25 APRIL 2014. - DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt:

DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

HOOFDSTUK 2. - Definities

Art. 2. In dit decreet wordt verstaan onder:

  1. agentschap: het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, opgericht bij artikel 3 van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;

  2. basisondersteuningsbudget: een maandelijks vast forfaitair bedrag, verstrekt in het kader van de zorgverzekering, waarmee de persoon met een handicap die een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning heeft, niet-medische hulp- en dienstverlening kan bekostigen;

  3. cashbudget: een vorm van financiering van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, waarbij de persoon met een handicap beslist om de financiering van deze zorg en ondersteuning in liquide middelen op de eigen bankrekening te ontvangen, met een maximumbudget per kalenderjaar, en waarbij de persoon met een handicap daarmee zelf instaat voor het bekostigen van deze zorg en ondersteuning;

  4. handicap: een handicap als vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;

  5. meerderjarige: elke natuurlijke persoon die achttien jaar is of ouder;

  6. minderjarige: elke natuurlijke persoon die jonger is dan achttien jaar;

  7. niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning: de zorg en ondersteuning die de duur, intensiteit en frequentie van de rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning overschrijdt, vermeld in artikel 8 of 9;

  8. ondersteuningsplan: de beschrijving van het geheel van ondersteuning waarop de persoon met een handicap een beroep kan doen, met inbegrip van de welzijns- en gezondheidsvoorzieningen, het sociale netwerk, materiële ondersteuning en ondersteuning, geleverd door voorzieningen die vergund zijn door het agentschap;

  9. rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning: de zorg en ondersteuning zoals ambulante begeleiding, ambulante outreach, dagopvang, mobiele begeleiding, mobiele outreach en verblijf, die beperkt is in tijd, intensiteit en frequentie, zoals bepaald overeenkomstig artikel 8, 10° en 11°, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, en waarvoor de persoon met een handicap geen aanvraag tot ondersteuning bij het agentschap moet indienen, of de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening, vermeld in artikel 2, § 1, 46°, van het decreet van 12 juli 2013 betreffende de integrale jeugdhulp;

  10. toegangspoort: de toegangspoort, vermeld in artikel 2, § 1, 51°, van het decreet van 12 juli 2013 betreffende de integrale jeugdhulp;

  11. voucher: de vorm van financiering waarbij de persoon met een handicap beslist om de financiering van de niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning of de bijstand bij de organisatie daarvan rechtstreeks tussen het agentschap en de vergunninghouder, gekozen door de persoon met een handicap, te laten verlopen;

  12. zorgverzekering: de zorgverzekering, vermeld in artikel 3 van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, of in artikel 3, derde lid, 1°, van het decreet van 13 juli 2012 houdende de Vlaamse sociale bescherming.

    HOOFDSTUK 3. - Voorwerp

    Art. 3. Dit decreet geeft uitvoering aan artikel 23 van de Grondwet en regelt de organisatie van de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap.

    De persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap bestaat uit een getrapt ondersteuningssysteem voor personen met een handicap. De eerste trap omvat een basisondersteuningsbudget, verstrekt in het kader van de zorgverzekering. De tweede trap omvat een budget, verstrekt door het agentschap, voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning.

    Op basis van een analyse van de niet-ingevulde nood aan zorg en ondersteuning voorziet de Vlaamse Regering, binnen de beschikbare budgetten, in een groeipad voor de financiering van de niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning. De Vlaamse Regering brengt daarover jaarlijks verslag uit aan het Vlaams Parlement.

    De Vlaamse Regering stelt, vervolgens jaarlijks het beschikbare budget vast dat voor de uitvoering van het decreet beschikbaar is. Dat betreft zowel het basisondersteuningsbudget als het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijk zorg en ondersteuning met inbegrip van de verschillende budgetcategorieën.

    HOOFDSTUK 4. - Basisondersteuningsbudget

    Art. 4. Een basisondersteuningsbudget wordt toegekend aan iedere persoon met een handicap die voldoet aan de volgende voorwaarden:

  13. voldoen aan de voorwaarden, vermeld in artikel 20 van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;

  14. een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning hebben;

  15. voldoen aan de voorwaarden voor het recht op tenlasteneming, vermeld in of ter uitvoering van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering;

  16. voldoen aan de voorwaarden voor het recht op een tegemoetkoming, vermeld in of ter uitvoering van het decreet van 13 juli 2012 houdende de Vlaamse sociale bescherming, vanaf de inwerkingtreding van deze voorwaarden.

    Het basisondersteuningsbudget wordt beschouwd als een tenlasteneming als vermeld in artikel 3 van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering. Het basisondersteuningsbudget wordt beschouwd als een tegemoetkoming als vermeld in artikel 3, derde lid, 1°, van het decreet van 13 juli 2012 houdende de Vlaamse sociale bescherming, vanaf de inwerkingtreding ervan.

    Voor de toekenning van een basisondersteuningsbudget in de periode tot en met het begrotingsjaar 2020 kan de Vlaamse Regering aanvullende voorwaarden bepalen. Deze aanvullende voorwaarden moeten de geleidelijke toekenning van het basisbudget aan al diegenen die aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, voldoen, mogelijk maken.

    Art. 5. § 1. Het agentschap beslist of er bij meerderjarige personen met een handicap een duidelijk vast te stellen behoefte is aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°.

    De toegangspoort beslist of er bij minderjarige personen met een handicap een duidelijk vast te stellen behoefte is aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°.

    § 2. De behoefte aan zorg en ondersteuning van de persoon met een handicap, vermeld in paragraaf 1, wordt vastgesteld door het agentschap of de toegangspoort, al naargelang het geval, op basis van een multidisciplinair verslag, na een onderzoek, of aan de hand van bestaande attesten.

    De Vlaamse Regering stelt de procedure voor de erkenning van de handicap vast en bepaalt de criteria aan de hand waarvan de nood aan zorg en ondersteuning door het agentschap of de toegangspoort, al naargelang het geval, wordt vastgesteld. De Vlaamse Regering bepaalt welke bestaande attesten de behoefte aan zorg en ondersteuning, vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°, bewijzen.

    Art. 6. De aanspraak op het basisondersteuningsbudget vervalt als aan de persoon met een handicap een budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning wordt toegewezen. De aanspraak op het basisondersteuningsbudget vervalt als na een onderzoek blijkt dat de persoon met een handicap geen duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning meer heeft.

    De aanspraak op het basisondersteuningsbudget vervalt als de persoon met een handicap krachtens andere wetten, decreten, ordonnanties of reglementaire bepalingen, of krachtens gemeen recht, voor dezelfde behoefte aan zorg en ondersteuning al een schadeloosstelling heeft gekregen. De persoon met een handicap moet zijn aanspraak op die schadeloosstelling doen gelden.

    De Vlaamse Regering bepaalt de regels en modaliteiten van het onderzoek, vermeld in het eerste lid, en de regels van de vervalprocedure, vermeld in het eerste en tweede lid, onder andere de regels voor het vastleggen van de ingangsdatum van de stopzetting van het basisondersteuningsbudget.

    Art. 7. In dit artikel wordt verstaan onder:

  17. Vlaams Zorgfonds: het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Zorgfonds, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het "Vlaams Zorgfonds" tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid en tot wijziging van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering;

  18. zorgkas: een zorgkas als vermeld in artikel 14 en 15 van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering.

    Het agentschap, de toegangspoort, het Vlaams Zorgfonds en de zorgkassen registreren en verwerken persoonsgegevens en wisselen onder elkaar persoonsgegevens uit, inclusief gegevens als vermeld in artikel 6 en 7 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, met zorg voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de persoon met een handicap. De registratie, verwerking en uitwisseling betreffen de persoonsgegevens die noodzakelijk zijn voor de verstrekking van het basisondersteuningsbudget. De voormelde instanties vragen, met toepassing van de regelgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, de nodige machtigingen tot toegang tot en gebruik van persoonsgegevens, inclusief gegevens als vermeld in artikel 6 en 7 van de wet van 8 december...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT