29 MAART 2024. - Decreet over het vervoer van koolstofdioxide via pijpleidingen in het Vlaamse Gewest (1)
Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt:
Decreet over het vervoer van koolstofdioxide via pijpleidingen in het Vlaamse Gewest
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.
Art. 2. Dit decreet voorziet in de gedeeltelijke omzetting van volgende richtlijnen:
-
richtlijn 2009/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de geologische opslag van kooldioxide en tot wijziging van Richtlijn 85/337/EEG van de Raad, de Richtlijnen 2000/60/EG, 2001/80/EG, 2004/35/EG, 2006/12/EG en 2008/1/EG en Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad;
-
richtlijn 2023/959/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een systeem voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Unie en Besluit (EU) 2015/1814 betreffende de instelling en de werking van een marktstabiliteitsreserve voor de EU-regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten.
Art. 3. In dit decreet wordt verstaan onder:
-
afnamepunt: punt waar koolstofdioxide van de lokale cluster, het vervoersnetwerk, het gesloten industrieel net voor koolstofdioxide of de directe leiding wordt afgenomen;
-
beheerder van een lokale cluster: de rechtspersoon die een lokale cluster beheert en wordt aangewezen conform artikel 9;
-
beheerder van een gesloten industrieel net voor koolstofdioxide: de rechtspersoon die een gesloten industrieel net voor koolstofdioxide beheert;
-
beheerder van een terminal voor vloeibaarmaking: de rechtspersoon die een terminal voor vloeibaarmaking beheert;
-
beheerder van het vervoersnetwerk: de rechtspersoon die het vervoersnetwerk beheert en wordt aangewezen conform artikel 29;
-
beveiligde zending: een van de volgende betekeningswijzen:
-
een aangetekende brief;
-
een afgifte tegen ontvangstbewijs;
-
een digitale zending waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld;
-
-
broeikasgasvergunning: de vergunning, vermeld in artikel 4 van richtlijn 2003/87/EG van de Raad en het Europees Parlement van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een systeem voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Unie en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad, zoals gewijzigd;
-
directe leiding:
-
een pijpleiding, met inbegrip van bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, voor het vervoer van koolstofdioxide dat is geproduceerd door niet meer dan één producent, die deze rechtstreeks verbindt met niet meer dan één locatie voor verbruik;
-
een pijpleiding, met inbegrip van bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, voor het vervoer van koolstofdioxide dat is geproduceerd door niet meer dan één producent die deze rechtstreeks verbindt met niet meer dan één terminal voor vloeibaarmaking;
-
-
ETS-activiteit: een activiteit als vermeld in bijlage I van richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad, met uitzondering van de categorie vervoer van broeikasgassen met het oog op geologische opslag op een opslaglocatie waarvoor krachtens Richtlijn 2009/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de geologische opslag van kooldioxide en tot wijziging van Richtlijn 85/337/EEG van de Raad, de Richtlijnen 2000/60/EG, 2001/80/EG, 2004/35/EG, 2006/12/EG en 2008/1/EG en Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad een opslagvergunning is verleend;
-
netgebruiker: een producent of verbruiker aangesloten op een lokale cluster, het vervoersnetwerk, een terminal voor vloeibaarmaking of een gesloten industrieel net voor koolstofdioxide;
-
geologische opslag: de opslag van koolstofdioxide door het injecteren van koolstofdioxidestromen in geologische formaties in de diepe ondergrond als vermeld in het decreet van 8 mei 2009 betreffende de diepe ondergrond, of in de regelgeving van andere gewesten of andere lidstaten van de Europese Economische Ruimte en het Verenigd Koninkrijk, conform richtlijn 2009/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de geologische opslag van kooldioxide en tot wijziging van Richtlijn 85/337/EEG van de Raad, de Richtlijnen 2000/60/EG, 2001/80/EG, 2004/35/EG, 2006/12/EG en 2008/1/EG en Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad;
-
gesloten industrieel net voor koolstofdioxide: een pijpleiding die of netwerk van pijpleidingen, met inbegrip van bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, dat in de eerste plaats bestemd is om koolstofdioxide uit te wisselen tussen een beperkt aantal installaties van producenten en verbruikers binnen een geografisch afgebakende industriële locatie in het Vlaamse Gewest en dat om specifieke technische eisen of veiligheidseisen voorziet in een geïntegreerde exploitatie of een geïntegreerd productieproces waarbij koolstofdioxide wordt geproduceerd en gebruikt of verwerkt door de verschillende netgebruikers;
-
injectiepunt: punt waar koolstofdioxide in een lokale cluster, het vervoersnetwerk, het gesloten industrieel net of een directe leiding wordt geïnjecteerd;
-
koolstofdioxide: een anorganische chemische verbinding van koolstof en zuurstof, met als brutoformule CO2;
-
koolstofdioxidestroom: een stroom stoffen die resulteert uit het afvangen van koolstofdioxide;
-
lokale cluster: een pijpleiding die of een netwerk van pijpleidingen, met inbegrip van bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, dat wordt beheerd door de beheerder van de lokale cluster en waarlangs koolstofdioxide van minstens twee producenten die zich allen bevinden binnen een aaneensluitend geografisch afgebakend gebied, wordt vervoerd;
-
locatie voor verbruik: een plaats waar afgevangen koolstofdioxide verbruikt wordt in chemische of industriële processen om er nuttige stoffen of producten met een economische waarde van te maken;
-
met de beheerder verbonden vennootschappen:
-
de vennootschappen waarover de beheerder een controlebevoegdheid uitoefent;
-
de vennootschappen die een controlebevoegdheid over de beheerder uitoefenen;
-
de vennootschappen waarmee de beheerder een consortium als vermeld in artikel 1:19 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vormt;
-
de andere vennootschappen die, bij weten van het bestuursorgaan van de beheerder, onder de controle staan van de vennootschappen, vermeld in punt a), b) en c);
-
-
minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het klimaat;
-
producent: een exploitant van een installatie die koolstofdioxide afvangt;
-
terminal voor vloeibaarmaking: de infrastructuur waar koolstofdioxide dat is geproduceerd door minstens twee producenten, vloeibaar wordt gemaakt met het oog op het vervoer of de verscheping ervan naar een opslaglocatie of naar een locatie voor verbruik;
-
technisch reglement: de technische en operationele regels die verbonden zijn aan het beheer van een lokale cluster of het vervoersnetwerk, inclusief de regels inzake aansluiting, meting en toegang;
-
tijdelijke opslaglocatie: een omschreven volume dat gebruikt wordt voor de tijdelijke opslag van koolstofdioxide, en de bijbehorende bovengrondse voorzieningen en injectiefaciliteiten;
-
toegang: de mogelijkheid tot injectie of afname van koolstofdioxide op een of meer toegangspunten, met inbegrip van het gebruik van de pijpleidingen, aansluitingsinstallaties en ondersteunende diensten;
-
toegangspunt: afnamepunt of injectiepunt;
-
vervoer van koolstofdioxide: het vervoer van koolstofdioxide via een pijpleiding of een netwerk van pijpleidingen;
-
vervoersnetwerk: de pijpleiding of het netwerk van pijpleidingen, met inbegrip van bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties maar met uitsluiting van de lokale clusters, de gesloten netten voor koolstofdioxide en de directe leidingen, voor het vervoer van koolstofdioxide en dat wordt beheerd door de beheerder van het vervoersnetwerk;
-
vervoersinstallatie voor koolstofdioxide: een technische eenheid waarin de activiteit vervoer van broeikasgassen met het oog op geologische opslag op een opslaglocatie waarvoor krachtens richtlijn 2009/31/EG een vergunning is verleend als vermeld in bijlage I van richtlijn 2003/87/EG, plaatsvindt, alsook andere, daarmee rechtstreeks samenhangende activiteiten, plaatsvinden die technisch in verband staan met de op die plaats ten uitvoer gebrachte activiteiten en gevolgen kunnen hebben voor de emissies en de verontreiniging, met uitzondering van de BKG-installaties, vermeld in artikel 8.1.2, 2°, van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid;
-
vervoersonderneming voor koolstofdioxide: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een vervoersinstallatie voor koolstofdioxide uitbaat;
-
VEKA: het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap, vermeld in titel II van het Energiebesluit van 19 november 2010;
-
verbruiker: de exploitant van een locatie voor verbruik;
-
VREG: de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt, vermeld in titel III, hoofdstuk I, van het decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid van 8 mei 2009.
Art. 4. Met uitzondering van artikel 80 tot en met 83 is dit decreet niet van toepassing op het vervoer van koolstofdioxide via pijpleidingen van een producent of verbruiker gelegen op de bedrijfssite van die producent of verbruiker.
Met uitzondering van artikel 83 is dit decreet niet van toepassing op terminals voor vloeibaarmaking waarvan de activiteiten beperkt zijn tot vloeibaarmaking van koolstofdioxide met het oog op verbruik.
Met uitzondering van artikel 80 tot en met 83 is dit decreet niet van toepassing op pijpleidingen voor het vervoer van koolstofdioxide waarvoor de omgevingsvergunning werd verleend voor de datum van de bekendmaking van dit decreet.
HOOFDSTUK 2. - Regulator voor de markt voor het...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI