20 SEPTEMBER 2002. - Wet betreffende de toetreding van België tot de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid zoals bepaald in artikel 77, alinea 6, van de Grondwet.

Art. 2. De hiernavolgende internationale akten :

  1. de Overeenkomst tot oprichting van de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij, gedaan te Washington op 19 november 1984;

  2. resolutie CII/AG-5/99, aangenomen door de Raad van Gouverneurs op 14 december 1999, met als opschrift « Verhoging ten belope van 500 miljoen US$ van het toegestane kapitaal en inschrijving erop », geamendeerd bij resolutie CII/AG-2/01, aangenomen door de Raad van Gouverneurs op 16 maart 2001;

  3. Resolutie CII/AG-3/01 aangenomen door de Raad van Gouverneurs op 16 maart 2001 met als opschrift « Toelating van België, Finland, Noorwegen, Portugal en Zweden als leden van de Maatschappij »,

zullen volkomen uitwerking hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 20 september 2002.

ALBERT

Van Koningswege :

De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken,

L. MICHEL

De Minister van Financiën,

D. REYNDERS

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

M. VERWILGHEN

_______

Nota

(1) Parlementaire verwijzingen 2001-2002.

Senaat.

Parlementaire stukken. - Wetsontwerp, nr. 2-1204/1. - Verslag namens de commissie, nr. 2-1204/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Zitting van 10 juli 2002.

Kamer van volksvertegenwoordigers.

Parlementaire stukken. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 50-1936/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 50-1936/2. - Verslag namens de commissie nr. 50-1936/3.

Overeenkomst tot oprichting van de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij

De Overeenkomst tot oprichting van de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij is in werking getreden op 23 maart 1986. Onderstaande tekst is het eensluidend afschrift van de Overeenkomst zoals zij werd gewijzigd door een resolutie die in werking is getreden op 3 oktober 1995.

WASHINGTON, DC

JANUARI 1996

INHOUDSTAFEL

I. DOEL EN TAKEN

  1. Doel

  2. Taken

  3. Beleid

    II. LEDEN EN KAPITAAL

  4. Leden

  5. Middelen

  6. Inschrijvingen

  7. Beperking op overdrachten of verpanding van aandelen

  8. Voorkeurrecht tot inschrijving

  9. Beperking van aansprakelijkheid

    III. WERKZAAMHEDEN

  10. Bevoegdheden

  11. Andere vormen van investeringen

  12. Beginselen waarvan bij de werkzaamheden wordt uitgegaan

  13. Beperkingen

  14. Bescherming van belangen

  15. Beperkingen inzake buitenlandse valuta

  16. Andere bevoegdheden

  17. Verbod van politieke activiteiten

    IV. ORGANISATIE EN BESTUUR

  18. Structuur van de maatschappij

  19. Raad van bestuur

  20. Stemrecht

  21. Raad van Bewindvoerders

  22. Hoofdlijnen voor de organisatie

  23. Uitvoerende Commissie van de Raad van Bewindvoerders

  24. Voorzitter, Algemeen Beheerder en personeel

  25. Betrekkingen met de Bank

  26. Openbaarmaking van jaarverslagen en verspreiding van verslagen

  27. Dividenden

    V. OPZEGGING EN SCHORSING VAN LEDEN

  28. Recht van opzegging

  29. Schorsing van leden

  30. Voorwaarden bij uittreding

    VI. STAKING EN BEEINDIGING DER WERKZAAMHEDEN

  31. Staking der werkzaamheden

  32. Beëindiging der werkzaamheden

  33. Aansprakelijkheid van leden en betaling van schulden

  34. Verdeling der activa

    VII. RECHTSPERSOONLIJKHEID, IMMUNITEITEN, VRIJSTELLINGEN EN VOORRECHTEN

  35. Reikwijdte

  36. Rechtspersoonlijkheid

  37. Rechtshandelingen

  38. Immuniteit der activa

  39. Onschendbaarheid van het archief

  40. Vrijstelling der activa van beperkende bepalingen

  41. Bevoorrechte behandeling van mededelingen van de Maatschappij

  42. Persoonlijke voorrechten en immuniteiten

  43. Vrijstelling van belastingen

  44. Toepassing

  45. Afstand van voorrechten en immuniteiten

    VIII. WIJZIGINGEN

  46. Wijzigingen

    IX. INTERPRETATIE EN ARBITRAGE

  47. Interpretatie

  48. Arbitrage

    X. ALGEMENE BEPALINGEN

  49. Zetel van de Maatschappij

  50. Betrekkingen met andere organisaties

  51. Contacten

    XI. SLOTBEPALINGEN

  52. Ondertekening en aanvaarding

  53. Inwerkingtreding

  54. Begin van werkzaamheden

    Overeenkomst tot oprichting

    van de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij

    De landen namens welke deze Overeenkomst is ondertekend, komen overeen de Inter-Amerikaanse Investeringsmaatschappij op te richten, waarop de volgende bepalingen van toepassing zijn :

    ARTIKEL I

    DOEL EN TAKEN

    Afdeling 1. - Doel

    Het doel van de Maatschappij is de economische ontwikkeling te bevorderen van haar in ontwikkeling zijnde regionale lid-landen door de oprichting, uitbreiding en modernisering aan te moedigen van particuliere ondernemingen, bij voorkeur de kleine en middelgrote, zodat de werkzaamheden van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (hierna te noemen « de Bank ») worden aangevuld.

    Ondernemingen in het aandelenkapitaal waaraan gedeeltelijk wordt deelgenomen door de regering of andere openbare lichamen, wier werkzaamheden de particuliere sector van de economie versterken, komen in aanmerking voor financiering door de Maatschappij.

    Afdeling 2. - Taken

    Voor de verwezenlijking van haar doel verricht de Maatschappij de volgende taken ter ondersteuning van de in afdeling 1 bedoelde ondernemingen :

    (a) Het bijstaan, alleen of te zamen met andere leningverstrekkers of investeerders, in de financiering van de oprichting, uitbreiding en modernisering van ondernemingen, waarbij de Maatschappij de instrumenten en/of procedures hanteert die zij in elk afzonderlijk geval passend acht;

    (b) Het vergemakkelijken van toegang van deze ondernemingen tot binnenlands en buitenlands particulier en door de overheid verstrekt kapitaal, en tot technische en bedrijfskundige kennis;

    (c) Het stimuleren van de ontwikkeling van investeringsmogelijkheden die de toestroming bevorderen van binnenlands en buitenlands particulier en door de overheid verstrekt kapitaal naar investeringen in de lid-landen;

    (d) Het nemen, in elk afzonderlijk geval, van passende en noodzakelijke maatregelen voor de financiering van die ondernemingen, indachtig hun behoeften en de beginselen gebaseerd op een zorgvuldig beheer van de middelen van de Maatschappij; en

    (e) Het verschaffen van technische samenwerking ten behoeve van de opstelling, financiering en uitvoering van projecten, met inbegrip van de overdracht van passende technologie.

    Afdeling 3. - Beleid

    De werkzaamheden van de Maatschappij worden verricht overeenkomstig de beleidslijnen voor de exploitatie, financiering en investeringen die uitvoerig zijn omschreven in de door de Raad van Bewindvoerders van de Maatschappij goedgekeurde voorschriften, welke voorschriften door deze Raad kunnen worden gewijzigd.

    ARTIKEL II

    LEDEN EN KAPITAAL

    Afdeling 1. - Leden

    (a) De leden die de Maatschappij hebben opgericht zijn die lid-landen van de Bank die deze Overeenkomst op de in artikel XI, afdeling 1 (a) aangegeven datum hebben ondertekend en de aanvankelijke betaling vereist in afdeling 3(b) van dit artikel hebben verricht.

    (b) De andere lid-landen van de Bank kunnen tot deze Overeenkomst toetreden op de datum en overeenkomstig de voorwaarden die de Raad van Bestuur van de Maatschappij bepaalt met een meerderheid die ten minste twee derde van de stemmen van de leden vertegenwoordigt, twee derde van de bestuurders daaronder begrepen.

    (c) Het woord « leden » zoals gebruikt in deze Overeenkomst heeft alleen betrekking op lid-landen van de Bank die lid van de Maatschappij zijn.

    Afdeling 2. - Middelen

    (a) Het maatschappelijk aandelenkapitaal van de Maatschappij bedraagt aanvankelijk tweehonderd miljoen dollar van de Verenigde Staten van Amerika (VS$ 200 000 000).

    (b) Het maatschappelijk aandelenkapitaal wordt verdeeld in twintigduizend (20 000) aandelen met een pari-waarde van tienduizend VS-dollar (VS$ 10 000) per aandeel. Op aandelen waarop niet overeenkomstig afdeling 3(a) van dit artikel, aanvankelijk is ingeschreven door de leden die de Maatschappij hebben opgericht, kan later worden ingeschreven overeenkomstig afdeling 3(d) van dit artikel.

    (c) De Raad van Bestuur kan het maatschappelijk aandelenkapitaal als volgt verhogen :

    (i) met twee derde van de stemmen van de leden, wanneer zulk een verhoging nodig is ten behoeve van de uitgifte van aandelen, op het tijdstip van de aanvankelijke inschrijving, aan andere leden van de Bank dan de leden die de Maatschappij hebben opgericht, met dien verstande dat het totaal van ingevolge deze alinea toegestane verhogingen niet groter is dan 2 000 aandelen;

    (ii) in alle andere gevallen, met een meerderheid die ten minste drie vierde van de stemmen van de leden vertegenwoordigt, twee derde van de bestuurders daaronder begrepen.

    (d) Naast het bovenbedoelde maatschappelijk kapitaal kan de Raad van Bestuur, na de datum waarop het aanvankelijke maatschappelijk kapitaal volledig is volgestort, de uitgifte toestaan van niet-volgestort kapitaal, en de voorwaarden vaststellen voor de inschrijving daarop, en wel als volgt :

    (i) Dit besluit wordt goedgekeurd door een meerderheid die ten minste drie vierde van de stemmen van de leden vertegenwoordigt, twee derde van de bestuurders daaronder begrepen; en

    (ii) het niet-volgestorte kapitaal wordt verdeeld in aandelen met een pari-waarde van tienduizend VS-dollar (VS$ 10 000) elk.

    (e) De niet-volgestorte kapitaalaandelen kunnen slechts worden gevorderd wanneer de Maatschappij deze nodig heeft om te voldoen aan haar verplichtingen aangegaan krachtens artikel III, afdeling 7(a). In geval van een zodanige vordering kan de betaling naar keuze van het lid geschieden in VS-dollars, of in de valuta die nodig is om te voldoen aan de verplichtingen van de Maatschappij die aanleiding zijn tot het verzoek tot storting. Vorderingen tot storting met betrekking tot aandelen dienen uniform en naar verhouding van alle aandelen te zijn. De verplichtingen van de leden de aldus gevorderde betalingen te verrichten zijn onafhankelijk van elkaar en het in gebreke blijven van een of meer leden om de aldus gevorderde betalingen te verrichten, ontslaat...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT