31 MEI 2018. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de erkenningsvoorwaarden van residentiële diensten, dagopvangdiensten en diensten voor ondersteuning in hun leefomgeving voor personen met een handicap, waarvan de financiering en de beslissing tot opname verzekerd worden door een buitenlandse openbare overheid

De Waalse Regering,

Gelet op het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, artikel 283, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 6 februari 2014 en bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014;

Gelet op het Reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid;

Gelet op het rapport van 23 maart 2017, opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

Gelet op het advies nr. 61.715/2/V van de Raad van State, gegeven op 24 juli 2017, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 en op het aanvullende advies 63.282/4 van 2 mei 2018;

Gelet op de kaderovereenkomst van 21 december 2011 tussen de Regering van de Franse Republiek en de Regering van het Waalse Gewest van het Koninkrijk België betreffende de opvang van gehandicapte personen;

Gelet op het advies van de "Commission wallonne de la personne handicapée" (Waalse commissie voor gehandicapte personen), gegeven op 25 mei 2017;

Gelet op het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap van 13 december 2006, goedgekeurd op 3 juli 2009 door België;

Gelet op het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van het kind van 20 november 1989;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Actie en Gezondheid;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1. Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.

Art. 2. In het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, tweede deel, boek V, wordt een titel XII/2 ingevoegd, dat de artikelen 1369/7 tot 1369/89 omvat, luidend als volgt:

"Titel XII/2. Diensten voor personen met een handicap, waarvan de financiering en de beslissing tot opname verzekerd worden door een buitenlandse openbare overheid.

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Art. 1369/7. Voor de toepassing van deze Titel wordt verstaan onder:

  1. decreetgevend wetboek: boek IV van het Waals decreetgevend Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid;

  2. de Minister; de Minister bevoegd voor het Gehandicaptenbeleid;

  3. Agentschap: het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en gezinnen), opgericht bij het decreet van 3 december 2015, ook "Agence pour une vie de qualité" genoemd;"

  4. persoon: elke persoon erkend als persoon met een handicap door de plaatsingsoverheid;

  5. jongere: de persoon van minder dan 18 jaar of de persoon tussen 18 en 21 jaar voor wie de beslissing tot tegemoetkoming van het Agentschap of van elke andere buitenlandse openbare plaatsingsoverheid bepaalt dat hij de steun van een dienst voor jongeren nog kan blijven genieten;

  6. volwassene: de persoon die minstens 18 jaar oud is;

  7. verzorgingsregeling: de verzorging overdag, ook dagopvang genoemd, de verzorging 's nachts ook nachtopvang genoemd, de verzorging overdag en 's nachts, ook opvang van het residentiële type, of als formules voor de ondersteuning van de personen in hun woningen, ook thuiszorg genoemd;

  8. beheerder: de rechtspersoon die gehandicapte personen verzorgt;

  9. dienst: de op basis deze Titel erkende dienst;

  10. opvangcapaciteit: het maximumaantal gehandicapte personen die tegelijkertijd per infrastructuur opgevangen mogen worden zoals bepaald bij het attest van de regionale brandweerdienst;

  11. uittreksel uit het strafregister: het uittreksel uit het strafregister (model 1) opgemaakt overeenkomstig de ministeriële rondzendbrief nr. 905 van 2 februari 2007 betreffende de afgifte van een uittreksel uit het strafregister;

  12. administratieve entiteit: de entiteit bestaande uit verschillende door het Agentschap erkende en gemachtigde diensten die afhankelijk zijn van dezelfde inrichtende macht en beheerd worden door een gemeenschappelijke algemene directie die instaat voor het dagelijkse beheer van al die diensten, zowel administratief, financieel als inzake personeelsaangelegenheden, namelijk de effectieve dagelijkse bevoegdheid om bevelen en richtlijnen aan het personeel te geven, met inbegrip van de gemeenschappelijke administratieve pool van de diensten, en om zich de middelen ter beschikking te laten stellen om het hoofd te kunnen bieden aan de financiële lasten i.v.m. de dagelijkse werking van de betrokken diensten.

    Wat punt 12° betreft, zijn de diensten betrokken bij de hergroepering, met uitzondering van de administratieve entiteiten die als dusdanig vóór de datum van toepassing van deze Titel door het Agentschap worden erkend, gevestigd op een afstand van maximum dertig kilomeer en dertig minuten in termen van traject van de plaats waar de directie hoofdzakelijk zitting heeft en waar de nodige administratieve gegevens voor het dagelijks beheer geconcentreerd worden. De leiding over dat geheel van door het Agentschap erkende en gesubsidieerde diensten moet voltijds waargenomen worden en als dusdanig vastgelegd worden in de arbeidsovereenkomst of in het benoemingsbesluit.

    HOOFDSTUK II. - Algemene beginselen en opdrachten van de diensten

    Art. 1369/8. Dit hoofdstuk is van toepassing op de diensten voor personen met een handicap, waarvan de financiering en de beslissing tot opname verzekerd worden door een buitenlandse openbare overheid.

    Art. 1369/9. § 1. De dagopvangdienst beoogt de ontplooiing en de school-, sociale of culturele integratie van de personen, waarbij in partnerschap met hen, hun familieleden en het netwerk sociaal valoriserende en burgerlijke activiteiten tot stand gebracht worden.

    § 2. De residentiële opvang bestaat, naast de in lid 1 bedoelde prestaties, in het opnieuw vormen van de voornaamste leefplaats van de persoon waarbij ervoor gezorgd wordt dat het begrip "thuis" daadwerkelijk in de inrichting wordt gerealiseerd.

    § 3. De formules inzake de ondersteuning van de personen binnen hun eigen woningen hebben tot doel hen in staat te stellen om de nodige zelfstandigheid te verkrijgen om in een woning inbegrepen in de vennootschap te leven, met name via de verrichting van activiteiten van individuele en gezamenlijke scholingen, coördinatie van de hulpbronnen van het netwerk en begeleiding in de woning.

    § 4. De dagopvang en de residentiële opvang liggen in de lijn van het zoeken naar een levenskwaliteit naar gelang van de specifieke behoeften, de verwachtingen en wensen alsook van het ritme van elke gebruiker. Ze bevorderen het uitoefenen van rechten en plichten van de gebruikers in verband met het burgerschap. Ze verzekeren een educatieve begeleiding via afwisselende en aangepaste activiteiten, een optimale psychologische, sociale en therapeutische begeleiding die aan de individuele behoeften van de gehandicapte personen aangepast is en die voorziet in de sociale, burgerlijke of culturele integratie of in de ontplooiing van de persoon.

    HOOFDSTUK III. - Erkenning van de diensten

    Afdeling 1. - Principeakkoord

    Art. 1369/10. Het verzoek om beginselakkoord wordt door de beheerder bij het Agentschap ingediend. Het gaat vergezeld van:

  13. een dienstproject alsook de wijze waarop de individuele projecten uitgewerkt en opgevolgd worden, opgemaakt op grond van respectievelijk het basismodel bedoeld in bijlage 117/3 en de bepalingen van artikel 1369/39;

  14. een huishoudelijk reglement met minimum de in bijlage 117/2 bedoelde elementen;

  15. een model van opvangovereenkomst met minimum de in bijlage 117/5 bedoelde elementen;

  16. een nota met vermelding van het soort of de soorten handicap van de personen voor wie een zorgaanbod wordt gemaakt alsook hun geslacht en hun leeftijd;

  17. het ondernemingsnummer van de beheerder.

    Art. 1369/11. Binnen dertig dagen na verzending van de aanvraag richt het Agentschap aan de aanvrager een bericht van ontvangst van het dossier. Als het dossier niet volledig is, verwittigt het Agentschap de aanvrager en wijst het hem op de ontbrekende stukken.

    Art. 1369/12. Wanneer het dossier volledig is, behandelt het Agentschap de aanvraag binnen een termijn van zes maanden.

    Art. 1369/13. Het principeakkoord past in het kader van de eerbiediging van de programmering van de diensten op het Waalse grondgebied zodat het aantal plaatsen erkend door het Agentschap op het grondgebied van een gemeente niet hoger is dan 5 % van haar bevolking.

    Afdeling 2. - Erkenningsaanvraag

    Art. 1369/14. De erkenningsaanvraag mag slechts ingediend worden indien de beheerder voor zijn project houder is van een principeakkoord dat naar gelang van afdeling 1 door het Agentschap wordt toegekend.

    Art. 1369/15. De erkenningsaanvraag wordt door de beheerder bij het Agentschap ingediend. Ze gaat vergezeld van:

  18. de identiteit van de directeur van de dienst, een eensluidend afschrift van zijn diploma's;

  19. het uittreksel uit het strafregister van de directeur zoals bedoeld in artikel 1369/7, 11°, van minder dan drie maanden geleden en vrij van veroordelingen tot correctionele straffen die onverenigbaar zijn met het ambt, of tot criminele straffen;

  20. de schriftelijke delegatie van bevoegdheden zoals bedoeld in artikel 1369/5;

  21. behalve voor de projecten betreffende het zelfstandig leven in een privatieve woning bewoond door maximum 6 personen, een positief verslag afgegeven door een "dienst raad inzake toegankelijkheid" erkend door het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of het Vlaamse Gewest, waarbij bevestigd wordt dat de gebouwen toegankelijk en aanpasbaar zijn. Bovendien voldoen de verzoekende diensten aan de in bijlage 117/8 bedoelde specifieke normen;

  22. behalve voor de projecten betreffende het zelfstandig leven in een privatieve woning bewoond door maximum 6 personen, een verslag van een gemeentelijke of regionale brandbestrijdingsdienst waarbij bevestigd wordt dat alle voorzorgsmaatregelen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT