Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regeling van de rechtspositie van het personeel van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, de 17 mai 2013

HOOFDSTUK 1. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op het personeel van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde.

Art. 2. In dit besluit wordt verstaan onder :

  1. KANTL : de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde;

  2. vaste secretaris : de vaste secretaris, vermeld in artikel 12 van het decreet van 13 februari 1980 betreffende de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde;

  3. bestuur : het bestuur der Academie, vermeld in artikel 9 van het decreet van 13 februari 1980 betreffende de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde;

  4. selector :

    1. het orgaan dat advies geeft over de selectieactiviteiten

    2. de vaste secretaris in het geval van artikel 8,lid 4 van dit besluit;

  5. diensten van de Vlaamse overheid : de diensten van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I 2, 1°, van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006;

  6. horizontale mobiliteit :

    1. de overplaatsing van een ambtenaar van de KANTL naar een andere betrekking van dezelfde graad bij de KANTL;

    2. de overplaatsing van een contractueel personeelslid van de KANTL naar een andere betrekking met dezelfde benaming en salarisschaal of geldelijke loopbaan bij de KANTL.

    Art. 3. Met behoud van de toepassing van de bepalingen van dit besluit gelden de bepalingen van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006 voor het personeel van de KANTL, met uitzondering van artikel I 1, I 2, I 4, § 5, artikel I 5, § 1 tot en met § 4, § 5, tweede lid, en § 7, artikel I 7bis, I 9, I 16, I 17 tot en met I 22, II 1, § 1, eerste lid, artikel II 2, § 2, eerste lid, artikel II 6, § 3, tweede lid, artikel II 8, II 9, § 1, artikel II 14, III 1, § 1 en § 2, artikel III 2, III 3, § 1, artikel III 13, III 21, III 21bis tot en met III 29, IV 9, deel IV, hoofdstuk IIIbis en hoofdstuk IV, deel V, titel I en titel II, artikel V 35, § 3, artikel V 37 tot en met V 39, V 41, V 46, § 1bis en § 4, artikel V 47, tweede lid, deel V, titel V, hoofdstuk I tot en met IV, artikel VI 1, VI 8, § 4 en § 5, artikel VI 9, deel VI, titel 4, hoofdstuk 1, artikel VI 18, § 1 en § 3, artikel VI 25, VI 28, VI 29, deel VI, titel 4, hoofdstuk 2bis, artikel VI 39, § 3, 2°, 4°, 5° en 7°, artikel VI 40, § 3, 2°, 4° en 5°, artikel VI 41, VI 47, VI 49, VI 55, deel VI, titel 6, hoofdstuk 1 en 2, deel VI, titel 7, hoofdstuk 1, deel VI, titel 7, hoofdstuk 4 tot en met 6, deel VI, titel 9, hoofdstuk 1 en 2, deel VI, titel 10, artikel VII 11, § 2, eerste lid, artikel VII 35,VII 36, VII 38, VII 43 tot en met VII 52, deel VII, titel 2, hoofdstuk 3, afdeling 7 tot en met 20, deel VII, titel 3, hoofdstuk 4 tot en met 9, artikel VII 97, VII 98, VII 103, VII 105 tot en met VII 107, deel VII, titel 5, artikel VIII 8, § 3, artikel X 10, tweede lid, artikel X 11, § 4, artikel X 18, § 1, artikel X 23, § 2, artikel X 25, § 4, deel X, titel VII, hoofdstuk I en Ibis, artikel X 49, § 1, artikel X 50, § 2, artikel X 62, § 2, artikel X 63, tweede lid, deel X, titel XIV, artikel XI 4, § 4, artikel XI 8, § 3, tweede lid, artikel XI 12, XI 13, en deel XII.

    Art. 4. Voor de toepassing van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006 op het personeel van de KANTL wordt verstaan onder :

  7. personeelslid : een ambtenaar of een contractueel personeelslid;

  8. ambtenaar : elk personeelslid dat toegelaten is tot de proeftijd met het oog op een vaste benoeming of dat in vast dienstverband benoemd is;

  9. contractueel personeelslid : elk personeelslid dat in dienst genomen is bij arbeidsovereenkomst;

  10. lijnmanager : de vaste secretaris;

  11. entiteit, werkgever : de KANTL;

  12. opdrachtgever of in dienst nemende overheid : het bestuur;

  13. entiteit, raad of instelling : de KANTL;

  14. hoofd van de entiteit, raad of instelling : de vaste secretaris;

  15. beleidsraad : het bestuur;

  16. managementorgaan : het bestuur;

  17. managementorgaan van het beleidsdomein : het bestuur;

  18. managementorgaan van de entiteit : het bestuur;

  19. benoemende overheid : het bestuur;

  20. interne arbeidsmarkt : de personeelsbewegingen bij de diensten van de KANTL;

  21. functioneel bevoegde Vlaamse minister : het lid van de Vlaamse Regering bevoegd voor de materies en het personeel van de KANTL.

    Art. 5. In afwijking van artikel I 3, tweede lid, van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006 kunnen de bevoegdheden die bij dit besluit aan de vaste secretaris worden toegewezen, door de vaste secretaris worden gedelegeerd aan een personeelslid van de KANTL of aan een ambtenaar van het agentschap Kunsten en Erfgoed die ten behoeve van de KANTL taken verricht.

    Art. 6. Contractuele personeelsleden kunnen in dienst genomen worden, uitsluitend om :

  22. aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften te voldoen, hetzij voor in de tijd beperkte acties, hetzij voor een buitengewone toename van het werk;

  23. ambtenaren te vervangen bij afwezigheid;

  24. bijkomende of specifieke opdrachten te vervullen;

  25. te voorzien in de uitvoering van hooggekwalificeerde taken.

    De functioneel bevoegde Vlaamse minister stelt, in overleg met de Vlaamse minister, bevoegd voor het algemeen beleid inzake personeel en organisatieontwikkeling in de Vlaamse administratie, de lijst vast van de contractuele functies die ressorteren onder de bijkomende of specifieke opdrachten, vermeld in het eerste lid, 3°, alsook de geldelijke regeling die aan die bijkomende of specifieke opdrachten is verbonden.

    Art. 7. Voor de statutaire vacatures kiest de vaste secretaris de wijze van vervulling op een van de volgende wijzen :

  26. via de interne arbeidsmarkt, waarbij gekozen wordt voor een of meer van de volgende procedures :

    1. horizontale mobiliteit;

    2. bevordering van geslaagden voor overgangsexamens;

    3. bevordering van geslaagden voor competentieproeven;

    4. graadverandering;

  27. via aanwerving uit de externe arbeidsmarkt, in combinatie met horizontale mobiliteit en bevordering van geslaagden voor overgangsexamens of competentieproeven voor de graad in kwestie en eventueel graadverandering.

    Voor een statutaire directeursfunctie via aanwerving kan worden vervuld moeten de procedures van de interne arbeidsmarkt doorlopen worden. Dat geldt niet voor de vervulling van de graad van wetenschappelijk directeur.

    Als de vaste secretaris zich beroept op meerdere procedures om een vacature te vervullen, worden de kandidaten die in aanmerking komen, onderworpen aan dezelfde functiespecifieke selectie.

    De selector stelt het programma en de nadere regelen vast van de functiespecifieke selectie.

    Art. 8. De contractuele betrekking wordt op een van de volgende wijzen vervuld :

  28. via de horizontale mobiliteit. De horizontale mobiliteit is niet toegankelijk voor contractuele personeelsleden die vervangingsopdrachten verrichten en die gedurende minder dan twee jaar ononderbroken in dienst zijn;

  29. via aanwerving uit de externe arbeidsmarkt, in combinatie met de horizontale mobiliteit.

    Bij combinatie van procedures worden de kandidaten onderworpen aan dezelfde functiespecifieke selectie.

    Voor de volgende contractuele indienstnemingen is de combinatie van procedures niet verplicht :

  30. vervangingsopdracht;

  31. tijdelijke en uitzonderlijke personeelsbehoeften met een arbeidsovereenkomst voor maximaal één jaar en uitzonderlijk verlengbaar met maximaal één jaar;

  32. doctoraatsbeurzen;

  33. hernieuwing of verlenging van bestaande arbeidsovereenkomsten zonder wijziging van betrekking en zonder selectie;

  34. vervanging van een bestaande...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT