9 OKTOBER 2017. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 18 september 2017

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, artikel 48bis, § 3, achtste lid, ingevoegd bij de wet van 2 juli 2010 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 maart 2011;

Op de voordracht de Vice-eersteminister en Minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel en de Minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Het bij dit besluit gevoegde reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 18 september 2017 wordt goedgekeurd.

Art. 2. Het koninklijk besluit van 12 maart 2012 tot goedkeuring van het reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 21 november 2011 en het koninklijk besluit van 4 september 2014 tot goedkeuring van het reglement van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 13 juni 2014 tot wijziging van het reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 21 november 2011 worden opgeheven op de datum van de inwerkingtreding van het onderhavige besluit.

Art. 3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4. De minister bevoegd voor consumentenbescherming en de minister bevoegd voor Financiën zijn belast, ieder wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 oktober 2017.

FILIP

Van Koningswege :

De Vice-eersteminister en Minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel,

  1. PEETERS

    De Minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude,

  2. VAN OVERTVELDT

    BIJLAGE

    Reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten van 18 september 2017

    De sanctiecommissie,

    Gelet op artikel 48bis, § 3, achtste lid, van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten,

    Stelt het reglement van inwendige orde van de sanctiecommissie van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten vast :

    HOOFDSTUK 1. - Definities

    Artikel 1. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

    1. wet van 2 augustus 2002: de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten;

    2. wet van 7 december 2016: de wet van 7 december 2016 tot organisatie van het beroep van en het publiek toezicht op de bedrijfsrevisoren;

    3. FSMA: de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten;

    4. de sanctiecommissie: de sanctiecommissie van de FSMA;

    5. de voorzitter: de voorzitter van de sanctiecommissie van de FSMA;

    6. het college: het College van toezicht op de bedrijfsrevisoren bedoeld in artikel 32 van de wet van 7 december 2016;

    7. het comité van het college: het Comité van het college bedoeld in artikel 35 van de wet van 7 december 2016;

    8. de auditeur of de adjunct-auditeur: de auditeur of de adjunct-auditeur van de FSMA bedoeld in artikel 70 van de wet van 2 augustus 2002;

    9. de secretaris-generaal of de adjunct- secretaris-generaal: de secretaris-generaal of de adjunct-secretaris-generaal van het college bedoeld in artikel 39 van de wet van 7 december 2016;

    10. de partij(en): de persoon of personen die door het directiecomité of door het college in kennis werden gesteld van de grieven;

    11. dag: kalenderdag, met dien verstande dat wanneer de vervaldag van de termijn een zaterdag, zondag of feestdag is deze wordt verlengd tot de volgende werkdag; tenzij anders bepaald worden de termijnen die beginnen te lopen vanaf een kennisgeving berekend vanaf de eerste dag die volgt op deze waarop de brief aangeboden werd op de woonplaats van de geadresseerde; een in maanden bepaalde termijn wordt gerekend van de zoveelste tot de dag vóór de zoveelste.

      HOOFDSTUK 2. - De plenaire vergadering van de sanctiecommissie

      Art. 2. De sanctiecommissie komt bijeen in plenaire vergadering telkens wanneer de voorzitter het nodig acht.

      De plenaire vergadering van de sanctiecommissie zal worden samengeroepen telkens als over volgende punten dient te worden beraadslaagd:

    12. de verkiezing van de voorzitter;

    13. de goedkeuring van het reglement van inwendige orde of van wijzigingen in dit reglement;

    14. de goedkeuring van een protocol met het directiecomité of het comité van het college over aspecten van gemeenschappelijk belang.

      Art. 3. De voorzitter stelt de agenda van de plenaire vergaderingen op. Bij verhindering van de voorzitter of wanneer nog geen voorzitter is verkozen, kan een lid de agenda opstellen.

      Van de beraadslagingen van de plenaire vergaderingen van de sanctiecommissie worden notulen opgemaakt die door twee op de vergadering aanwezige leden worden ondertekend.

      Art. 4. Bij de goedkeuring van het reglement van inwendige orde of van wijzigingen in dit reglement kan de sanctiecommissie enkel geldig beslissen indien alle leden behoudens verhindering aanwezig zijn. Een verhinderd lid kan geen volmacht verlenen aan één van zijn collega's.

      De beslissing wordt genomen met meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de sanctiecommissie doorslaggevend.

      Art. 5. De verkiezing van de voorzitter kan enkel geldig plaatsvinden indien alle leden behoudens verhindering aanwezig zijn. Een verhinderd lid kan geen volmacht verlenen aan één van zijn collega's.

      De verkiezing geschiedt bij geheime stemming tot één kandidaat de meerderheid heeft bereikt. Indien er slechts één kandidaat is, wordt de kandidaat voor verkozen verklaard.

      Art. 6. De voorzitter wordt verkozen voor de duur van zijn lopende mandaat als lid van de sanctiecommissie. De verkiezing als voorzitter is hernieuwbaar. Indien bij gebreke van herbenoeming de leden, op grond van artikel 48bis, § 3, derde lid, van de wet van 2 augustus 2002, in functie blijven tot de sanctiecommissie voor het eerst in haar nieuwe samenstelling bijeenkomt, blijft ook de voorzitter in functie.

      Art. 7. Indien de zetel van de voorzitter om welke reden ook openvalt, wordt overgegaan tot de verkiezing van een nieuwe voorzitter. De nieuwe voorzitter wordt verkozen voor de verdere duur van zijn lopende mandaat als lid van de sanctiecommissie, ongeacht de verdere duur van het mandaat van de voorzitter in wiens vervanging wordt voorzien.

      HOOFDSTUK 3. - De samenstelling van de sanctiecommissie bij de behandeling van sanctiedossiers

      Art. 8. De sanctiecommissie bestaat uit twee kamers.

      De eerste kamer is bevoegd om te beslissen over het opleggen van administratieve geldboetes door de FSMA in de materies als bedoeld in artikel 45 van de wet van 2 augustus 2002 of het treffen van de sancties bedoeld in artikel 40 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, voor de instellingen of personen waarvoor de FSMA de bevoegde autoriteit is.

      De tweede kamer is bevoegd om te beslissen over het opleggen van maatregelen en administratieve geldboetes als bedoeld in artikel 59 van de wet van 7 december 2016 of het treffen van de sancties bedoeld in artikel 40 van de voornoemde wet van 11 januari 1993 ten aanzien van bedrijfsrevisoren.

      Art. 9. De sanctiecommissie of een van haar kamers kan bij de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT