Benelux-Verdrag inzake grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking, gedaan te 's-Gravenhage op 20 februari 2014, de 20 avril 2018

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking

  1. Overheden, instellingen en samenwerkingsverbanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid, kunnen met elkaar grensoverschrijdend en interterritoriaal samenwerken met het oog op een gemeenschappelijke belangenbehartiging.

  2. De grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking op basis van dit Verdrag vindt plaats op het grondgebied van de Lidstaten van de Benelux Unie en op dat van de Staten die grenzen aan dit grondgebied en die op grond van artikel 27 tot dit Verdrag toetreden.

    Art. 2. Deelnemers

  3. Aan de grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking op basis van dit Verdrag kunnen, binnen het kader van de bevoegdheden ingevolge hun interne recht, deelnemen:

    1. de Staten die Partij zijn bij dit Verdrag;

    2. alle overheden van een Partij bij dit Verdrag;

    3. alle publieke instellingen, in de meest ruime zin van het woord, met zetel op het grondgebied van de Partijen bij dit Verdrag, met inbegrip van overheidsbedrijven, rechtspersonen die hoofdzakelijk door overheden worden gefinancierd of gecontroleerd, en rechtspersonen die, op grond van een concessie of wettelijke opdracht, openbare functies vervullen;

    4. samenwerkingsverbanden tussen deze deelnemers.

  4. Deze grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking is slechts mogelijk in het kader van de wetgeving van de betrokken Partijen en op voorwaarde dat de deelname zich uitstrekt over het grondgebied van ten minste twee Partijen bij dit Verdrag, waarvan er ten minste één Lidstaat is van de Benelux Unie.

  5. Natuurlijke personen kunnen niet deelnemen aan de grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking op basis van dit Verdrag.

    Art. 3. Vormen van grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking

    Zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheden om op basis van het privaatrecht samen te werken, kan de grensoverschrijdende en interterritoriale samenwerking gestalte krijgen in:

    1. een Benelux Groepering voor Territoriale Samenwerking, verder BGTS genaamd;

    2. een administratieve afspraak voor grensoverschrijdende of interterritoriale samenwerking;

    3. een gemeenschappelijk orgaan voor grensoverschrijdende of interterritoriale samenwerking.

    HOOFDSTUK 2. - Benelux Groepering voor Territoriale Samenwerking

    Art. 4. Kenmerken en oprichting van de BGTS

  6. Een BGTS is een grensoverschrijdend openbaar lichaam met rechtspersoonlijkheid.

  7. Tot de oprichting van een BGTS wordt besloten op gezamenlijk initiatief van haar kandidaat-deelnemers.

  8. Een BGTS wordt opgericht door ondertekening van de oprichtingsakte. Deze akte wordt ondertekend door alle leden en bevat tevens de statuten van een BGTS.

  9. Een BGTS geniet in elke Partij de ruimste handelingsbekwaamheid die in de wetgeving van deze Partij aan rechtspersonen wordt toegekend, waaronder ten minste de bevoegdheid om:

    1. roerende en onroerende goederen te verwerven en te vervreemden;

    2. personeel in dienst te nemen;

    3. over een eigen begroting en bankrekening te beschikken en deze te beheren;

    4. in rechte op te treden.

  10. In alle documenten uitgaande van een BGTS wordt de naam "Benelux Groepering voor Territoriale Samenwerking" dan wel de afkorting "BGTS" vermeld.

    Art. 5. Toekenning van bevoegdheden van regeling en bestuur

    De deelnemers genoemd in artikel 2, eerste lid, onderdelen a en b, en hun samenwerkingsverbanden kunnen aan een BGTS bevoegdheden van regeling en bestuur toekennen als het interne recht van de Partijen dit toelaat.

    Art. 6. Statuten

  11. De statuten van een BGTS mogen niet in strijd zijn met de openbare orde van de Partijen waartoe de deelnemers behoren.

  12. De statuten van een BGTS regelen ten minste de volgende onderwerpen:

    1. de naam en de eventuele afkorting;

    2. de locatie en de exacte adressen van de maatschappelijke zetel en de eventuele vestigingen;

    3. het maatschappelijk doel;

    4. de duur van de samenwerking, die onbepaald kan zijn, alsmede de wijze van verlenging van de looptijd en van beëindiging;

    5. de taken, de bevoegdheden en de werkwijze;

    6. de lijst van de deelnemers, hun financiële deelname, alsmede de wijze van toetreding en uittreding van de deelnemers;

    7. de wijze van aanstelling van de leden van de bestuurs- en controleorganen;

    8. de wijze waarop de vertegenwoordiging in rechte is geregeld;

    9. de verplichtingen van de deelnemers;

    10. de wijze waarop een BGTS en haar activiteiten worden gefinancierd.

  13. De statuten van een BGTS zijn opgesteld in de taal of talen van het grondgebied waartoe de deelnemers van een BGTS behoren.

    Art. 7. Verkrijging van rechtspersoonlijkheid

    De ondertekende oprichtingsakte van een BGTS wordt neergelegd en bekendgemaakt volgens de voorschriften van het interne recht van de Partij waar de maatschappelijke zetel gelegen is. De BGTS verkrijgt rechtspersoonlijkheid op de datum van deze bekendmaking.

    Art. 8. Maatschappelijke zetel en vestigingen van een BGTS

  14. Een BGTS vestigt haar maatschappelijke zetel op het grondgebied van één van de Partijen waartoe de deelnemers behoren.

  15. Een BGTS kan daarnaast op het grondgebied van de Partijen waartoe de deelnemers behoren, één of meer vestigingen oprichten.

  16. Elke vorm van correspondentie aan een BGTS, met inbegrip van betekeningen, ingebrekestellingen of dagvaardingen, geschiedt rechtsgeldig aan de maatschappelijke zetel of aan een vestiging van een BGTS.

    Art. 9. Organen

    Een BGTS beschikt ten minste over de volgende organen:

    1. een algemene vergadering, bestaande uit vertegenwoordigers van de deelnemers;

    2. hetzij een raad van bestuur, waarvan de leden benoemd worden door de algemene vergadering op voordracht van de deelnemers, hetzij een directeur, benoemd door de algemene vergadering.

    Art. 10. Personeel van een BGTS

  17. Een BGTS kan arbeidsovereenkomsten van bepaalde of onbepaalde duur sluiten.

  18. De deelnemers kunnen personeel ter beschikking stellen aan een BGTS. Deze personeelsleden ontvangen hun instructies uitsluitend van een BGTS. De modaliteiten van de terbeschikkingstelling, in het bijzonder de eventuele verrekening van het door de oorspronkelijke werkgever betaalde loon met de door hem verschuldigde financiële bijdrage aan een BGTS, maken het voorwerp uit van een specifieke overeenkomst tussen de werkgever en een BGTS.

  19. Een BGTS streeft, met inachtneming van de toepasselijke wetgeving, gelijkwaardigheid na van de arbeidsvoorwaarden op de verschillende arbeidslocaties.

    Art. 11. Toepasselijk recht en bevoegd rechtscollege

  20. Voor zover aan een BGTS bevoegdheden van regeling en bestuur werden toegekend, worden de rechtsbetrekkingen met de aan de BGTS rechtsonderhorige natuurlijke en rechtspersonen en de daaraan verbonden rechtsgang geregeld door het recht dat van toepassing zou zijn als de deelnemende overheden zelf de toegekende bevoegdheden hadden uitgeoefend. De in het kader van deze bevoegdheden genomen beslissingen van een BGTS vermelden uitdrukkelijk de mogelijkheden tot beroep.

  21. Zonder afbreuk te doen aan het eerste lid, is het recht van de maatschappelijke zetel van toepassing op:

    1. het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT