Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van strategische transformatiesteun aan ondernemingen in het Vlaamse Gewest, de 19 juillet 2013

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Afdeling 1. - Definities

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :

  1. decreet van 16 maart 2012 : het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid;

  2. minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor Economie;

  3. algemene vrijstellingsverordening : Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën van steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard ("de algemene groepsvrijstellingsverordening", en de eventuele latere wijzigingen van die verordening (PB L 214 van 9 augustus 2008, blz. 3);

  4. Agentschap Ondernemen : het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid dat behoort tot het beleidsdomein EWI;

  5. onderneming : de onderneming, vermeld in artikel 3, 1°, van het decreet van 16 maart 2012;

  6. kleine, middelgrote en grote ondernemingen : de ondernemingen, vermeld in artikel 3, 2°, 3° en 4°, van het decreet van 16 maart 2012;

  7. regionale steungebieden : de gebieden, vermeld in artikel 3, 7°, van het decreet van 16 maart 2012;

  8. steun : de steun, vermeld in artikel 3, 5°, van het decreet van 16 maart 2012;

  9. steunintensiteit : de steunintensiteit, vermeld in artikel 3, 6°, van het decreet van 16 maart 2012;

  10. ontvangstmelding : de brief van het Agentschap Ondernemen waarbij wordt bevestigd dat de steunaanvraag goed werd ontvangen en is geregistreerd en waarin de vroegst mogelijke startdatum van het project wordt meegedeeld;

  11. bevestigingsbrief : de brief van het Agentschap Ondernemen waarbij wordt bevestigd dat, onder voorbehoud van de uiteindelijke uitkomst van een gedetailleerd onderzoek, het project ontvankelijk is en aan de vastgestelde voorwaarden voldoet om in aanmerking te komen voor steun;

  12. transformatieproject : een gepland veranderingsproces in een onderneming of in een groep van samenwerkende ondernemingen dat betrekking heeft op de implementatie van de strategie in de processen en de organisatie van de onderneming(en) wat betreft innovatie, internationalisering en verduurzaming. Een transformatieproject werkt in op bedrijfspraktijken zoals de implementatie en de vermarkting van innovaties, de invoering van nieuwe businessmodellen, de samenwerking met andere bedrijven of kennisinstellingen, het bewerken van nieuwe internationale markten met groeipotentieel, het efficiënter werken met materialen en energie en met een meer optimale benutting van het menselijk potentieel. Het transformatieproject draagt bij tot een duurzame versterking van het economische weefsel in Vlaanderen. Het project moet leiden tot een versterking van de diverse waardeketens of clusters, en moet zorgen voor een duurzame werkgelegenheid.

  13. transformatieplan : het plan dat het transformatieproject, vermeld in artikel 1, 12°, beschrijft, bestaat uit vier aparte onderdelen : omschrijving van het transformatieproject zelf, de bijdrage en effecten ervan op de onderneming, de impact van het transformatieproject op de Vlaamse economie en de beschrijving van de uitwerking van het transformatieproject in termen van management en de kwaliteitsbewaking binnen het project. In het transformatieplan moeten de inhoudelijke krachtlijnen, de doelstellingen en de belangrijkste mijlpalen van het project zijn uitgewerkt, evenals de timing waarbinnen deze mijlpalen zullen worden gerealiseerd. Ook de rentabiliteit en de effectiviteit van het project moeten in het plan worden aangetoond.

    Afdeling 2. - Definitie van kleine, middelgrote en grote ondernemingen

    Art. 2. De tewerkstelling, de jaaromzet en het balanstotaal van de onderneming worden berekend overeenkomstig de definitie van kleine en middelgrote ondernemingen, vermeld in bijlage I van de algemene vrijstellingsverordening.

    De gegevens voor de berekening van de tewerkstelling, de jaaromzet en het balanstotaal worden vastgesteld op basis van een verklaring op erewoord van de onderneming en met toepassing van artikel 3 en 4.

    Art. 3. De gegevens voor de berekening van de jaaromzet en het balanstotaal van de onderneming hebben betrekking op de referentieperiode. De referentieperiode is het boekjaar waarop de laatst bij de Nationale Bank van België neergelegde jaarrekening voor de datum van de steunaanvraag betrekking heeft en die beschikbaar is via een centrale databank.

    Om de omzet te berekenen, wordt een boekjaar van meer of minder dan twaalf maanden herberekend tot een periode van twaalf maanden. Bij recent opgerichte ondernemingen waarvan de jaarrekening nog niet is afgesloten, steunt men op een financieel plan van het eerste productiejaar. Voor ondernemingen die geen jaarrekening moeten opmaken, is de referentieperiode de laatste aangifte bij de directe belastingen voor de datum van de steunaanvraag.

    Art. 4. De gegevens voor de berekening van de tewerkstelling van het aantal werkzame personen worden vastgesteld aan de hand van het aantal werknemers dat in de onderneming was tewerkgesteld in de referentieperiode. De referentieperiode is het boekjaar waarop de laatst bij de Nationale Bank van België neergelegde jaarrekening voor de datum van de steunaanvraag betrekking heeft en die beschikbaar is via een centrale databank. Bij recent opgerichte ondernemingen waarvan de jaarrekening nog niet is afgesloten, steunt men op een financieel plan van het eerste productiejaar. Voor ondernemingen die geen jaarrekening moeten opmaken, worden de gegevens voor de berekening van het aantal werkzame personen in dat geval vastgesteld aan de hand van het aantal werknemers die in de onderneming waren tewerkgesteld gedurende de laatste vier kwartalen die de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid kan attesteren voor de indieningsdatum van de steunaanvraag.

    Het bewijs van de tewerkstelling van havenarbeiders in ondernemingen die ressorteren onder de verschillende paritaire comités van de havens, wordt geleverd door attesten van de bevoegde werkgeversorganisaties in de verschillende havens. Voor de berekening van het aantal havenarbeiders wordt het aantal gepresteerde taken gedurende de referentieperiode gedeeld door het gemiddelde aantal gepresteerde taken tijdens die periode.

    Afdeling 3. - Algemene voorwaarden

    Art. 5. Er wordt geen steun verleend aan ondernemingen die niet voldoen aan de regelgeving die van toepassing is in het Vlaamse Gewest.

    De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid hebben en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht lopen hebben waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.

    Art. 6. Met behoud van de toepassing van artikel 13, 2, van de algemene vrijstellingsverordening gaat de termijn van vijf jaar, vermeld in artikel 7 van het decreet van 16 maart 2012, in vanaf het beëindigen van de investeringen.

    Art. 7. Er kan geen steun verleend worden aan ondernemingen als een administratieve overheid als vermeld in artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, over een dominerende invloed beschikt. Er is een vermoeden van dominerende invloed als de onderneming voor 50 % of meer van het kapitaal of de stemrechten rechtstreeks of onrechtstreeks in handen is van de administratieve overheid.

    Dat vermoeden kan weerlegd worden als de onderneming kan aantonen dat de administratieve overheid, vermeld in het eerste lid, in werkelijkheid geen dominerende invloed uitoefent op het beleid van de onderneming. Het Agentschap Ondernemen neemt daarover een beslissing bij de ontvankelijkheidscontrole.

    Art. 8. § 1. Een individuele onderneming of minstens drie samenwerkende ondernemingen kunnen om de twaalf maanden een dossier indienen dat zowel een luik met opleidingen, als een luik met investeringen moet bevatten die verband houden met het door te voeren transformatieproject.

    Elk ingediend transformatieproject moet een afgelijnd geheel vormen en moet de uitvoering zijn van een aparte strategische beslissing van de onderneming of van meerdere ondernemingen die gaan samenwerken.

    De samenwerkende ondernemingen mogen geen partner- of verbonden ondernemingen zijn in de zin van de definitie van kleine en middelgrote ondernemingen, vermeld in bijlage I van de algemene vrijstellingsverordening.

    § 2. Bij de beslissing wordt een steunbedrag toegekend dat bestaat uit een basissteun voor het transformatieproject, eventueel verhoogd met een bonussteun voor de bijkomende tewerkstelling.

    Met behoud van de toepassing van artikel 9 bedraagt het plafond voor de totale basissteun, bestaande uit de som van de basissteun voor het in aanmerking komende opleidingsbedrag en de basissteun voor het in aanmerking komende investeringsbedrag, een miljoen euro (1.000.000 euro) per aanvragende onderneming.

    De steun wordt proportioneel verdeeld over de begunstigde ondernemingen op basis van het in aanmerking komende opleidingsbedrag en het in aanmerking komende investeringsbedrag per begunstigde onderneming, zoals die worden bepaald door het Agentschap Ondernemen.

    Art. 9. Als het gaat om een project van uitzonderlijk belang voor de ontwikkeling van de regionale economie, kan de Vlaamse Regering binnen de maximale Europese grenzen, afwijkingen toestaan op de in dit besluit opgenomen beperkingen.

    HOOFDSTUK 2. - Steun voor transformatieopleidingen

    Afdeling 1. - Toepassingsgebied

    Art. 10. Binnen de beschikbare begrotingskredieten kan steun worden verleend aan ondernemingen voor opleidingen die verband houden met het ingediende transformatieproject onder de voorwaarden, vermeld in artikel 20 tot en met 24 van het decreet van 16 maart 2012 en in dit besluit.

    Art. 11. Alleen ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit op de indieningsdatum van de steunaanvraag behoort tot de sectoren, vermeld in de bijlage bij dit besluit, komen voor steunverlening in aanmerking.

    De minister kan die bijlage aanpassen op basis van de beleidsprioriteiten en de Europese regelgeving.

    Afdeling 2. - Start en beëindiging van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT