

HOOFDSTUK II. - Onderwijs.

Afdeling I. - VZW Voorrangsbeleid Brussel.

Art. 2. In artikel 22, § 2, van het decreet van 30 november 2007 betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau worden de woorden " 31 augustus 2008 " vervangen door de woorden " 31 december 2009 ".

Art. 3. Aan artikel 22 van hetzelfde decreet wordt een § 3 toegevoegd, die luidt als volgt :

" § 3. De vzw VBB kan geen verbintenissen aangaan die uitvoering hebben na 31 december 2009. ".

Afdeling II. - VZW Brussels Ondersteuningscentrum secundair onderwijs.

Art. 4. In artikel X.7 van het decreet van 22 juni 2007 betreffende het onderwijs XVII worden de woorden " 31 augustus 2008 " vervangen door de woorden " 31 december 2010 ".

Afdeling III. - Centra voor leerlingenbegeleiding.

Art. 5. In artikel 53, § 1, van het decreet van 1 december 1998 betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding, vervangen bij decreet van 24 december 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. in de eerste zin worden de woorden " 14 150 000 euro " vervangen door de woorden " 15 052 658 euro ";

  2. punt 2° wordt vervangen door wat volgt :

    " 2° voor de extra-omkaderingsgewichten :

    1. voor de 180 extra-omkaderingsgewichten die betrekking hebben op densiteit zoals vermeld in artikel 71, § 4 : 2 655 euro per omkaderingsgewicht per jaar;

    2. voor de 135 extra-omkaderingsgewichten die betrekking hebben op gelijke onderwijskansen zoals vermeld in artikel 71, § 2 : 3 000 euro per omkaderingsgewicht per jaar; ".

    Afdeling IV. - Hogere Zeevaartschool.

    Art. 6. In artikel 30 van het decreet van 9 juni 1998 betreffende de Hogere Zeevaartschool wordt het bedrag " 1 199 000 euro " vervangen door het bedrag " 1 391 000 euro ".

    Afdeling V. - Financiering Hoger Onderwijs.

    Art. 7. De tabel in artikel 9, § 3, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en universiteiten in Vlaanderen wordt vervangen door de volgende tabel :

    Begrotingsjaar Begrotingsjaar Begrotingsjaar Vanaf

    2008 2009 2010 begrotingsjaar

    2011

  3. SOW 100 000 000,00 100 000 000,00 100 000 000,00 100 000 000,00

  4. VOW prof 366 165 166,69 366 258 725,67 366 352 284,65 366 445 843,63

  5. VOW ac 156 526 637,20 157 426 226,38 158 325 815,56 158 583 404,74

  6. VOW un 313 553 570,53 313 553 570,53 313 553 570,53 313 553 570,53

  7. SOZun 105 000 000,00 105 000 000,00 105 000 000,00 105 000 000,00

  8. VOZun 176 186 240,45 176 186 240,45 176 186 240,45 176 186 240,45

    Art. 8. In artikel 31 van hetzelfde decreet wordt § 2 vervangen door wat volgt :

    " § 2. De volgende gegarandeerde minimumbedragen worden vastgelegd voor de hogescholen en de universiteiten :

    Instelling gegarandeerd minimum

    (uitgedrukt in EUR)

  9. Arteveldehogeschool 39 172 027,94

  10. Erasmushogeschool Brussel 28 221 507,42

  11. Hogeschool Antwerpen 44 770 310,04

  12. Hogeschool Gent 74 423 088,34

  13. Hogeschool Sint-Lukas Brussel 7 340 568,70

  14. Hogeschool voor Wetenschap & Kunst 38 412 534,58

  15. Hogeschool West-Vlaanderen 19 816 734,54

  16. Karel de Grote-Hogeschool KH Antwerpen 40 252 379,35

  17. Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende 17 798 398,64

  18. Katholieke Hogeschool Kempen 31 364 082,66

  19. Katholieke Hogeschool Leuven 27 088 744,74

  20. Katholieke Hogeschool Limburg 29 971 388,38

  21. Katholieke Hogeschool Mechelen 19 961 758,26

  22. Katholieke Hogeschool Sint-Lieven 26 915 201,11

  23. Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen 29 164 438,69

  24. Lessius Hogeschool 13 008 546,51

  25. Plantijn-Hogeschool 13 941 258,15

  26. Provinciale Hogeschool Limburg 20 857 698,06

  27. Groep T - Leuven Hogeschool 10 766 708,92

  28. EHSAL - Europese Hogeschool Brussel 21 305 296,34

  29. XIOS Hogeschool Limburg 15 193 074,25

  30. KUBrussel 5 502 000,00

  31. KULeuven 222 899 082,00

  32. UGent 196 584 425,00

  33. Universiteit Antwerpen 85 954 139,00

  34. VUB 78 279 046,00

  35. UHasselt/tUL 24 528 509,00

    "

    Art. 9. In artikel 35, § 1, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  36. in punt 1° wordt het getal " 1 108 000 " vervangen door het getal " 951 960,02 ";

  37. in punt 2° wordt het getal " 7 850 000 " vervangen door het getal " 7 930 245,71 ".

    Afdeling VI. - Fonds - Terugvorderingen Salarissen - Centra voor Basiseducatie (Recuperatiefonds).

    Art. 10. § 1. Er wordt een fonds " Terugvorderingen Salarissen - Centra voor Basiseducatie " opgericht, hierna het Fonds te noemen.

    § 2. Het Fonds is een B-fonds in de zin van artikel 45 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991.

    § 3. Aan het Fonds worden alle ontvangsten voortvloeiend uit de terugstorting van onverschuldigde salarissen en vergoedingen toegewezen.

    § 4. De middelen van het Fonds kunnen uitsluitend aangewend worden voor uitgaven met betrekking tot de betaling van salarissen van personeelsleden van de Centra voor Basiseducatie.

    Afdeling VII. - VZW Werkgroep Immigratie.

    Art. 11. In artikel 23, § 2, van het decreet van 30 november 2007 betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau wordt het jaartal " 2008 " vervangen door het jaartal " 2010 ".

    Afdeling VIII. - Instituut voor Europese Studies.

    Art. 12. Aan artikel 169quater, § 7, van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, laatst gewijzigd bij het decreet van 4 april 2003, wordt aan het tweede lid de volgende zin toegevoegd :

    " Voor 2008 bedraagt de subsidie 1 824 duizend euro. ".

    Afdeling IX. - Werkingsbudgetten leerplichtonderwijs.

    Art. 13. In artikel 3 van het decreet van 4 juli 2008 betreffende de werkingsbudgetten in het secundair onderwijs en tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 wat de werkingsbudgetten betreft, worden in het ontworpen artikel 85, § 5, de woorden " elk jaar in twee schijven uitbetaald : in januari een voorschot van 50 % en het saldo in juni " vervangen door de woorden " elk schooljaar in minstens twee schijven uitbetaald waarbij vóór 1 februari de som van de uitbetaalde schijven minstens 50 % van de werkingsmiddelen van het betrokken schooljaar vertegenwoordigt en het saldo vóór 1 juli betaald wordt ".

    Art. 14. In artikel 3 van hetzelfde decreet worden in het ontworpen artikel 86, § 5, de woorden " elk jaar in twee schijven uitbetaald : in januari een voorschot van 50 % en het saldo in juni " vervangen door de woorden " elk schooljaar in minstens twee schijven uitbetaald waarbij vóór 1 februari de som van de uitbetaalde schijven minstens 50 % van de werkingsmiddelen van het betrokken schooljaar vertegenwoordigt en het saldo vóór 1 juli betaald wordt ".

    Art. 15. In artikel 12, § 5, van hetzelfde decreet worden de woorden " elk jaar in twee schijven uitbetaald : in januari een voorschot van 50 % en het saldo in juni " vervangen door de woorden " elk schooljaar in minstens twee schijven uitbetaald waarbij vóór 1 februari de som van de uitbetaalde schijven minstens 50 % van de werkingsmiddelen van het betrokken schooljaar vertegenwoordigt en het saldo vóór 1 juli betaald wordt ".

    Art. 16. In artikel 18, § 5, van hetzelfde decreet worden de woorden " elk jaar in twee schijven uitbetaald : in januari een voorschot van 50 % en het saldo in juni " vervangen door de woorden : " elk schooljaar in minstens twee schijven uitbetaald waarbij vóór 1 februari de som van de uitbetaalde schijven minstens 50 % van de werkingsmiddelen van het betrokken schooljaar vertegenwoordigt en het saldo vóór 1 juli betaald wordt ".

    Art. 17. In artikel 24 van hetzelfde decreet worden de woorden " januari 2009 " vervangen door de woorden " november 2008 ".

    HOOFDSTUK III. - Fiscaliteit.

    Afdeling I. - Leegstandsheffing woningen.

    Art. 18. In artikel 39, § 1, van decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 wordt het vierde lid opgeheven.

    Art. 19. In hetzelfde decreet wordt een nieuw artikel 40bis ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " Artikel 40bis. Inzoverre deze afdeling en de besluiten genomen ter uitvoering ervan er niet van afwijken, zijn de regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek, de aansprakelijkheid en plichten van sommige ministeriële officieren, openbare ambtenaren en andere personen, de verjaring alsmede de vestiging inzake de onroerende voorheffing, zoals van toepassing in het Vlaamse Gewest, mutatis mutandis van toepassing op de in deze afdeling bedoelde heffingen en administratieve geldboeten met uitzondering van titel VII, hoofdstuk VIII, afdeling IVbis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals ingevoegd bij artikel 332 van de Programmawet van 27 december 2004. ".

    Afdeling II. - Leegstandsheffing bedrijfsruimten.

    Art. 20. Aan artikel 17, § 2, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, het laatst gewijzigd bij decreet van 23 juni 2006, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :

    " Het Vernieuwingsfonds heeft verder als doel, met ingang van 1 juli 2008 en tot een nader door de Vlaamse Regering te bepalen datum, doch uiterlijk tot 1 juli 2013, alle kosten, met inbegrip van de desbetreffende personeels-, werkings- en informaticakosten te dragen die gepaard gaan met de inning en invordering en de bezwaar- en geschilafhandeling van de planbatenheffing, zoals bedoeld in titel II, hoofdstuk VIII, afdeling II, van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, zoals later gewijzigd, alsook aan de voorbereiding van deze inning. ".

    Art. 21. In hetzelfde decreet wordt artikel 28 opgeheven.

    Art. 22. In artikel 33 van hetzelfde decreet worden tussen de woorden " de wettelijke hypotheek, " en de woorden " de verjaring " de woorden " de aansprakelijkheid en plichten van sommige ministeriële officieren, openbare ambtenaren en andere personen, " ingevoegd.

    Art. 23. In artikel 33 van hetzelfde decreet, wordt het woord " rijksinkomstenbelastingen " vervangen door de woorden " de onroerende...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT