4 MEI 2016. - Wet houdende internering en diverse bepalingen inzake Justitie

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het wetboek van strafvordering

Art. 2. In artikel 9 van het Wetboek van strafvordering, vervangen bij de wet van 21 juni 2001 en gewijzigd bij de wet van 16 juli 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. de bepaling onder 2° wordt vervangen als volgt :

    "2° door de federale procureur en de federale magistraten;";

  2. het artikel wordt aangevuld met de bepaling onder 3°, luidende :

    "3° door de procureurs-generaal en de andere magistraten van de parketten-generaal en auditoraten-generaal.".

    Art. 3. Artikel 364 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 21 december 2009, wordt aangevuld met een lid, luidende :

    "De procureur-generaal en de andere magistraten van de parketten-generaal en auditoraten-generaal hebben het recht de politie- en inspectiediensten te vorderen op de wijze in artikel 28ter, §§ 3 en 4 bepaald.".

    HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de provinciewet van 30 april 1836

    Art. 4. Artikel 64 van de provinciewet van 30 april 1836, gewijzigd bij de wetten van 27 mei 1975 en 17 januari 1995, wordt opgeheven.

    HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken

    Art. 5. In artikel 43quater, zesde lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 27 december 2004, wordt het woord "afdelingsvoorzitters" telkens vervangen door het woord "sectievoorzitters".

    HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten

    Art. 6. Artikel 162 van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 5 mei 2014, wordt aangevuld met de bepaling onder 52°, luidende :

    "52° De exploten en processen-verbaal van de gerechtsdeurwaarders in verband met de invordering van onbetwiste geldschulden bedoeld in de artikelen 1394/20 tot 1394/27 van het Gerechtelijk Wetboek."."

    HOOFDSTUK 6. - Wijziging van de wet van 29 juni 1964

    betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie

    Art. 7. In artikel 10 van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, gewijzigd bij de wetten van 22 maart 1999 en 12 mei 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. het derde lid, eerste streepje, wordt vervangen als volgt :

      "- een advocaat door de minister van Justitie gekozen uit twee lijsten van twee namen, respectievelijk opgemaakt door de procureur des Konings of de procureurs des Konings van het gerechtelijk arrondissement en door de stafhouder van de Orde of, in de arrondissementen waar de balies georganiseerd zijn per afdeling van de rechtbank, de stafhouders.";

    2. het derde lid, tweede streepje wordt aangevuld met de woorden "na advies van de bevoegde gemeenschapsminister";

    3. het zesde lid wordt aangevuld met de woorden "na advies van de bevoegde gemeenschapsminister".

      HOOFDSTUK 7. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek

      Art. 8. Artikel 32 van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 5 augustus 2006, wordt aangevuld met de bepalingen onder 3°, 4°, 5° en 6°, luidende :

      "3° "woonplaats" : de plaats waar de persoon in de bevolkingsregisters is ingeschreven als hebbende aldaar zijn hoofdverblijf;

    4. "verblijfplaats" : iedere andere vestiging, zoals de plaats waar de persoon kantoor houdt of een handels- of nijverheidszaak drijft;

    5. "gerechtelijk elektronisch adres" : het unieke, door de bevoegde overheid aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon toegekende elektronisch adres;

    6. "adres van elektronische woonstkeuze" : elk ander elektronisch adres waarop een betekening overeenkomstig artikel 32quater/1 kan gebeuren na de uitdrukkelijke en voorafgaande toestemming door de geadresseerde telkens voor die bepaalde betekening.".

      Art. 9. In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 32quater/1 ingevoegd, luidende :

      "Art. 32quater/1. § 1. De betekening geschiedt elektronisch op het gerechtelijk elektronisch adres. Bij gebreke aan een gerechtelijk elektronisch adres, kan zij ook geschieden op het adres van elektronische woonstkeuze, op voorwaarde dat de geadresseerde telkens voor die bepaalde betekening, volgens de door de Koning bepaalde nadere regels, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, uitdrukkelijk en voorafgaandelijk zijn toestemming heeft gegeven.

      Telkens een betekening op elektronische wijze wordt verricht, wordt de geadresseerde volgens de door de Koning bepaalde nadere regels, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, in kennis gesteld van :

    7. de gegevens die hem betreffen en die in het in artikel 32quater/2 bedoelde register worden opgeslagen;

    8. de categorieën van personen die toegang hebben tot de in de bepaling onder 1° bedoelde gegevens;

    9. de bewaartermijn van de in de bepaling onder 1° bedoelde gegevens;

    10. de in artikel 32quater/2, § 2, bedoelde verantwoordelijke voor de verwerking;

    11. de wijze waarop hij inzage kan verkrijgen van de onder 1° bedoelde gegevens.

      § 2. Binnen vierentwintig uur na de verzending van het bericht tot betekening op elektronische wijze of het verzoek tot toestemming tot betekening op elektronische wijze aan de geadresseerde, laat het in artikel 32quater/2 bedoelde register een bericht van bevestiging van betekening aan de gerechtsdeurwaarder toekomen die de akte heeft betekend. De betekening wordt in dat geval geacht te zijn gedaan op de datum van de verzending van het voormelde bericht of verzoek.

      Bij gebrek aan een bericht van bevestiging van betekening binnen de termijn vermeld in het eerste lid wordt de betekening op elektronische wijze als niet mogelijk beschouwd zoals bedoeld door artikel 32quater/3, § 3.

      Bij de opening door de geadresseerde van de akte laat het register een bericht van opening door de geadresseerde toekomen aan de gerechtsdeurwaarder die de akte heeft betekend.

      Bij gebrek aan ontvangst van een bericht van opening door de geadresseerde binnen vierentwintig uur na de verzending van het in het eerste lid bedoelde bericht of verzoek aan de geadresseerde, verstuurt de gerechtsdeurwaarder de eerstvolgende werkdag, een gewone brief van melding van de betekening op elektronische wijze aan de geadresseerde.".

      Art. 10. In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 32quater/2 ingevoegd, luidende :

      "Art. 32quater/2. § 1. Bij de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders wordt een geïnformatiseerde gegevensbank opgericht, "Centraal register van gedematerialiseerde authentieke akten van gerechtsdeurwaarders" geheten. Hierin worden de door de Koning aangeduide gegevens en digitale documenten, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, verzameld die nodig zijn om de rechtsgeldigheid van een betekening na te gaan en in rechte vast te stellen. Dit register geldt als authentieke bron voor alle akten die erin zijn opgenomen.

      De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders houdt in dit register een lijst bij van de adressen van elektronische woonstkeuze waarvoor de titularis de in artikel 32quater/1, § 1, bedoelde toestemming heeft gegeven. Deze lijst en de daarin opgenomen gegevens zullen, onder toezicht van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders, uitsluitend door gerechtsdeurwaarders kunnen geraadpleegd worden in uitvoering van hun wettelijke opdrachten en mogen niet aan derden worden verstrekt. De Koning bepaalt, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, de nadere regels voor de opstelling, de bewaring en de raadpleging van deze lijst.

      § 2. De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders wordt met betrekking tot het in paragraaf 1 bedoelde register beschouwd als de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van artikel 1, § 4, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.

      Het is de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders verboden om de in paragraaf 1 bedoelde gegevens te verstrekken aan andere dan de in paragraaf 3 bedoelde personen.

      De bewaartermijn van de gegevens opgenomen in het in paragraaf 1 bedoelde register bedraagt dertig jaar.

      De Koning stelt, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, een procedure vast op grond waarvan de gegevens van een betekening op elektronische wijze onder de door Hem bepaalde voorwaarden op een eerder tijdstip uit het register kunnen worden verwijderd.

      § 3. De magistraten van de rechterlijke orde bedoeld in artikel 58bis, de griffiers en de parketsecretarissen, voor zover de raadpleging betrekking heeft op betekeningen die onder hun bevoegdheid vallen, en de gerechtsdeurwaarders, voor zover de raadpleging betrekking heeft op betekeningen die door hun tussenkomst werden verricht, kunnen de gegevens van het in paragraaf 1 bedoelde register rechtstreeks raadplegen.

      § 4. Hij die in welke hoedanigheid ook deelneemt aan de verzameling, de verwerking of de mededeling van de in het in paragraaf 1 bedoelde register geregistreerde gegevens of kennis heeft van die gegevens, moet het vertrouwelijk karakter ervan in acht nemen. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hem toepasselijk.

      § 5. De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders staat in voor de controle op de werking en het gebruik van het in paragraaf 1 bedoelde register. In voorkomend geval is hoofdstuk VII van boek IV van deel II van dit Wetboek van toepassing.

      § 6. De Koning bepaalt, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, de nadere regels voor de inrichting en werking van het in paragraaf 1 bedoelde register en de gegevens die erin zullen worden opgenomen.

      § 7. Binnen de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders stelt de voorzitter van de Nationale Kamer van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT