[Koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen.]

HOOFDSTUK 1. - Begripsomschrijving en toepassingssfeer.

Art. 1. § 1. Classificatie volgens de internationale voertuigcategorieën :

(1. (Categorie M : Voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwde motorvoertuigen met tenminste vier wielen.)

(Categorie M1 : Voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwde voertuigen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend.)

Voertuigen van categorie M1 worden onderverdeeld volgens type en code van het koetswerk op volgende wijze :

  1. Personenauto's (M1)

    AA - Sedan

    ISO norm 3833 - 1977, punt 3.1.1.1, met inbegrip van voertuigen met meer dan vier zijramen.

    AB - Voertuig met achterklep

    Sedan (AA) met een klep aan de achterzijde van het voertuig.

    AC - Stationwagen

    ISO norm 333 - 1977, punt 3.1.1.4.

    AD - Coupé

    ISO norm 3833 - 1977, punt 3.1.1.5.

    AE - Cabriolet

    ISO norm 3833 - 1977, punt 3.1.1.6.

    AF - Voertuig voor meerdere doeleinden

    Andere motorvoertuigen dan die genoemd onder AA tot en met AC bestemd voor het vervoer van personen en hun bagage of goederen, in één enkele ruimte.

    Evenwel, zal een voertuig van type AF niet beschouwd worden als van categorie M1, maar van categorie N en gecodificeerd als FA, indien het aan de twee volgende voorwaarden voldoet :

    1. Het aantal zitplaatsen met uitzondering van die voor de bestuurder bedraagt niet meer dan zes;

      Een "zitplaats" wordt als aanwezig beschouwd indien het voertuig is uitgerust met "toegankelijke" zitplaatsverankeringen;

      Onder "toegankelijke zitplaatsverankeringen" worden verstaan verankeringen die kunnen worden gebruikt. Om te voorkomen dat verankeringen "toegankelijk" zijn maakt de fabrikant het gebruik ervan fysiek onmogelijk, door bijvoorbeeld de afdekplaten vast te lassen of door soortgelijke vaste bevestigingsmiddelen aan te brengen die niet met behulp van gewoonlijk beschikbaar gereedschap kunnen worden verwijderd;

    2. P - (M + N x 68) > N x 68, waarin :

      P = de technische toelaatbare maximummassa in beladen toestand (in kg);

      M = massa in rijklare toestand (in kg);

      N = aantal zitplaatsen met uitzondering van die van de bestuurder.

  2. Voertuigen voor speciale doeleinden (M1)

    SA Kampeerwagens

    SB Gepantserde voertuigen

    SC Ambulances

    SD Lijkwagens.

    (Categorie M2 : Voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwde voertuigen met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en met een maximale massa van ten hoogste 5 ton.)

    (Categorie M3 : Voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwde voertuigen met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en met een maximale massa van meer dan 5 ton.)

    Afzonderlijke classificatie voor voertuigen van de categorieën M2 en M3 :

    Voertuigen van de categorieën M2 en M3 zijn onderverdeeld in klassen volgens volgende criteria :

  3. voor de voertuigen met een capaciteit van meer dan 22 passagiers, de bestuurder niet inbegrepen :

    Klasse I : voertuigen gebouwd met ruimte voor staande passagiers, zodat passagiers vaak kunnen in- en uitstappen;rs en ontworpen voor het vervoer van staande passagiers in het gangpad en/of op een zone die overeenkomt met maximaal twee dubbele zitplaatsen;

    Klasse III : voertuigen uitsluitend gebouwd voor het vervoer van zittende passagiers;

  4. voor voertuigen met een capaciteit van maximaal 22 passagiers, de bestuurder niet meegerekend :

    Klasse A : voertuigen bestemd voor het vervoer van staande passagiers; een voertuig van deze klasse heeft zitplaatsen en moet zones voor staande passagiers hebben;

    Klasse B : voertuigen bestemd voor het vervoer van zittende passagiers; een voertuig van deze klasse heeft geen enkele voorziening voor staande passagiers.)

    1. Categorie N : Voor het vervoer van goederen bestemde motorvoertuigen op ten minste vier wielen, alsmede dergelijke voertuigen op drie wielen met een maximale massa van meer dan 1 ton.

      - Categorie N1 : Voor het vervoer van goederen bestemde voertuigen met een maximale massa van ten hoogste 3,5 ton.

      - Categorie N2 : Voor het vervoer van goederen bestemde voertuigen met een maximale massa van meer dan 3,5 ton, doch niet meer dan 12 ton.

      - Categorie N3 : Voor het vervoer van goederen bestemde voertuigen met een maximale massa van meer dan 12 ton.

    2. Categorie 0 : Aanhangwagens (met inbegrip van opleggers).

      - Categorie 01 : Aanhangwagens met een maximale massa van ten hoogste 0,75 ton.

      - Categorie 02 : Aanhangwagens met een maximale massa van meer dan 0,75 ton, doch niet meer dan 3,5 ton.

      - Categorie 03 : Aanhangwagens met een maximale massa van meer dan 3,5 ton, doch niet meer dan 10 ton.

      - Categorie 04 : Aanhangwagens met een maximale massa van meer dan 10 ton.

      (4. Terreinvoertuigen (symbool G).

  5. De voertuigen van categorie N1 met een maximale massa van ten hoogste 2 ton en de voertuigen van categorie M1 worden als terreinvoertuigen beschouwd, indien ze voorzien zijn van :

    - ten minste één vooras en ten minste één achteras die ontworpen zijn om gelijktijdig te worden aangedreven, met inbegrip van voertuigen waarvan de aandrijving op één van de assen kan worden ontkoppeld,

    - ten minste één differentieelblokkerings-mechanisme of ten minste één mechanisme waarmee een soortgelijk effect wordt bewerkstelligd, en indien met het voertuig een helling van 30 % kan worden overwonnen, berekend voor een voertuig zonder aanhangwagen.

    Voorts voldoen ze aan ten minste vijf van de volgende zes eisen :

    - een oploophoek hebben van ten minste 25°,n differentieelblokkerings-mechanisme of met ten minste één mechanisme waarmee een soortgelijk effect wordt bewerkstelligd,

    - een helling kunnen overwinnen van 25 %, berekend voor een voertuig zonder aanhangwagen.

  6. De voertuigen van categorie M3 met een maximale massa van meer dan 12 ton en deze van categorie N3, worden als terreinvoertuigen beschouwd, indien ze ofwel zijn uitgerust met wielen die zijn ontworpen om gelijktijdig te worden aangedreven, ook wanneer de aandrijving op één as kan worden ontkoppeld, ofwel aan de volgende eisen voldoen :

    - minimaal de helft van het aantal wielen is aangedreven,

    - ze zijn uitgerust met ten minste één differentieelblokkerings-mechanisme of ten minste één mechanisme waarmee een soortgelijk effect wordt bewerkstelligd,

    - ze kunnen een helling overwinnen van 25 %, berekend voor een voertuig zonder aanhangwagen.

    Ze voldoen aan ten minste vier van de volgende zes eisen :

    - een oploophoek hebben van ten minste 25°,

    - een afloophoek hebben van ten minste 25°,

    - een hellingshoek hebben van ten minste 25°,

    - onder de vooras een vrije hoogte boven de grond hebben van ten minste 250 mm,

    - onder de achteras een vrije hoogte boven de grond hebben van ten minste 250 mm,

    - tussen de assen een vrije hoogte boven de grond hebben van ten minste 300 mm.)

    § 2. Classificatie volgens de nationale voertuigcategorieën (en andere definities) :

    Voor de toepassing van het bepaalde in dit algemeen reglement wordt verstaan onder :

    1. auto, elk motorvoertuig waarvan de eigen massa hoger is dan 400 kg met uitzondering van de bromfietsen en de motorfietsen zoals die omschreven zijn in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 oktober 1974 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de bromfietsen, de motorfietsen en hun aanhangwagens moeten voldoen;

    2. personenauto, elke auto waarvan de binnenruimte uitsluitend is opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen en die, bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, zonder die van de bestuurder;

    3. auto voor dubbel gebruik, elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen en zaken die, bij het gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, zonder die van de bestuurder;

    4. minibus, elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen, die bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, zonder die van de bestuurder, en die voorzien is van een carrosserie van hetzelfde type als dat van lichte vrachtauto's of autobussen;

    5. lichte vrachtauto, elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van zaken waarvan de hoogste toegelaten massa 3 500 kg niet overschrijdt;

    6. vrachtauto, elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van zaken waarvan de hoogste toegelaten massa 3 500 kg overschrijdt;

    7. tractor, elke auto opgevat en gebouwd voor het trekken van een oplegger;

      (8. autobus of autocar, elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen, die noch een personenauto, noch een auto voor dubbel gebruik, noch een minibus is.

      Het begrip " autobus " is voorbehouden voor de voertuigen slechts gebezigd voor geregeld vervoer of bijzondere vormen van geregeld vervoer van personen;)

      (Het leerlingenvervoer, dat valt onder het gespecialiseerd, geregeld vervoer gebeurt met voertuigen, die voldoen aan de technische eisen voor autocars, behalve wat de kwaliteitskeuring betreft. Daarenboven is het vervoer van rechtstaande reizigers toegelaten, volgens de bepalingen van artikel 65, zoals in een autobus.)

      (9. voertuig met vouwbalg, elke voertuigensleep bestemd voor het vervoer van personen die uit twee elementen bestaat en een plooibare gang omvat ter gelijkvloerse verbinding tussen de ruimten bestemd voor de vervoerde personen;

      De beide elementen van het voertuig kunnen slechts in een werkplaats van elkaar gekoppeld worden;)

    8. (" kampeerwagen " is een voertuig van categorie M voor speciale doeleinden waarvan de constructie woonaccommodatie omvat die ten minste bestaat uit de volgende uitrustingen :

      - zitplaatsen en een tafel,

      - slaapaccommodatie die met behulp van de zitplaatsen kan worden gecreëerd,

      - kookgelegenheid,

      - en opbergfaciliteiten.

      Deze uitrusting moet vast zijn bevestigd; de tafel mag echter zodanig zijn ontworpen dat zij gemakkelijk opklapbaar is.)

    9. lijkauto, elke auto (...) ingericht voor het vervoer van overledenen en uitsluitend voor dit doel gebruikt;

    10. (" ambulance " is een motorvoertuig van categorie M dat bestemd is voor het vervoer van zieken of gewonden en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT