29 FEBRUARI 2024. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het zaakverdelingsreglement van de arbeidsrechtbank te Antwerpen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.Gelet op de Grondwet, artikel 108;Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 186, § 1, tweede, derde, en zevende lid, ingevoegd bij de wet van 1 december 2013 en gewijzigd bij de wet van 26 december 2022;Gelet op het koninklijk besluit van 14 maart 2014 betreffende de verdeling van de arbeidshoven, de rechtbanken van eerste aanleg, de arbeidsrechtbanken, de ondernemingsrechtbanken en de politierechtbanken in afdelingen;Gelet op het voorstel van de voorzitter van de arbeidsrechtbank te Antwerpen;Gelet op de adviezen van de arbeidsauditeur bij het arbeidsauditoraat te Antwerpen, van de hoofdgriffier bij de arbeidsrechtbank te Antwerpen en van de stafhouders van de ordes van advocaten van het rechtsgebied Antwerpen; Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 oktober 2023;Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 22 november 2023;Gelet op de adviesaanvraag aan de Raad van State binnen een termijn van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;Overwegende dat de adviesaanvraag is ingeschreven op 21 december 2023 op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 75.192/16;Gelet op de beslissing van de afdeling Wetgeving van 27 december 2023 om binnen de gevraagde termijn geen advies te verlenen, met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;Overwegende dat het zaakverdelingsreglement de territoriale bevoegdheid van een afdeling kan uitbreiden tot een deel of het geheel van het grondgebied van het arrondissement;Overwegende dat de Koning één of meerdere afdeling(en) exclusief bevoegd kan maken voor bepaalde categorieën van zaken of van procedures of bepaalde procedurefases, en erover dient te waken dat de toegang tot justitie en de kwaliteit van de dienstverlening gewaarborgd blijven;Overwegende dat de vorderingen of misdrijven die samenhangen met de vorderingen of misdrijven die op grond van artikel 186, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek uitsluitend tot de bevoegdheid van een bepaalde afdeling behoren, uitsluitend worden behandeld door deze afdeling...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT