29 JULI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de inhoud en de vorm van het standaardformulier van omstandige geneeskundige verklaring ter uitvoering van artikel 1241, § 1, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, beoogt de herziening van het model van omstandige geneeskundige verklaring waarvan sprake is in artikel 1241 van het Gerechtelijk Wetboek alsook de herziening van de artsen die gerechtigd zijn om die verklaring op stellen.

Oorspronkelijk beperkte het ontwerp van koninklijk besluit zich tot het vervangen van de bijlage bij het koninklijk besluit van 31 augustus 2014 tot vaststelling van de inhoud en de vorm van het standaardformulier van omstandige geneeskundige verklaring ter uitvoering van artikel 1241, 2e en 3e lid, van het Gerechtelijk Wetboek. Als gevolg van het advies van de Raad van State is de wettelijke basis van het model van omstandige geneeskundige verklaring (voortaan artikel 1241, § 1, eerste lid van het Gerechtelijk Wetboek) opgenomen in de titel van het koninklijk besluit.

Daarnaast wordt er opgemerkt dat, in tegenstelling tot wat bepaald was in het koninklijk besluit van 31 augustus 2014, deze verklaring niet meer mag worden opgesteld door de arts van de betrokkene (behalve tijdens de overgangsperiode). Ze moet nu opgesteld worden door een erkende arts of een psychiater, overeenkomstig artikel 1241, § 1, eerste lid van het Gerechtelijk Wetboek (zie infra). Deze nieuwe regel is opgenomen in het ontwerp van koninklijk besluit.

Om die redenen werd het voornoemd koninklijk besluit van 31 augustus 2014 opgeheven en vervangen door een nieuw koninklijk besluit gebaseerd op de nieuwe wettelijke basis, ook al werd de oorspronkelijke tekst niet ten gronde gewijzigd.

Volgens artikel 1241 van het Gerechtelijk Wetboek moet die verklaring worden voorgelegd wanneer een verzoek om een maatregel tot rechterlijke bescherming van een persoon een mogelijke weerslag heeft op diens bekwaamheid in de zin van artikel 491, e), van het Burgerlijk Wetboek.

Volgens artikel 491, e), van het Burgerlijk Wetboek wordt onder 'bekwaamheid' de bevoegdheid verstaan om rechten en plichten zelf en zelfstandig uit te oefenen. Er moet worden opgemerkt dat een voorafgaande toestemming voor het stellen van een handeling een maatregel is die een mogelijke weerslag heeft op de bekwaamheid van de persoon.

In artikel 1241 van het Gerechtelijk Wetboek wordt de inhoud van die omstandige geneeskundige verklaring uitvoerig beschreven en wordt de Koning gemachtigd om de inhoud ervan vast te stellen. Het koninklijk besluit van 31 augustus...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT