Wet tot wijziging van de wetgeving wat de verbetering van de aanpak van seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie betreft (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-01-2012 en tekstbijwerking tot, de 30 novembre 2011

http://www.juridat.be"/cgi_loi/arch_a.pl?N=&=&sql=(text+contains+(''))&rech=1&language=nl&tri=dd+AS+RANK&numero=1&table_name=wet&cn=2011113028&caller=archive&fromtab=wet&la=N&ver_arch=001"

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - De verlenging van de verjaringstermijn tot vijftien jaar

Art. 2. In artikel 21 van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, vervangen bij de wet van 30 mei 1961 en gewijzigd bij de wetten van 24 december 1993, 16 juli 2002, 5 augustus 2003 en 21 december 2009, wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, luidende :

" Inzake de misdrijven bedoeld in de artikelen 372 tot 377, 379, 380, 409 en 433quinquies, § 1, eerste lid, 1°, van het Strafwetboek, is de termijn vijftien jaar ingeval dit misdrijf is gepleegd op een persoon van minder dan achttien jaar. ".

Art. 3. In artikel 21bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 13 april 1995 en gewijzigd bij de wetten van 28 november 2000 en 10 augustus 2005, wordt het tweede lid vervangen als volgt :

" In geval van correctionalisering van een misdaad bedoeld in het eerste lid, blijft de verjaringstermijn van de strafvordering, die welke is bepaald in artikel 21, derde lid. "

HOOFDSTUK 3. - De verplichting tot audiovisuele opnames van de verhoren

Art. 4. Artikel 92 van het Wetboek van strafvordering, opgeheven bij de wet van 20 juli 1990 en hersteld bij de wet van 28 november 2000, wordt vervangen door wat volgt :

" Art. 92. § 1. Het verhoor van minderjarigen die het slachtoffer zijn of getuige zijn van de in de artikelen 372 tot 377, 379, 380, §§ 4 en 5, en 409 van het Strafwetboek bedoelde misdrijven maakt het voorwerp uit van een audiovisuele opname, behalve wanneer de procureur des Konings of de onderzoeksrechter bij een met redenen omklede beslissing anders oordeelt rekening houdend met de omstandigheden eigen aan de zaak en in het belang van de minderjarige.

De procureur des Konings of de onderzoeksrechter kan de audiovisuele opname bevelen van het verhoor van minderjarigen die het slachtoffer zijn van de overige in artikel 91bis bedoelde misdrijven of daarvan getuige zijn.

De opname wordt gemaakt met de toestemming van de minderjarige. Indien de minderjarige minder dan twaalf jaar oud is, is het voldoende hem hierover in te lichten.

§ 2. De audiovisuele opname van het verhoor van minderjarigen die...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT