Avenant bij de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970, zoals gewijzigd door de Avenanten van 11 december 2002 en van 16 juli 2009, de 17 mars 2022

ARTIKEL I.

Paragraaf 8 van het Slotprotocol van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende paragraaf:

" § 8. Niet-zelfstandige beroepen

  1. Ad artikel 15, §§ 1 en 2.

    Er is overeengekomen dat de verdeling van de heffingsbevoegdheid tussen de twee overeenkomstsluitende Staten gebeurt volgens de beginselen die zijn uiteengezet in de commentaar bij artikel 15 van het OESO-modelverdrag inzake belastingen. Daaruit volgt meer bepaald dat, voor de toepassing van artikel 15, §§ 1 en 2 van de huidige Overeenkomst, een dienstbetrekking in de andere overeekomstsluitende Staat uitgeoefend wordt wanneer de werkzaamheid uit hoofde waarvan de lonen, salarissen en andere beloningen betaald worden daadwerkelijk in die andere Staat om aldaar die werkzaamheid uit te oefenen.

  2. Ad artikel 15, § 1.

    In afwijking van punt 1°, wordt een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat, die een dienstbetrekking uitoefent in de andere overeenkomstsluitende Staat, en die in de loop van een belastbaar tijdperk fysiek aanwezig is in eerstgenoemde Staat en/of in een derde Staat om aldaar een dienstbetrekking uit te oefenen gedurende een tijdvak of tijdvakken die een totaal van 24 werkdagen niet te boven gaan, geacht zijn dienstbetrekking daadwerkelijk in de andere overeenkomstsluitende Staat uit te oefenen gedurende het gehele belastbare tijdperk. Deze bepaling is niet van toepassing wanner een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting is niet van toepassing wanner een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting, die door een van de overeenkomstsluitende Staten met een derde Staat gesloten werd, die derde Staat in de mogelijkheid stelt om de beloningen te belasten die de inwoner ontvangt ter zake van de in die derde Staat uitgeoefende dienstbetrekking."

    ART. II.

    Elk van de overeenkomstsluitende Staten stelt de andere overeenkomstsluitende Staat langs diplomatieke weg in kennis van de voltooiing van de procedures die door zijn wetgeving voor de inwerkingtreding van dit Avenant bij de Overeenkomst is vereist. Het Avenant bij de Overeenkomst zal in werking treden op de datum van ontvangst van de laatste van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT