8 FEBRUARI 2018. - Decreet betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen (1)

Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:

TITEL I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Dit decreet regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet aangelegenheden bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2. Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder :

  1. agentschap : het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en gezinnen), bedoeld in artikel 2 van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid;

  2. bijslagtrekkende : een natuurlijke of rechtspersoon die het kind opvoedt en die overeenkomstig dit decreet aangewezen wordt om de gezinsbijslagen geheel of gedeeltelijk te ontvangen;

  3. kinderbijslagen : het geheel van de voordelen bedoeld in Titel III, met uitzondering van het kraamgeld en de adoptiepremie bedoeld in hoofdstuk I van Titel III;

  4. sociaal verzekerde : elke persoon die wegens zijn socioprofessionele toestand onder het toepassingsgebied valt van een EG-Verordening, van een Europese Richtlijn of van een bilaterale overeenkomst betreffende sociale zekerheid en die, overeenkomstig de artikelen 2 en 3 van het samenwerkingsakkoord 6 september 2017 betreffende de aanknopingsfactoren een recht tot de gezinsbijslagen kan openen;

  5. houder van een verblijfstitel : de persoon die niet over de Belgische nationaliteit beschikt en die toegelaten of gemachtigd is, om in België om in België te verblijven of om er zich te vestigen overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;

  6. kinderbijslagfonds : een privaat kinderbijslagfonds erkend overeenkomstig artikel 56 of het "Caisse publique wallonne d'allocations familiales" (Waals Openbaar Kinderbijslagfonds) ingesteld krachtens artikel 23;

  7. wettelijke woonplaats : de plaats waar een persoon in de bevolkingsregisters is ingeschreven als hebbende aldaar zijn hoofdverblijf overeenkomstig artikel 32, 3°, van het Gerechtelijk wetboek;

  8. rechtgevend kind : elke minderjarige of meerderjarige persoon die aan de bij dit decreet bepaalde voorwaarden voor de opening van het recht voldoet en ten gunste van wie minstens één van de in titel 3 bedoelde bijslagen wordt gestort;

  9. vermist kind: het kind van minder dan achttien jaar dat onvrijwillig niet langer op zijn woonplaats is, waarvan men geen nieuws heeft, of dat onwettelijk onttrokken is aan het gezag van zijn ouders, van zijn vader, van zijn moeder of van de persoon of de instelling die onmiddellijk voor de ontvoering overeenkomstig artikel 22 bijslagtrekkende is, en van wie het verdwijnen het voorwerp heeft uitgemaakt van een klacht of een verklaring bij de politie, het parket of bij de Belgische bevoegde administratieve overheden;

  10. werkdagen : alle kalenderdagen met uitzondering van de zaterdag, zondag en de wettelijke en reglementaire feestdagen;

  11. AKBW : de algemene kinderbijslagwet van 19 december 1939;

  12. wet van 27 juni 1921 : de wet van 27 juni 1921 over de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen;

  13. gezin : het geheel van de personen die op hetzelfde adres wonen overeenkomstig artikel 32, 3°, van het Gerechtelijk wetboek;

  14. feitelijk gezin : het samenwonen van personen die niet echtgenoten, noch bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad zijn en die hun gezinsproblemen in onderlinge overeenstemming regelen waarbij ze hun respectieve hulpmiddelen, zelfs gedeeltelijk, bundelen;

  15. familielid : de bloedverwante in de eerste graad, de persoon die niet bloed- of aanverwante tot en met de derde graad met deze bloedverwante is en met wie laatstgenoemde leeft en een feitelijk gezin vormt of een verklaring van wettelijke samenwoning heeft afgelegd, de echtgenote van de bloedverwante en hun eigen of gezamenlijke kinderen;

  16. Minister : de Minister die voor de Gezinsbijslagen bevoegd is;

  17. gezinsbijslagen : het geheel van de voordelen bedoeld in Titel III;

  18. bevolkingsregisters : de registers bedoeld in artikel 1, 1°, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1993 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;

  19. standplaats : bij gebrek aan wettelijke woonplaats, de plaats waar de persoon eigenlijk gewoonlijk verblijft;

  20. inkomsten : de belastbare bruto-inkomsten, vóór de aftrek van de beroepskosten, die in aanmerking worden genomen voor de toekenning van de toeslagen bedoeld in de artikelen 11 tot 13.

    Wat punt 8° betreft, wordt niet als vermist kind beschouwd, het kind dat naar alle waarschijnlijkheid overleden is in omstandigheden zoals ongevallen of rampen, zelfs indien zijn lichaam niet teruggevonden is.

    Art. 3. Behalve uitdrukkelijk voorziene uitzondering is dit decreet van toepassing op de rechtgevende kinderen geboren vanaf de datum bepaald door de Regering krachtens artikel 136, eerste lid.

    TITEL II. - Rechtgevend kind

    Art. 4. Onverminderd de internationale overeenkomsten die in het Franse taalgebied vigerend zijn, opent een recht op gezinsbijslagen, het kind :

  21. dat zijn wettelijke woonplaats heeft op het grondgebied van het Franse taalgebied of dat werkelijk in het Franse taalgebied verblijft, waarbij hij/zij geen wettelijke woonplaats heeft en,

  22. van Belgische nationaliteit is of dat houder is van een verblijfstitel in België, of van wie de ouders staatloos zijn.

    Het attest van immatriculatie vormt in geen geval een verblijfstitel in de zin van dit decreet.

    Het kind uit een derde land dat gemachtigd is om in België te verblijven om onderwijs te volgen, wordt geacht niet aan de in het eerste lid bedoelde voorwaarden te voldoen.

    Voor de toekenning van de kinderbijslagen in de zin van dit decreet wordt vrijgesteld van de in het eerste lid bedoelde voorwaarden, het kind van wie de ouders Europese onderdanen of onderdanen van derde Staten zijn, die vallen onder het toepassingsgebied van Verordening nr. 883/2004 van het Europees Parlement en van de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en die een economische activiteit uitoefenen op het grondgebied van het Franse taalgebied.

    Geacht wordt een economische activiteit uit te oefenen op het grondgebied van het Franse taalgebied, de bijslagtrekkende aangesloten bij één van de kinderbijslagfondsen.

    De Regering kan bepalen onder welke voorwaarden het kind dat niet beschikt over de Belgische nationaliteit en dat niet houder is van een verblijfstitel, in aanmerking komt voor de gezinsbijslagen toegekend overeenkomstig dit decreet.

    Wanneer het kind geen woonplaats in België heeft, kan de sociaal verzekerde binnen de perken bedoeld bij de toepasselijke supranationale regelingen, ten gunste van de kinderen, die lid zijn van zijn familie, een recht op de gezinsbijslagen openen.

    Art. 5. § 1. De gezinsbijslagen worden onvoorwaardelijk toegekend ten gunste van het in artikel 4 bedoelde rechtgevend kind tot 31 augustus van het kalenderjaar tijdens welk hij/zij de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt.

    § 2. In afwijking van § 1 wordt het recht op een toeslag voor een in artikel 16 bedoeld kind dat een aandoening heeft, toegekend tot het einde van de maand waarin het kind de leeftijd van 21 jaar bereikt.

    § 3. De gezinsbijslagen worden overigens ten gunste van het rechtgevend kind toegekend vanaf 1 september van het kalenderjaar waarin hij/zij de leeftijd van achttien jaar bereikt en tot het einde van de maand waarin hij/zij de leeftijd van eenentwintig jaar bereikt, behalve als hij/zij in één van de moeilijkheden bepaald door de Regering verkeert, met name omdat hij/zij buiten de door de Regering bepaalde grenzen een beroepsactiviteit uitoefent of omdat hij/zij in aanmerking komt voor een socialezekerheidsuitkering die niet toegelaten wordt door de Regering.

    § 4. De gezinsbijslagen worden ten gunste van het rechtgevend kind toegekend vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij/zij de leeftijd van eenentwintig jaar bereikt en uiterlijk tot het einde van de maand waarin hij/zij de leeftijd van vijfentwintig jaar bereikt, onder de door de Regering bepaalde voorwaarden :

  23. ten gunste van de persoon met een leercontract;

  24. ten gunste van het kind dat onderwijs volgt of een stage doorloopt om benoemd te kunnen worden in een ambt;

  25. ten gunste van het kind dat een afstudeerrichting volgt in een onderwijs georganiseerd, erkend of gesubsidieerd overeenkomstig artikel 24 van de Grondwet door één van de Gemeenschappen van België of in een onderwijs gevolgd buiten het Koninkrijk bij een door een buitenlandse overheid erkende inrichting;

  26. voor de door haar bepaalde periode, ten gunste van het kind dat niet meer leerplichtig is, ingeschreven als werkzoekende en dat zijn studies of een leeropleiding heeft voltooid.

    De Regering bepaalt eveneens onder welke voorwaarden de uitoefening van een winstgevende activiteit of het genieten van een sociale bijslag de toepassing van deze paragraaf niet belemmert.

    § 5. De Regering kan algemene en individuele afwijkingen verlenen wanneer de voorwaarden bedoeld in 1° tot 4° van § 4 van dit artikel niet vervuld worden.

    Art. 6. § 1. Het recht op de gezinsbijslagen wordt gehandhaafd ten gunste van het vermist kind indien hij/zij op het moment van zijn/haar verdwijning de hoedanigheid van rechtgevend kind in de zin van de artikelen 4 en 5, §§ 1 en 2, heeft.

    Voor de toepassing van dit decreet wordt het vermist kind geacht verder deel uit te maken van het gezin waarin hij/zij zich op het moment van zijn/haar verdwijning bevond.

    De gezinsbijslagen worden ten gunste van het vermist kind toegekend vanaf de datum van de verdwijning.

    De gezinsbijslagen worden ten gunste van het vermist kind toegekend tot het einde van de maand waarin hij/zij de leeftijd van achttien jaar bereikt.

    Wanneer het vermist kind teruggevonden wordt, wordt het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT