18 JUNI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van het administratief en geldelijk statuut van het personeel van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat-Generaal voor Internationale Betrekkingen

De Regering van de Franse Gemeenschap,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en door de bijzondere wet van 16 juli 1993, inzonderheid op de artikelen 13 en 96;

Gelet op het decreet van 1 juli 1982 houdende oprichting van een Commissariaat-Generaal bij de Internationale Betrekkingen;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 21 november 1996 tussen de Franse Gemeenschap van België en het Waals Gewest betreffende de toenadering van de voor buitenlandse betrekkingen bevoegde besturen;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1994 tot bepaling van de algemene principes, zoals gewijzigd;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap;

Gelet op de adviezen van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 november 1998 en 29 januari 1999;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 12 februari 1998;

Gelet op het akkoord van de Minister van Openbaar Ambt, gegeven op 2 december 1998;

Gelet op het protocol nr. 207 van het Onderhandelingscomité van Sector VXII, gesloten op 18 december 1998;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 8 februari 1999 over de aanvraag van advies binnen de termijn van een maand;

Gelet op het advies van de Raad van State gegeven op 26 april 1999, in toepassing van artikel 84, § 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,

Besluit :

Artikel 1. Onderhavig besluit is van toepassing op de statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat-Generaal voor Internationale Betrekkingen, hierna het Commissariaat genoemd.

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Art. 2. Onder voorbehoud van de modaliteiten vastgesteld door onderhavig besluit, zijn het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap van toepassing op de statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat.

De bepalingen die de bepalingen van de in de vorige alinea vermelde besluiten wijzigen, aanvullen of vervangen, zijn van rechtswege van toepassing op het artikel 1 beoogde personeel, behalve indien zijn invloed hebben op bepalingen die het voorwerp uitgemaakt hebben van de in onderhavig besluit voorziene aanpassingsmaatregelen.

Voor de toepassing van de bovenstaande regels op het in artikel 1 beoogde personeel, dient men de woorden « ambtenaren van de Diensten van de Regering » die daarin voorkomen te vervangen door de woorden « statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst » en de woorden « Raad van Beroep voor de Diensten van de Regering » door de woorden « Raad van Beroep voor het Commissariaat ».

HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering.

Art. 3. Artikel 1 van het besluit van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Regering moet als volgt worden gelezen voor de statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat :

Artikel 1. Statutair personeelslid van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat is ieder personeelslid dat er in vast dienstverband tewerkgesteld is.

Elk statutair personeelslid van de carrière buitenlandse dienst van het Commissariaat-Generaal vertegenwoordigt de Franse Gemeenschap en, met het akkoord van de Waalse Regering, het Waals Gewest

.

Art. 4. In artikel 2 van hetzelfde besluit, moet de eerste paragraaf als volgt worden gelezen :

§ 1. Ieder statutair personeelslid van de carrière buitenlandse dienst wordt benoemd in een graad, overeenkomstig de tabel als bijlage II bij dit besluit, die dat personeelslid in een rang en in een categorie situeert en die hem/haar machtigt tot het bekleden van een van de betrekkingen die bepaald zijn in de personeelsformatie van het Commissariaat en die overeenstemt met deze graad.

.

In hetzelfde artikel, moet paragraaf 2, 1°, als volgt worden gelezen :

op niveau 1 : twee rangen aangeduid met de nummers 11 en 12

.

In hetzelfde artikel, moet paragraaf 3 als volgt worden gelezen :

De in paragraaf 2 bedoelde graden worden in de categorie deskundig ingedeeld.

Art. 5. Artikel 6 moet als volgt worden gelezen :

Art. 6. De categorie van de ambtenaren-generaal bestaat uit de ambtenaren bekleed met een graad die is ingedeeld in de rangen 16 en 15.

Art. 6. De artikelen 7 tot 10 zijn niet van toepassing.

Art. 7. Artikel 11 moet als volgt worden gelezen :

Binnen het Commissariaat-Generaal is er een Directieraad samengesteld uit de ambtenaren bekleed met de graden die ingedeeld zijn in de rangen 16, 15 en 12.

De statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst die bekleed zijn met graden die ingedeeld zijn in de rangen 15 en 12 maken daar echter slechts deel van uit indien zij bij het hoofdbestuur in dienst zijn.

De Directieraad wordt voorgezeten door de Commissaris-Generaal. De voorzitter wijst het lid van de Directieraad aan dat hem in geval van afwezigheid of van verhindering vervangt.

Elke individuele beslissing die door de Directieraad wordt genomen ten opzichte van een personeelslid gebeurt bij geheime stemming

.

Art. 8. Artikel 12 is niet van toepassing.

Art. 9. In artikel 16 wordt de volgende alinea toegevoegd :

Zij/hij kan in hetzelfde perspectief eveneens elke betrekking van rang 11 die met de graad van eerstaanwezend attaché overeenkomt vacant verklaren

.

Art. 10. Artikel 17 is niet van toepassing.

Art. 11. In artikel 19, moet alinea 2 van de eerste paragraaf als volgt worden gelezen :

Zij worden in dienst geroepen als stagiair, met het genot van al hun administratieve en geldelijke rechten, uiterlijk de eerste dag van de derde maand die volgt op die waarin het Vast Wervingssecretariaat de geslaagden ter beschikking van het Commissariaat heeft gesteld

.

In hetzelfde artikel, moet paragraaf 2 als volgt worden gelezen :

De statiair ressorteert tijdens zijn stage onder het Commissariaat-Generaal.

Hij volbrengt zijn stage overeenkomstig artikel 24.

Art. 12. Artikel 23 moet als volgt worden gelezen :

Art. 23. § 1. De stage van de kandidaten voor niveau 1 en 2+ wordt volbracht onder het meesterschap van een stagecollege, bestaande uit :

1° de Commissaris-Generaal;

2° de Adjunct-Commissaris-Generaal;

3° de onmiddellijke hiërarchische meerdere van ten minste rang 12 onder wiens gezag de stagiair gesteld is;

4° de leden van de Directieraad, in een adviserende rol en enkel voor de statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst.

Voor de statutaire personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst, is de onmiddelijke hiërarchische meerdere van ten minste rang 12 de Directeur die de Dienst Vertegenwoordigingen in het buitenland onder zijn bevoegdheden heeft.

§ 2. De stage van de kandidaten voor de andere niveaus wordt volbracht onder het gezamenlijk meesterschap van een stagemeester en van de onmiddelijke hiërarchische meerdere.

§ 3. Er wordt door de Minister die de internationale betrekkingen onder zijn bevoegdheden heeft een stagemeester benoemd onder de ambtenaren van het Commissariaat-Generaal, bekleed met een graad van ten minste rang 12 die een vormingsprogramma hebben gevolgd waarvan de inhoud wordt bepaald door de ambtenaar-generaal die de leiding heeft over de Algemene Dienst voor Ambtenarenzaken van de Diensten van de Regering.

§ 4. Tijdens de duur van de stage van de personeelsleden van de carrière buitenlandse dienst, wordt er door het Commissariaat-Generaal een vormingsperiode van twee maanden georganiseerd.

Art. 13. Artikel 28 moet als volgt worden gelezen :

Art. 28. In het in artikel 26, 1° bedoelde geval wordt de stagiair door de tot benoemen bevoegde overheid tot statutair personeelslid benoemd in de graad waarvoor hij zich kandidaat heeft gesteld. Hij wordt aangewezen voor...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT