6 SEPTEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 november 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort, tot oprichting van een 'Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort' en tot vaststelling van zijn statuten (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 november 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort, tot oprichting van een "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort" en tot vaststelling van zijn statuten.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 september 2020.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

  1. MUYLLE

    _______

    Nota

    (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

    Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

    Bijlage

    Paritair Subcomité voor de havens

    van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort

    Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 november 2019

    Oprichting van een "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort" en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 17 december 2019 onder het nummer 155990/CO/301.05)

    Oprichting

    Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort.

    Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als voorwerp de oprichting van een "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort" in toepassing van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, waarvan de statuten hierna zijn vastgesteld.

    Art. 3. Dit fonds neemt de rechten en plichten over, alsmede het actief en het passief van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de haven van Zeebrugge-Brugge", opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 november 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Zeebrugge-Brugge, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 22 januari 2009.

    Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 4 november 2019.

    Elk van de contracterende partijen kan ze opzeggen mits een opzeggingstermijn van drie maanden welke bij een ter post aangetekende brief wordt betekend aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort.

    Art. 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de collectieve arbeidsovereenkomst op van 9 november 2007 betreffende de oprichting van een "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de haven van Zeebrugge-Brugge", geregistreerd onder het nummer 86820/CO/301.05.

    Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 september 2020.

    De Minister van Werk,

  2. MUYLLE

    Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 november 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort, tot oprichting van een "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort" en tot vaststelling van zijn statuten

    Statuten

    HOOFDSTUK I. - Benaming, zetel, doel

    Artikel 1. Er wordt overeenkomstig de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, genaamd "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort". Het fonds heeft rechtspersoonlijkheid.

    Art. 2. De zetel van het fonds is gevestigd te 8380 Zeebrugge (Brugge), Evendijk-Oost 244.

    Art. 3. In de algemene zin heeft het fonds tot doel :

    - het financieren, toekennen en uitkeren van sociale voordelen aan bepaalde personen;

    - het financieren en organiseren van beroepsopleiding van de werknemers en van de jongeren;

    - het financieren en organiseren van specifieke maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid;

    - het nemen van maatregelen ter bevordering van de naleving van sociale verplichtingen;

    - het financieren en organiseren van de opleiding van de werknemers, werkzoekenden, werklozen of andere doelgroepen.

    Art. 4. Het fonds heeft tot doel :

    1. Het toekennen van voordelen aan de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort, zoals hieronder bepaald :

      1. de erkende havenarbeiders opgenomen in de pool : de voordelen voorzien bij artikel 21, deel 1 en artikel 21, deel 2;

      2. de erkende havenarbeiders buiten de pool : de voordelen voorzien bij artikel 21, deel 2;

      3. de logistieke werknemers met een veiligheidscertificaat : de voordelen voorzien bij artikel 21, deel 3;

      4. de vaklui : de voordelen voorzien bij artikel 21, deel 4;

    2. Het innen van bijdragen ter financiering van het fonds ten laste van de werkgevers die de arbeiders onder a) vermeld tewerkstellen;

    3. Het innen van de extra financiële bijdragen opgelegd door het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort. Deze bijdragen worden aangewend voor een sociaal doel.

      HOOFDSTUK II. - Beheer

      Art. 5. Het fonds wordt beheerd door een raad van beheer, samengesteld uit minstens vier leden, waarvan de helft aangeduid wordt door de werkgeversvertegenwoordigers en de andere helft door de werknemersvertegenwoordigers in het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort.

      Deze leden worden door het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort onder de effectieve of plaatsvervangende leden ervan aangesteld.

      De beheerders oefenen hun mandaat kosteloos uit, tenzij het paritair subcomité anders zou bepalen.

      Hun mandaat eindigt van rechtswege wanneer hun functie van lid van het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort eindigt.

      Nochtans, ingeval hun mandaat in het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort eindigt, blijven de leden van de raad van beheer in functie tot het nieuw aangesteld Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort overgaat tot hun vervanging.

      Het paritair subcomité kan de leden van de raad van beheer eveneens te allen tijde afzetten.

      Bij overlijden of ontslagname van een beheerder, voorziet het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort in de vervanging door de aanduiding van een lid van het Paritair Subcomité voor de havens van Zeebrugge-Brugge, Oostende en Nieuwpoort behorende tot dezelfde vertegenwoordiging als de overleden of uitgetreden beheerder.

      Art. 6. Ieder jaar duidt de raad van beheer in zijn midden een voorzitter en een ondervoorzitter aan. Hij duidt de persoon aan die belast wordt met het secretariaat. De secretaris moet geen lid zijn van de raad van beheer.

      Het voorzitterschap dient om het jaar waargenomen te worden door een lid van de werkgevers- en een lid van de werknemersvertegenwoordiging.

      De ondervoorzitter wordt altijd aangeduid in de andere vertegenwoordiging dan deze waartoe de voorzitter behoort.

      Art. 7. De raad van beheer vergadert op bijeenroeping van de voorzitter.

      De voorzitter is ertoe gehouden minstens ieder kwartaal en telkens ten minste twee leden van de raad van beheer erom verzoeken de raad bijeen te roepen.

      De oproepingen vermelden de beknopte agenda.

      De leden van de raad van beheer mogen zich, ingeval zij verhinderd zijn om de raad van beheer bij te wonen, laten vertegenwoordigen door een ander lid van de raad van beheer door middel van een schriftelijke volmacht.

      De verslagen van de vergaderingen worden opgemaakt door de secretaris en ondertekend door degene die de vergadering heeft voorgezeten. Uittreksels van deze verslagen worden ondertekend door de voorzitter of door twee beheerders.

      Alhoewel er zoveel mogelijk gestreefd wordt naar unanieme beslissingen worden de beslissingen genomen bij gewone meerderheid van uitgebrachte stemmen der aanwezige of geldig vertegenwoordigde leden (dat is de helft plus één, onthoudingen worden niet meegeteld).

      Over punten die niet duidelijk vermeld worden op de agenda van de bijeenroeping tot de vergadering kan slechts worden gestemd indien alle beheerders aanwezig zijn.

      De beheerders mogen niet deelnemen aan de beraadslaging of stemming betreffende aangelegenheden waarbij zij persoonlijk betrokken zijn.

      Hun onthouding wordt in de verslagen opgetekend.

      Art. 8. De raad van beheer heeft als opdracht het Fonds te beheren en alle maatregelen te treffen welke nodig blijken voor zijn goede werking.

      Hij heeft de meest uitgebreide machten voor het beheer en het besturen van het fonds en voor de verwezenlijking van zijn doel. Hij mag namelijk hiervoor onder andere alle contracten sluiten en ondernemingen aannemen; alle roerende en onroerende goederen, die nodig zijn voor de verwezenlijking van het maatschappelijk doel, kopen, verkopen, ruilen, huren en verhuren; alle leningen op korte of lange termijn aangaan; toestemmen in de hypotheken op de onroerende goederen van het fonds; alsook alle voorrechten, alle private of officiële subsidies, tegemoetkomingen en legaten aanvaarden; alle subrogaties en borgstellingen toestaan of aanvaarden; van alle zakelijke of uit verbintenissen voortspruitende rechten, evenals van alle zakelijke of persoonlijke borgstellingen afstand doen; handlichting geven, vóór of na betaling; van alle bevoorrechte of hypothecaire inschrijvingen, overschrijvingen, beslagen of andere beletsels; de dadelijke uitwinning toestaan; laten pleiten, als eiser of als verweerder voor alle rechtbanken; alle vonnissen uitvoeren of doen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT