8 JUNI 2017. - Besluit van de Waalse Regering betreffende het gebruik van de benaming 'leerboerderij'

De Waalse Regering,

Gelet op het Waalse Landbouwwetboek, de artikelen D. 204, § 1, tweede lid, D. 205, D. 207, leden 1 en 3, D. 208, § 2, D. 210 tot D. 213 en D.426, § 2, 4° ;

Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid op 20 oktober 2016;

Gelet op het rapport van 29 september 2016, opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

Gelet op het advies 61,168/4 van de Raad van State, gegeven op 19 april 2017, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen en vergunningsaanvraag

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. de landbouwer: de landbouwer die de voorwaarden van artikel D.207, tweede lid, van het Wetboek naleeft;

  2. het Wetboek : het Waalse landbouwwetboek;

  3. de Directie Onderzoek en Ontwikkeling: de Directie Onderzoek en Ontwikkeling van het Departement Ontwikkeling van de Administratie in de zin van artikel D. 3, 3° van het Wetboek;

  4. de Directie Kwaliteit: de Directie Kwaliteit van het Departement Ontwikkeling van de Administratie in de zin van artikel D. 3, 3° van het Wetboek;

  5. de preventie-instelling: de instelling die een begeleidings-, informatie-, en sensibiliseringsdienst aanbiedt om de veiligheid in de bedrijven, het welzijn op het werk van de landbouwers te verbeteren door ze te informeren, door opleidingen te organiseren, of door risicoanalyses uit te voeren tijdens de bezoeken ter plaatse.

    Art. 2. De landbouwer die gebruik wenst te maken van de benaming "leerboerderij" zoals bepaald in artikel D. 3, 19° van het Wetboek, op zijn landbouwbedrijf dient een vergunningsaanvraag in bij de Directie Onderzoek en Ontwikkeling.

    Art. 3. § 1. De aanvraag bedoeld in artikel 2 vermeldt minstens :

  6. de volledige gegevens van de landbouwer;

  7. de voorstelling van het bedrijf;

  8. het bedrijfsnummer;

  9. de uiteenzetting van het pedagogisch project van de boerderij.

    Worden gevoegd bij de aanvraag en specifiek voor de betrokken lokalen en activiteiten:

  10. een uittreksel uit het strafregister model 2 voor de landbouwer en, in voorkomend geval, voor de gastvrije animators;

  11. een attest van de verzekeraar dat de aard van het risico omschrijft en zijn verzekerbaarheidstoestand of, bij gebrek, een afschrift van de verzekeringscontracten;

  12. het brandveiligheidsattest;

  13. de toestemming van het Federale Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen voor de uitvoering van de activiteiten in de voedselketen in het geval dat de restauratie op het bedrijf gebeurt;

  14. het conformiteitsattest van de elektrische installatie

  15. een plan en foto's van de ingerichte opvangcentra;

  16. een attest van het volgen van een opleiding van eerste hulp en gevolgd door één van de personen die de groep begeleidt;

  17. een verslag van de risicoanalyse van het bedrijf uitgevoerd door een begeleidingsdienst voor arbeidsveiligheid;

  18. een attest van het volgen van een module van pedagogische opleiding en gevolgd door één van de personen die de groep begeleidt.

    Voor de toepassing van het tweede lid, 7° en 9°, deelt de landbouwer, als de attesten nog niet beschikbaar zijn, ze mee aan de Directie Onderzoek en Ontwikkeling binnen twaalf maanden te rekenen vanaf het verkrijgen van de erkenning van zijn bedrijf als leerboerderij.

    Het aanvraagformulier is beschikbaar op de website "Portail de l'Agriculture wallonne" (Portaal Waalse Landbouw).

    § 2. De aanvraag wordt verstuurd bij elk middel dat een vaste datum aan de verzending verleent in de zin van artikel D.15 van het Wetboek en omvat het geheel van de documenten waarmee de naleving van de toekenningsvoorwaarden van de vergunning kan worden nagegaan.

    De directeur van de Directie Onderzoek en Ontwikkeling bericht ontvangst ervan binnen de tien werkdagen na de indiening ervan. Het bericht van ontvangst vermeldt:

  19. de ontvangstdatum van de aanvraag;

  20. de termijn waarin de beslissing genomen wordt.

    Wanneer de vergunningsaanvraag onvolledig is, brengt de directeur van de Directie Onderzoek en Ontwikkeling de aanvrager daarvan op de hoogte bij elk middel dat een vaste datum aan de verzending verleent in de zin van artikel D.15 van het Wetboek, en belast hem om ze aan te vullen binnen zestig dagen na de ontvangst. De termijn van zestig dagen kan worden verlengd op gemotiveerd verzoek van de aanvrager. Na afloop van die termijn en als het dossier onvolledig blijft, wordt de vergunningsaanvraag beschouwd als onontvankelijk.

    De...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT