4 AUGUSTUS 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92, wat betreft de omzetting van de aftrek van giften in een belastingvermindering en wat betreft de bepalingen inzake de erkenning van instellingen die giften kunnen ontvangen

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het ontwerp van koninklijk besluit dat ik de eer heb aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen beoogt het KB/WIB 92 aan te passen, enerzijds ingevolge de bepalingen van de wet van 13 december 2012 houdende fiscale en financiële bepalingen, en anderzijds wat betreft de bepalingen inzake de erkenning van instellingen die giften kunnen ontvangen.

  1. De voormelde wet van 13 december 2012 wijzigt in belastingverminderingen (de huidige artikelen 14533, 14535 en 14536, WIB 92), de van het totale netto-inkomen aftrekbare uitgaven, met name, de aftrek van giften in geld (artikel 104, 3° tot 5° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 - WIB 92), de aftrek van uitgaven voor de oppas van één of meer kinderen (artikel 104, 7°, WIB 92) en het niet door subsidies gedekte gedeelte van de uitgaven die de eigenaar van niet verhuurde gebouwde onroerende goederen, delen van gebouwde onroerende goederen of landschappen die zijn beschermd overeenkomstig de wetgeving op het behoud van Monumenten en Landschappen of volgens een gelijkaardige wetgeving in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte, heeft gedaan voor het onderhoud en de restauratie ervan, voor zover die onroerende goederen, delen van onroerende goederen of landschappen, voor het publiek toegankelijk zijn (artikel 104, 8°, WIB 92).

    Deze wijzigingen hebben tot gevolg dat de hierop betrekking hebbende bepalingen van het KB/WIB 92 moeten worden aangepast. Wat de uitgaven voor het onderhoud en de restauratie van beschermde monumenten en landschappen betreft, zijn de aanpassingen opgenomen in het koninklijk besluit van 30 juni 2014 tot wijziging van het KB/WIB 92 op het stuk van de belastingverminderingen met betrekking tot de in artikel 5/5, § 4, eerste lid, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten bedoelde uitgaven. Dit besluit bevat de aanpassingen met betrekking tot één van de fiscale uitgaven die niet naar de gewesten zijn overgeheveld, met name de giften. Ingevolge het advies van de Raad van State zijn de bepalingen met betrekking tot de uitgaven voor kinderoppas uit het ontwerp gehaald.

    De Raad van State formuleert een aantal opmerkingen inzake de medewerking van de gemeenschappen en de gewesten in het kader van de besluitvorming rond de erkenning van instellingen die in aanmerking komen (punt 6 van het advies). De Raad van State is van mening dat indien de federale overheid zich wil verzekeren van de medewerking van de gemeenschappen of de gewesten in het kader van de erkenning van instellingen die giften kunnen ontvangen, er daartoe, zo er voldoende aanknopingspunten zijn met de bevoegdheden van de gemeenschappen of de gewesten, een samenwerkingsakkoord als bedoeld bij artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen dient te worden gesloten. De federale overheid zal, van zodra er een regering is met volle bevoegdheid, de nodige stappen ondernemen om een dergelijk samenwerkingsakkoord te sluiten. Anderzijds mogen de lopende erkenningsprocedures en de aanvragen tot erkenning die in de nabije toekomst worden ingediend, niet nodeloos worden vertraagd. De procedure van "gezamenlijke besluitvorming" bestaat reeds sinds jaar en dag en heeft tot op vandaag, ook zonder samenwerkingsakkoord, niet tot problemen geleid. Het opzet van dit besluit is in eerste instantie een technische aanpassing van het KB/WIB 92 ingevolge de omvorming van de aftrek van giften in een belastingvermindering voor giften. Zo herneemt artikel 6318/2 KB/WIB 92 zoals het door artikel 3 van dit besluit wordt ingevoegd, gewoon de tekst van artikel 58, § 1, KB/WIB 92, zoals het bij het koninklijk besluit van 21 februari 2011 tot wijziging van het KB/WIB 92 met betrekking tot de aftrek van uitgaven voor onderhoud en restauratie van beschermde onroerende goederen en de erkenning van instellingen die in aanmerking komen om giften te ontvangen, werd vervangen en bij artikel 2 van dit besluit wordt opgeheven. De ontworpen artikelen worden daarom behouden.

    De terminologie van de opsomming in het nieuwe artikel 6318/1 KB/WIB 92 zou volgens de Raad van State tot begripsverwarring kunnen leiden (punt 9 van het advies). Artikel 6318/1 KB/WIB 92 herneemt evenwel de tekst van artikel 57, KB/WIB 92, dat door artikel 2 van het besluit wordt opgeheven. Deze opsomming, die historisch is ontstaan, heeft nooit aanleiding gegeven tot interpretatieproblemen. De volgorde van de categorieën die in artikel 6318/1 KB/WIB 92 worden onderscheiden, lopen ook niet volledig parallel met die van de bepalingen van artikel 14533, § 1, eerste lid, WIB 92. Zo worden de in artikel 6318/1, § 1, 3° en 4°, KB/WIB 92 vermelde instellingen beide bedoeld in artikel 14533, § 1, eerste lid, 1°, e, WIB 92, maar worden ze toch onderscheiden omwille van de uitzondering bepaald in artikel 6318/1, § 6, KB/WIB 92. Door de bestaande opsomming te behouden, wordt bovendien vermeden dat in de volgende artikelen veel verwijzingen moeten worden aangepast.

    De woorden "niet nationaal zijn" in artikel 6318/1, § 6, eerste lid, eerste streepje, KB/WIB 92 moeten worden begrepen als "die niet op het volledige grondgebied actief zijn" (in afwijking artikel 6318/3, § 1, a, KB/WIB 92) (punt 12 van het advies).

  2. Op het vlak van de erkenning van instellingen die giften kunnen ontvangen die recht geven op een fiscaal voordeel, was één van de objectieven die werden beoogd door de wet van 22 december 2009 houdende fiscale en diverse bepalingen, "dat een vereniging of een instelling wordt erkend zelfs als ze meer dan één activiteit verricht".

    Dit doel komt tot uiting in artikel 15 van voormelde wet, dat artikel 110, WIB 92 heeft vervangen (het actuele artikel 14533, § 3, WIB 92).

    Het in overeenstemming brengen van het KB/WIB 92 met het nieuwe artikel 110, WIB 92 hield concreet in dat de term "uitsluitend" moest worden geschrapt in de voorwaarden verbonden aan de erkenning. Dit werd doorgevoerd door het koninklijk besluit van 21 februari 2011 tot wijziging van het KB/WIB 92 met betrekking tot de aftrek van uitgaven voor onderhoud en restauratie van beschermde onroerende goederen en de erkenning van instellingen die in aanmerking komen om giften te ontvangen.

    Verder heeft het voormelde koninklijk besluit de term "rechtstreeks" ingevoegd als voorwaarde waar dit voorheen niet het geval was. Dit heeft ertoe heeft geleid dat de werking van bepaalde verenigingen, waarvan een groot deel al sinds jaar en dag erkend, opnieuw in vraag werd gesteld wanneer die verenigingen, in het kader van een stelsel dat door de fiscale administratie is aanvaard en dat binnen de toepassing valt van haar permanente en voor het publiek toegankelijke richtlijnen, financiële steun gaven aan andere verenigingen.

    Gelet op het feit dat de invoeging van de term "rechtstreeks" duidelijk niet de bedoeling was van de wetgever, wordt voorgesteld om die term te schrappen daar waar hij in de plaats kwam van de term "uitsluitend".

    Terzelfdertijd wordt voorgesteld om de term "rechtstreeks" te schrappen voor alle erkenningsvoorwaarden, en dit om tot een eenvormige behandeling te komen en om de praktijk te bevestigen die door de administratieve richtlijnen wordt toegestaan, wat de rechtszekerheid ten goede komt.

    Tenslotte wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om aanpassingen op het vlak van de terminologie door te voeren en zo voor de coherentie tussen de twee talen en binnen dezelfde taal te zorgen.

  3. Het koninklijk besluit van 26 december 2013 tot wijziging van het KB/WIB 92 op het stuk van de instellingen die giften ontvangen, heeft een aantal wijzigingen aangebracht aan de erkenningsprocedure voor bepaalde instellingen die giften ontvangen.

    Door het voormelde koninklijk besluit van 26 december 2013 werd :

    - een artikel 56/1 ingevoegd in hoofdstuk I, afdeling XXII, van het KB/WIB 92;

    - een wijziging aangebracht in artikel 60, KB/WIB 92.

    Deze wijzigingen zijn van toepassing op de aanvragen tot erkenning of hernieuwing van de erkenning die worden ingediend vanaf 1 januari 2014.

    Artikel 2 van dit besluit heft in hoofdstuk I van het KB/WIB 92 de afdeling XXII met daarin de uitvoeringsbepalingen voor de aftrek voor giften waaronder het artikel 60 op. Deze bepalingen worden bij artikel 3 van dit besluit opnieuw ingevoegd in hoofdstuk I van het KB/WIB 92 ingevoegd in een nieuwe afdeling XXVundecies/1. Deze "verplaatsing" van de relevante uitvoeringsbepalingen heeft uitwerking vanaf aanslagjaar 2013, dus vroeger dan de wijzigingen die worden aangebracht door het koninklijk besluit van 26 december 2013.

    Derhalve worden de wijzigingen vervat in het koninklijk besluit van 26 december 2013 dus eigenlijk aangebracht in niet langer bestaande bepalingen.

    Om de wijzigingen ingevolge de wet van 13 december 2013 houdende fiscale en financiële bepalingen correct en transparant te kunnen aanbrengen, wordt het koninklijk besluit van 26 december 2013 tot wijziging van het KB/WIB 92 op het stuk van de instellingen die giften ontvangen ingetrokken en worden door de artikelen 4 en 5 dit besluit equivalente wijzigingen aangebracht in de nieuw ingevoegde artikelen 6318/2 en 6318/4, KB/WIB 92 met dezelfde inwerkingtreding als het koninklijk besluit van 26 december 2013.

  4. De wijzigingen die door de artikelen 2 en 3 van dit besluit worden aangebracht aan het KB/WIB 92, betreffen de voormelde punten 1 en 2. Om de continuïteit van de regelgeving te verzekeren, hebben ze uitwerking vanaf aanslagjaar 2013 (artikel 6, eerste lid, van het besluit). Vermits de ingevoerde regeling identiek is aan de opgeheven regeling, worden ook geen verkregen situaties aangetast.

    De intrekking van het koninklijk besluit van 26 december 2013 en de wijzigingen die door de artikelen 4 en 5 van dit besluit worden aangebracht aan het KB/WIB 92, betreffen punt 3. De wijzigingen zijn van toepassing op de aanvragen tot erkenning of hernieuwing van de erkenning die worden ingediend vanaf 1...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT