30 JULI 2018. - Koninklijk besluit tot bepaling van de regels met betrekking tot medische onderzoeken en bedrijfspsychologische onderzoeken voor treinbestuurders en van de criteria voor erkenning van centra belast met deze onderzoeken

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Spoorcodex, artikel 127, vierde, vijfde en zesde lid, artikel 141, § 2, en artikel 151, 5° en 6° ;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 juni 2011 tot bepaling van de regels met betrekking tot medische onderzoeken en bedrijfspsychologische onderzoeken voor treinbestuurders en treinbegeleiders en van de criteria voor erkenning van personen en centra belast met deze onderzoeken;

Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;

Gelet op het advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 17 januari 2018, met toepassing van artikel 152 van de Spoorcodex;

Gelet op advies nr. 63.559/4 van de Raad van State, gegeven op 18 juni 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat in zijn advies met betrekking tot artikel 16, § 1, tweede lid, de Raad van State oordeelt dat de bepaling volgens dewelke het centrum zelf in een interne herzieningsprocedure moet voorzien, neerkomt op het toekennen van een reglementaire bevoegdheid aan een openbare instelling of organen ervan wat moeilijk verenigbaar is met de algemene principes van het Belgische publiek recht aangezien daardoor geraakt wordt aan het beginsel van de eenheid van de verordenende macht en ter zake iedere rechtstreekse parlementaire controle ontbreekt. De Raad laat opmerken dat het mechanisme nog meer ter discussie staat omdat het gaat om een delegatie aan een centrum dat ook een privépersoon kan zijn;

Overwegende dat het advies van de Raad van State aangaande artikel 16, § 1, tweede lid, niet gevolgd wordt omdat het hier niet gaat om het toekennen van een reglementaire bevoegdheid aan centra die enkel gehouden zijn om zelf te voorzien in een interne herzieningsprocedure met betrekking tot hun eigen medische en psychologische onderzoeken. De Koning kan in het kader van zijn bevoegdheden nadere regels bepalen die voorzien dat een herzieningsmechanisme moet worden aangenomen en hij kan het aan het centrum overlaten om te bepalen op welke wijze deze herziening dient te worden uitgewerkt op dezelfde wijze als zij andere interne procedures instelt, rekening houdend met de wijze waarop zij functioneert. De verplichting voor het centrum om in zo'n procedure te voorzien, is overigens opgenomen in artikel 13, § 2, van het koninklijk besluit van 22 juni 2011 dat door dit besluit gewijzigd wordt, wat nooit betwist werd;

Op de voordracht van de Minister van Mobiliteit,

HOOFDSTUK 1. - Algemeen

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen.

Art. 2. Dit besluit is van toepassing op de treinbestuurders bedoeld in titel 5, hoofdstuk 1, van de Spoorcodex.

Art. 3. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. centrum : een natuurlijke persoon of een rechtspersoon erkend op grond van dit besluit, die onderzoeken mag uitvoeren of laten uitvoeren onder zijn verantwoordelijkheid;

  2. kandidaat : de kandidaat-treinbestuurder of de treinbestuurder die een medisch of bedrijfspsychologisch onderzoek ondergaat;

  3. aanvrager: een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die een aanvraag doet om als centrum erkend te worden;

  4. arts : de geneeskundige die aan de voorwaarden van dit besluit voldoet om het medisch onderzoek te...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT