31 AUGUSTUS 2021. - Wet houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en de Republiek Servië betreffende de politiesamenwerking, opgesteld te Belgrado op 7 februari 2017 (1) (2)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2. Het Verdrag tussen het Koninkrijk België en de Republiek Servië betreffende de politiesamenwerking, opgesteld te Belgrado op 7 februari 2017, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 31 augustus 2021.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

S. WILMES

De Minister van Justitie,

V. VAN QUICKENBORNE

De Minister van Binnenlandse Zaken,

A. VERLINDEN

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

V. VAN QUICKENBORNE

_______

Nota

(1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be):

Stukken: 55-2015.

Integraal verslag: 30/06/2021.

(2) Datum inwerkingtreding: 01/11/2021

VERDRAG TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN DE REPUBLIEK SERVIE BETREFFENDE DE POLITIESAMENWERKING

HET KONINKRIJK BELGIE EN DE REPUBLIEK SERVIE HIERNA TE NOEMEN DE "VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN",

ERNAAR STREVEND om de vriendschappelijke betrekkingen en de samenwerking tussen de Verdragsluitende Partijen te bevorderen, en in het bijzonder de gezamenlijke wil tot versterking van de politiesamenwerking tussen beiden in aanmerking te nemen;

ZICH BEWUST ZIJNDE van het feit dat de internationale georganiseerde criminaliteit en het terrorisme een ernstige bedreiging vormen voor de sociaaleconomische ontwikkeling van de Verdragsluitende Partijen alsook voor hun openbare veiligheid;

OVERWEGENDE dat de bestrijding van het illegaal reizen naar en vanuit het grondgebied van de Verdragsluitende Partijen en van de onregelmatige migratie, alsook de eliminatie van de georganiseerde netwerken die betrokken zijn bij deze onwettige handelingen deel uitmaken van de taken van de Regeringen en Parlementen van de Verdragsluitende Partijen;

ERVAN OVERTUIGD dat een effectieve bilaterale samenwerking de doelstellingen inzake de bestrijding van criminaliteit bepaald door de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Partijen helpt bereiken;

WENSENDE een mechanisme voor bilaterale politiesamenwerking te ontwikkelen, alsook de specifieke maatregelen die worden gebruikt voor dat doel;

GELEID door de principes van gelijkwaardigheid en wederzijds voordeel;

GELEID door het geldende recht op het grondgebied van de respectievelijke Verdragsluitende Partijen en in overeenstemming met de internationale verplichtingen van hun Regeringen en Instellingen, in het bijzonder het Europees Verdrag van 4 november 1950 tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden en zijn Protocollen alsook het Verdrag van de Raad van Europa van 28 januari 1981 tot bescherming van personen ten opzichte van de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens (ETS 108) en het Aanvullend Protocol bij het Verdrag van de Raad van Europa van 8 november 2001 tot bescherming van personen ten opzichte van de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens inzake toezichthoudende autoriteiten en grensoverschrijdende gegevensstromen (ETS 181);

ZIJN OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT:

DEFINITIES

ARTIKEL 1

In het kader van dit Verdrag, verstaat men onder:

1) bevoegde autoriteit: een openbare autoriteit van een Verdragsluitende Partij aan wie bepaalde taken zijn toevertrouwd betreffende de bestrijding van criminaliteit en die door die Verdragsluitende Partij is aangesteld om de bepalingen van dit Verdrag uit te voeren zoals bepaald in artikel 5 van dit Verdrag;

2) functionaris: een vertegenwoordiger van een bevoegde autoriteit;

3) verbindingsofficier: een functionaris van een van de Verdragsluitende Partijen die is aangesteld om zijn of haar land te vertegenwoordigen bij de andere Verdragsluitende Partij;

4) informatie: alle gegevens over natuurlijke personen of rechtspersonen, informatie over gebeurtenissen, omstandigheden en kenmerken alsook alle andere gegevens die nodig zijn om dit Verdrag uit te voeren;

5) persoonsgegevens: alle informatie betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare persoon;

6) verwerking van persoonsgegevens: elke operatie of elk geheel van operaties uitgevoerd op persoonsgegevens, al dan niet met behulp van geautomatiseerde procédés;

7) mensenhandel: de misdrijven, opgesomd in artikel 3, paragraaf (a) van het Aanvullend Protocol van de Verenigde Naties van 15 november 2000 inzake de preventie, bestrijding en bestraffing van mensenhandel, in het bijzonder vrouwenhandel en kinderhandel, bij het Verdrag van de Verenigde Naties tegen transnationale georganiseerde misdaad;

8) mensensmokkel: de misdrijven, opgesomd in artikel 3 van het Aanvullend Protocol van de Verenigde Naties van 15 november 2000 tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, bij het Verdrag van de Verenigde Naties tegen transnationale georganiseerde misdaad;

9) seksuele exploitatie van kinderen: de misdrijven, opgesomd in artikel 34 van het Verdrag van de Verenigde Naties van 20 november 1989 inzake de Rechten van het Kind, in het bijzonder de productie, verkoop en distributie van of enige andere vorm van handel in pornografisch materiaal waarbij kinderen betrokken zijn, en het bezit van dit materiaal voor persoonlijk gebruik;

10) criminaliteit in verband met nucleair en radioactief materiaal: de misdrijven, opgesomd in artikel 7, paragraaf 1 van het Verdrag van de Verenigde Naties van 3 maart 1980 inzake de fysieke bescherming van nucleair materiaal, ondertekend in Wenen en in New York;

11) witwassen van geld: de misdrijven, opgesomd in artikel 9, paragrafen 1 tot 3 van het Verdrag van de Raad van Europa van 16 mei 2005 inzake het witwassen, de opsporing, de inbeslagneming en de confiscatie van opbrengsten van misdrijven en terrorismefinanciering, ondertekend in Warschau;

12) georganiseerde criminaliteit: elk misdrijf dat valt onder transnationale georganiseerde misdaad zoals bepaald in het Verdrag van de Verenigde Naties van 15 november 2000 tegen transnationale georganiseerde misdaad;

13) verdovende middelen: alle substanties, zowel plantaardige als synthetische, die voorkomen in Tabel I en Tabel II van het Enkelvoudig Verdrag van de Verenigde Naties van 30 maart 1961 inzake verdovende middelen, opgemaakt te New York, of die voorkomen in de toepasselijke bepalingen van enig navolgend verdrag dat de lijst van verdovende middelen uitbreidt en waartoe de Verdragsluitende Partijen toetreden;

14) psychotrope stoffen: alle substanties, zowel plantaardige als synthetische, of alle natuurlijk producten vermeld in Tabel I, II, III of IV van het Verdrag van de Verenigde Naties van 21 februari 1971 inzake psychotrope...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT