30 JULI 2018. - Koninklijk besluit betreffende elementen van een nucleaire installatie bestemd voor de industriële productie van elektriciteit die dienen voor de transmissie van elektriciteit en onderworpen zijn aan de controle van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Wij hebben de eer aan Uwe Majesteit een Koninklijk Besluit betreffende de kritieke infrastructuren onderworpen aan de controle van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle ter ondertekening voor te leggen.

Dit besluit beoogt de uitvoering van de bepalingen van de wet van 1 juli 2011 betreffende de controles op de kritieke infrastructuren bedoeld in artikel 30 van bovengenoemde wet, dat artikel 15bis invoegt in de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.

Dit artikel breidt de bevoegdheden van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (hierna : het Agentschap) uit tot de controles van de toepassing van de bepalingen van de wet van 1 juli 2011 op "de elementen" van een nucleaire installatie "bestemd voor de industriële productie van elektriciteit" "die dienen voor de transmissie van de elektriciteit en die werden aangeduid als kritieke infrastructuur krachtens" bovengenoemde wet.

Deze bepaling wordt gerechtvaardigd door het feit dat de nucleaire installaties reeds gecontroleerd worden door het Agentschap binnen de grenzen vastgesteld bij de wet van 15 april 1994 en zijn uitvoeringsbesluiten. Hoewel er al verschillende jaren controles bestaan door nucleaire deskundigen, is het opportuner en doeltreffender gebleken om de controle van de naleving van de verplichtingen door de exploitanten van de kritieke infrastructuren zoals bedoeld in artikel 15bis inzake de beveiliging van de zogenaamde kritieke infrastructuren toe te vertrouwen aan het Agentschap in plaats van een nieuwe staf van deskundigen te moeten samenstellen met eveneens een uitgebreide kennis van nucleaire installaties en van hun fysieke bescherming waarvan de fundamenten geregeld worden door een andere regelgeving.

Het feit dat alle controles uitgevoerd worden door dezelfde entiteit garandeert aan de exploitanten van de kritieke infrastructuren zoals bedoeld in artikel 15bis een grotere rechtszekerheid. Op die manier hoeven sommige maatregelen, bedoeld om kwaadwillige handelingen die schadelijk zijn voor de verschillende componenten van de installatie te voorkomen, te vertragen en in voorkomend geval, erop te reageren, niet door twee verschillende inspecties gecontroleerd te worden. Op die manier is het risico onbestaande dat er verschillende en zelfs tegenstrijdige benaderingen en eisen ontwikkeld worden.

Daarnaast, en in de exacte mate waarin de exploitant van de nucleaire installatie betrokken is bij de beveiliging van de kritieke infrastructuur, kan hij zowel op administratief als op technisch vlak de aspecten van de beveiliging van de kritieke installatie waarvoor hij verantwoordelijk is beter integreren in het algemene beveiligingssysteem van de nucleaire installatie. Dit is zeer belangrijk in het kader van de uitwerking van de basisbedreiging voor de installatie in haar geheel en in het kader van de uitwerking van oefeningen voor de evaluatie van de doeltreffendheid van het beschermingssysteem die de regelgeving oplegt.

De identificatie van de betreffende kritieke infrastructuren en de bepaling van het toepassingsgebied ratione personae van het ontwerp van Koninklijk Besluit werden uitgebreid besproken en er werd hierover verregaand advies ingewonnen. Het is met name gebleken dat voor bepaalde elementen van de betreffende kritieke infrastructuren, de natuurlijke of rechtspersoon verantwoordelijk voor de investeringen of het beheer niet dezelfde natuurlijke of rechtspersoon was die verantwoordelijk was voor de investeringen of het beheer van andere elementen van dezelfde kritieke infrastructuur; deze de facto situatie vloeit voort uit de omzetting in België van de Europese richtlijnen betreffende de liberalisering van de elektriciteitsmarkt. Dit is de reden waarom, in dit geval, de verplichtingen voor de exploitanten van een of meerdere bestanddelen van de kritieke groep gezamenlijk en zo geïntegreerd moeten worden nagekomen. Het feit dat er meerdere exploitanten zijn, zou niet in tegenspraak met de technische uniciteit van de kritieke groep mogen zijn (we onderstrepen met name dat het kritieke karakter net voortvloeit uit het effect van het geheel en de onderlinge afhankelijkheid van de bestanddelen van de kritieke infrastructuur).

Daarom wordt er, in geval van meerdere exploitanten, voorzien dat de meeste verplichtingen die op hen, krachtens de wet van 1 juli 2011 en het huidig koninklijk besluit rusten, gezamenlijk of gecoördineerd moeten worden nagekomen, dit om elke overlapping, lacune, of tegenstrijdigheid te vermijden die nadelig zou kunnen zijn voor de beveiliging en de bescherming van de kritieke groep.

Het spreekt voor zich dat deze oplossing tot stand is gekomen in overeenstemming met de bepalingen van de wet van 4 mei 1999 tot invoering van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van rechtspersonen.

Uit deze beginselen vloeit met name voort dat, wanneer de betreffende kritieke infrastructuur, in het onderhavige ontwerp " kritieke groep " genaamd, bestaat uit een veelheid van elementen die door verschillende natuurlijke of rechtspersonen worden uitgebaat, het beveiligingsplan van de exploitant (hierna genoemd B.P.E.) aan het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle moet worden voorgelegd in de vorm van één enkel document, opgesteld door de verschillende betrokken natuurlijke en rechtspersonen samen (zie de toelichting bij artikel 3).

Het staat de exploitanten van de verschillende elementen van de kritieke groep vrij om zich, naar eigen goeddunken, te organiseren om aan de verplichtingen van de wet van 1 juli 2011 en het ontwerp van koninklijk besluit te voldoen, door bijvoorbeeld een samenwerkingsakkoord af te sluiten.

Er werd strikt rekening gehouden met het advies van de Raad van State (advies nr. 62741/3 van 23 februari 2018); dit ontwerp wijkt hiervan evenwel af voor wat artikel 9 betreft, omwille van de redenen opgenomen in de toelichting bij dit artikel.

Toelichting bij de artikelen

Artikel 1

Van de in dit artikel vermelde definities verdient de definitie van "kritieke groep" bijzondere aandacht omdat zij onrechtstreeks het toepassingsgebied van het Koninklijk Besluit verduidelijkt. De nucleaire installaties in hun geheel vallen niet onder de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren omdat ze onderworpen zijn aan andere regelgevingen. Het onderhavige Koninklijk Besluit heeft bijgevolg alleen betrekking op de elementen van een nucleaire installatie bestemd voor de industriële productie van elektriciteit die dienen voor de transmissie van de elektriciteit en die als kritieke infrastructuur, overeenkomstig artikelen 7 en 8 van de wet van 1 juli 2011, werden aangeduid. Enkel het geheel van deze elementen wordt in de tekst met de term "kritieke groep" aangeduid.

Betreffende het toepassingsgebied ratione loci van het Koninklijk Besluit en aangezien artikel 7 van de wet van 1 juli 2011 bepaalt dat de sectorale overheid de kritieke infrastructuren aanduidt, werd er beslist dat de bestanddelen van de kritieke groep, ongeacht of ze zich binnen de gebouwen van de nucleaire installatie bevinden, of eraan grenzen, of zich zelfs op enige afstand ervan bevinden, zich niet buiten de grenzen van het terrein (cf. bij bovengenoemde aanduiding bijgevoegd plan) van de exploitant kunnen bevinden in de zin van artikel 3, 10) van de wet van 1 juli...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT