Arrêt Nº 15/2011. Cour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage), 2011-02-03

Date03 février 2011
Docket NumberF-20110203-1
CourtCour constitutionnelle (Cour d'Arbitrage)
Art. 2. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van
1 juli 2010 tot aanwijzing van de door de Regering gemachtigde
personen om deel te nemen aan de hoorzitting in het kader de beroepen
ingesteld bij de Regering overeenkomstig artikel 171, §3, laatste lid van
het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, gewijzigd door de
Ordonnantie van 14 mei 2009, is afgeschaft.
Art. 3. De Minister die Ruimtelijke Ordening onder zijn bevoegd-
heden heeft wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 24 februari 2011.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering:
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering,
bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monu-
menten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelings-
samenwerking,
Ch. PICQUE
AVIS OFFICIELS OFFICIELE BERICHTEN
GRONDWETTELIJK HOF
[2011/201326]
Uittreksel uit arrest nr. 15/2011 van 3 februari 2011
Rolnummer 4847
In zake : de prejudiciële vragen over artikel 2, §2, van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere
ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid,
gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden, en over
artikel 83, §1, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld door de Arbeidsrechtbank te
Brussel.
Het Grondwettelijk Hof,
samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen,
J.-P.Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en P.Nihoul, en, overeenkomstig artikel 60bis
van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter M. Melchior, bijgestaan door
de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt,
wijst na beraad het volgende arrest :
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging
Bij vonnis van 8 januari 2010 in zake AndréBastin tegen de nv «BrusselsAirlines », waarvan de expeditie ter griffie
van het Hof is ingekomen op 15 januari 2010, heeft de Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vragen
gesteld :
1. «Schendt artikel 2, §2 van de wet van 19 maart 1991, in samenlezing met artikel 83 van de arbeidsovereen-
komstenwet van 3 juli 1978, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat een beschermde werknemer die lid is van
het stuurpersoneel of het cabinepersoneel van de burgerlijke luchtvaart geniet van een ontslagbescherming tot aan de
leeftijd van 65 jaar en hij niet het voordeel van de bepalingen van artikel 2 van de wet van 19 maart 1991 verliest wegens
het bereiken van de op deze categorie van werknemers toepasselijke wettelijke pensioenleeftijd van 55 jaar, of wegens
het bereiken van de leeftijd waarop de werkgever ten aanzien van deze categorie van werknemers gewoonlijk overgaat
tot ontslag, terwijl een niet-beschermde werknemer, lid van het stuurpersoneel of het cabinepersoneel van de
burgerlijke luchtvaart, conform artikel 83 van de arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978, in het vooruitzicht van het
bereiken van de leeftijd van 55 jaar ontslagen kan worden mits een verkorte opzeggingstermijn van maximaal
zes maanden ? »;
2. «Schendt artikel 83, §1, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten de artikelen 10 en 11
van de Grondwet, doordat voor leden van het stuurpersoneel of van het cabinepersoneel van de burgerlijke luchtvaart
de leeftijd van 65 jaar in artikel 83, §1, eerste lid, van de Arbeidsovereenkomstenwet wordt vervangen door die van
55 jaar, hoewel de grondslag van deze andere behandeling (nl. de belastende en stresserende aard der tewerkstelling)
blijkbaar niet meer wordt weerhouden door het ICAO dat de leeftijd zelf verhoogt tot 65 jaar en anderzijds het
pensioenstelsel voor vliegend personeel toelaat om pensioenrechten op te bouwen tot de leeftijd van 65 jaar, terwijl op
de andere bedienden deze verkorte opzeggingstermijnen slechts van toepassing zijn vanaf de leeftijd van 65 jaar,
zodat de leden van het stuurpersoneel of van het cabinepersoneel van de burgerlijke luchtvaart worden
gediscrimineerd ten opzichte van alle andere bedienden, beoogd door artikel 83 van de Arbeidsovereenkomstenwet? ».
(...)
III. In rechte
(...)
Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag
B.1. In de eerste prejudiciële vraag wordt het Hof gevraagd of artikel 2, §2, van de wet van 19 maart 1991
houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités
voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeels-
afgevaardigden, in samenhang gelezen met artikel 83, §1, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereen-
komsten, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre een personeelsafgevaardigde die lid is
van het stuurpersoneel of van het cabinepersoneel van de burgerlijke luchtvaart, het voordeel van die bepaling wordt
toegekend tot hij de leeftijd van 65 jaar bereikt, behoudens wanneer de onderneming de gewoonte heeft de categorie
van werknemers, waartoe hij behoort, in dienst te houden, terwijl de arbeidsovereenkomst van een lid van het
stuurpersoneel of van het cabinepersoneel van de burgerlijke luchtvaart die geen personeelsafgevaardigde is met
toepassing van artikel 83, §1, van de wet van 3 juli 1978 kan worden beëindigd wanneer hij de leeftijd van 55 jaar
bereikt.
Art. 2. Larrêtédu Gouvernement de la Région de Bruxelles-
Capitale du 1
er
juillet 2010 désignant les personnes déléguées par le
Gouvernement pour assister àlaudition dans le cadre des recours au
Gouvernement conformément àlarticle 171, §3, dernier alinéadu
Code bruxellois de lAménagement et du Territoire, modifié par
lOrdonnance du 14 mai 2009 est abrogé.
Art. 3. Le Ministre qui a lAménagement du territoire dans ses
attributions est chargéde lexécution du présent arrêté.
Bruxelles, le 24 février 2011.
Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale :
Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de Bruxelles-
Capitale, chargédes Pouvoirs locaux, de lAménagement du terri-
toire, des Monuments et Sites, de la Propretépublique et de la
Coopération au développement,
Ch. PICQUE
21226 MONITEUR BELGE 30.03.2011 BELGISCH STAATSBLAD

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI
1 temas prácticos
  • Jugement/arrêt, Cour de Cassation de Belgique, 2020-12-14
    • Belgique
    • Cour de Cassation de Belgique
    • 14 Diciembre 2020
    ...licencient des travailleurs « non protégés » en vue d'un départ à la retraite à l'âge légal de la pension' ; En effet, dans son arrêt n° 15/2011 du 3 février 2011, la Cour constitutionnelle a précisé 'La Cour est interrogée sur la différence de traitement entre deux catégories de travailleu......
1 sentencias
  • Jugement/arrêt, Cour de Cassation de Belgique, 2020-12-14
    • Belgique
    • Cour de Cassation de Belgique
    • 14 Diciembre 2020
    ...licencient des travailleurs « non protégés » en vue d'un départ à la retraite à l'âge légal de la pension' ; En effet, dans son arrêt n° 15/2011 du 3 février 2011, la Cour constitutionnelle a précisé 'La Cour est interrogée sur la différence de traitement entre deux catégories de travailleu......

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT