3 DECEMBER 2017. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van het model van de legitimatiekaart bedoeld in artikel 24, paragraaf 3, van de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren, voor de sector elektronische communicatie

Raad van State, afdeling Wetgeving

Advies 62.196/4 van 23 oktober 2017 over een ontwerp van koninklijk besluit `houdende vaststelling van het model van de legitimatiekaart bedoeld in artikel 24, paragraaf 3, van de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren, voor de sector elektronische communicatie'

Op 26 september 2017 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-Eerste Minister en Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk `besluit houdende vaststelling van het model van de legitimatiekaart bedoeld in artikel 24, paragraaf 3, van de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren, voor de sector elektronische communicatie'.

Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 23 oktober 2017. De kamer was samengesteld uit Pierre Liénardy, kamervoorzitter, Martine Baguet en Bernard Blero, staatsraden, Sébastien Van Drooghenbroeck en Marianne Dony, assessoren, en Anne-Catherine Van Geersdaele, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Anne Vagman, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Martine Baguet.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 23 oktober 2017.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving, overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Onderzoek van het ontwerp

Aanhef

Er dient een nieuw vierde lid te worden ingevoegd, gesteld als volgt:

"Gelet op advies 62.196/4 van de Raad van State, gegeven op 23 oktober 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;".

Dispositief

Artikel 1

In het tweede lid dient naar de juiste standaard te worden verwezen, namelijk "ISO 7810" in plaats van "ISO 7816".

Artikel 2

Uit artikel 2 blijkt dat het besluit onmiddellijk in werking treedt op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT