28 MAART 2019. - Decreet houdende diverse maatregelen inzake taalbadonderwijs, examencommissies die het getuigschrift van grondige kennis van de taal van het taalbadonderwijs, het getuigschrift van kennis van de onderwijstaal uitreiken en de taalcommissies

Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

TITEL I. - Bepalingen tot wijziging van de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het onderwijs

Artikel 1. In de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het onderwijs, in artikel 13,

  1. wordt het eerste lid vervangen als volgt:

    Een onderwijsinstelling mag in haar bestuurs-, onderwijzend en administratief personeel alleen personen aanwerven die het bewijs hebben geleverd van hun grondige kennis van de onderwijstaal van de instelling of, in tweetalige instellingen, van de afdeling waarin zij worden aangesteld.

    ;

  2. in het tweede lid wordt het woord « levende » vervangen door het woord « moderne ».

    Art. 2. In dezelfde wet wordt artikel 15 vervangen als volgt:

    § 1. Een kandidaat levert het bewijs van een grondige kennis van een taal:

    1° indien hij in die taal het diploma heeft behaald dat aan zijn aanwerving ten grondslag ligt;

    2° of indien hij in die taal het getuigschrift van het hoger secundair onderwijs heeft behaald;

    3° of indien hij in die taal een diploma of een bekwaamheidsbewijs van de eerste of tweede cyclus van het hoger onderwijs heeft behaald;

    4° of indien hij in die taal een pedagogisch bekwaamheidsbewijs heeft behaald dat hem het recht geeft les te geven in het secundair onderwijs;

    5° of indien hij een getuigschrift voorlegt waaruit blijkt dat hij erin geslaagd is voor de gronde kennis van deze taal die hij vóór een examencommissie die daartoe bij decreet is ingesteld afgelegd heeft.

    § 2. Een kandidaat levert het bewijs van een voldoende kennis van een taal:

    1° indien het diploma waarvoor hij is aangeworven, dit vermeldt;

    2° of indien hij in die taal een bekwaamheidsbewijs, getuigschrift of diploma heeft behaald waaruit zijn grondige kennis van die taal blijkt ;

    3° of indien hij een getuigschrift voorlegt waaruit blijkt dat hij erin geslaagd is voor de voldoende kennis van deze taal die hij voor een bij decreet opgerichte examencommissie afgelegd heeft.

    .

    TITEL II. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 17 juli 2003 houdende algemene bepalingen betreffende het onderricht in een taal via onderdompeling en verschillende maatregelen inzake onderwijs

    Art. 3. In het decreet van 17 juli 2003 houdende algemene bepalingen betreffende het onderricht in een taal via onderdompeling en verschillende maatregelen inzake onderwijs, in artikel 1, wordt paragraaf 3 vervangen als volgt:

    § 3. Elke afdeling bestaat uit een secretaris, een voorzitter en, minstens, acht leden die een vereist bekwaamheidsbewijs of een voldoend geacht bekwaamheidsbewijs hebben om het ambt van het onderwijzend personeelslid dat belast is met het geven cursussen in het taalbadonderwijs uit te oefenen. De leden worden ertoe gemachtigd om les te geven in de taal van het taalonderwijs waarop het examen betrekking heeft.

    De voorzitter en zijn plaatsvervanger worden gekozen uit de ambtenaren van de diensten van de Regering van minstens rang 12.

    De secretaris is een leerkracht die gekozen wordt uit de leden van het onderwijzend personeel van het secundair onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, en die hiervoor een verlof wegens opdracht geniet. Hij wordt toegewezen aan de diensten van de Regering die belast zijn met het hoger onderwijs. Zijn plaatsvervanger wordt gekozen uit de ambtenaren van minstens niveau 2 van deze diensten.

    De helft van de leden wordt gekozen uit de personeelsleden van de officiële onderwijsinstellingen en de andere helft uit de personeelsleden van de gesubsidieerde vrije onderwijsinstellingen die in dienstactiviteit zijn, ter beschikking gesteld worden wegens persoonlijke redenen vóór het rustpensioen, of minder dan acht jaar met rustpensioen gesteld zijn.

    De Regering stelt de voorzitter en zijn plaatsvervanger, de plaatsvervangend secretaris evenals de leden van iedere afdeling voor een hernieuwbare periode van vier jaar, aan.

    De Regering stelt de secretaris voor een periode van twee jaar aan, die telkens met twee jaar kan worden verlengd.

    .

    Art. 4. In hetzelfde decreet, in artikel 1, § 5, wordt het tweede lid vervangen als volgt:

    worden geacht het bewijs te hebben geleverd van een grondige kennis van de taal van het taalbadonderwijs wat betreft de taal(en) vermeld op hun diploma en worden vrijgesteld van het examen voor die taal of talen(s):

    1° de houders van een masterdiploma in moderne talen en letteren, alsook elke variant van deze academische graad, zoals bepaald in artikel 2, § 1, 19°, van het decreet van 11 april 2014 tot regeling van de titels en functies in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd en gesubsidieerd basis- en secundair onderwijs, die bij hun koppelingen een van de onderdompelingstalen hebben zoals voorzien in het decreet van 11 mei 2007 betreffende het taalbadonderwijs;

    2° de houders van een masterdiploma in vertaling of vertolking, alsook elke variant van deze academische graden, zoals bepaald in artikel 2, § 1, 19°, van voormeld decreet van 11 april 2014, die in hun koppelingen een van de in voormeld decreet van 11 mei 2007 bedoelde onderdompelingstalen hebben;

    3° houders van een masterdiploma in het onderwijs afdeling 4: moderne talen, in één van de onderdompelingstalen voorzien in voormeld decreet van 11 mei 2007, zoals bedoeld in bijlage II bij het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies;

    4° houders van een masterdiploma met een specialisatie in het onderwijs afdeling 1, 2 of 3 met een taalkundige oriëntatie in het Nederlands, het Duits of het Engels, zoals bedoeld in bijlage II bij voornoemd besluit van 7 november 2013.

    .

    Art. 5. In hetzelfde decreet, in artikel 2, wordt paragraaf 1 vervangen als volgt:

    § 1. Voor de toepassing van artikel 16 van voormeld decreet van 11 april 2014 worden beschouwd als buitenlandse bekwaamheidsbewijzen die gelijkwaardig zijn aan die welke door de Franse Gemeenschap uitgereikt worden voor de ambten die worden uitgeoefend in het kader van een taalkundige onderdompeling, de buitenlandse diploma's of getuigschriften die uitgereikt worden aan het einde van een opleiding in het Nederlands, het Engels of het Duits:

    die het voorwerp zijn geweest van een beslissing betreffende de beroepserkenning van opleidingsbekwaamheidsbewijzen overeenkomstig het decreet van 19 oktober 2017 betreffende de erkenning van de beroepskwalificaties voor de uitoefening van ambten van het onderwijzend personeel in de inrichtingen voor voorschools, lager en secundair gewoon en gespecialiseerd onderwijs, kunstonderwijs, onderwijs voor sociale promotie en niet universitair hoger onderwijs, kunstsecundair onderwijs met beperkt leerplan van de Franse Gemeenschap, of van een eerdere wettelijke bepaling;

    die het voorwerp zijn geweest van een gelijkwaardigheid aan een bekwaamheidsbewijs voor de uitoefening van de ambten bedoeld, naar gelang van het geval, in de wet van 19 maart 1971 betreffende de gelijkwaardigheid van de buitenlandse diploma's en studiegetuigschriften of in het decreet van 5 september 1994 tot regeling van de universitaire studies en de academische graden of in het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten of in het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies ;

    ofwel het voorwerp zijn geweest van een besluit van de Regering dat de houder ertoe machtigt om een ambt uit te oefenen van het onderwijzend personeelslid dat belast is met de cursussen in het taalbadonderwijs.

    .

    Art. 6. In hetzelfde decreet, in artikel 3, § 2, punt 3, wordt het woord « academische » geschrapt.

    Art. 7. In hetzelfde decreet, in artikel 4bis, § 2, 1°, wordt het woord « bovenvermeld » ingevoegd vóór de woorden « decreet van 11 april 2014 ».

    Art. 8. In hetzelfde decreet, in artikel 4bis, § 2, wordt punt 2° vervangen als volgt:

    2° hetzij het buitenlandse bekwaamheidsbewijs uitgereikt in de taal van het taalbadonderwijs, dat het voorwerp is geweest van een beslissing tot gelijkwaardigheid aan het bekwaamheidsbewijs bedoeld in 1° van dit artikel met toepassing van het bovenvermelde decreet van 7 november 2013 of van een eerdere wettelijke bepaling of dat het voorwerp is geweest van een beslissing inzake de beroepserkenning van opleidingsbekwaamheidsbewijzen voor de uitoefening van het ambt met toepassing van het bovenvermelde decreet van 19 oktober 2017 of van een eerdere wettelijke bepaling ;

    .

    Art. 9. In hetzelfde decreet, in artikel 4bis, § 2, 3°, wordt het woord in de Franse tekst « baccalauréat » vervangen door het woord « bachelor ».

    Art. 10. In hetzelfde decreet, in artikel 4bis, § 3, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  3. in het tweede lid worden de woorden « twee keer » vervangen door de woorden « drie keer. » ;

  4. er wordt een lid toegevoegd na het tweede lid, luidend als volgt:

    De personeelsleden kunnen niet benoemd of aangesteld worden in vast verband zolang dat ze niet voldaan hebben aan de eisen inzake het gebruik van talen voorzien in paragraaf 1 van dit artikel.

    .

    TITEL III. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 3 februari 2006 betreffende de organisatie van de taalexamens

    Art. 11. In het decreet van 3 februari 2006...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT