27 SEPTEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, betreffende de wijziging en de coördinatie van het sectoraal pensioenstelsel (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, betreffende de wijziging en de coördinatie van het sectoraal pensioenstelsel.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 september 2020.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

N. MUYLLE

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Vertaling

Bijlage

Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen

Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2019

Wijziging en coördinatie van het sectoraal pensioenstelsel (Overeenkomst geregistreerd op 12 februari 2020 onder het nummer 157043/CO/102.01)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.

§ 2. Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de arbeiders en arbeidsters.

HOOFDSTUK II. - Algemeen verbindendheid

Art. 2. De partijen vragen de algemeen verbindendverklaring aan.

HOOFDSTUK III. - Voorwerp

Art. 3. Deze overeenkomst heeft tot voorwerp de wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 (registratienr. 103308/CO/102.01) betreffende het invoeren van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel en het desbetreffende pensioenreglement in uitvoering van artikel 56 van de collectieve overeenkomst van 8 juli 2009 betreffende de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de werklieden en werksters (geregistreerd op 12 november 2009 onder het nr. 95611/CO/102.01 - koninklijk besluit van 10 september 2010 - Belgisch Staatsblad van 14 oktober 2010).

HOOFDSTUK IV. - Aansluitingsvoorwaarden

Art. 4. Alle arbeiders bedoeld in artikel 1 die op 1 januari 2011 of op elke latere datum, verbonden zijn via een arbeidsovereenkomst, ongeacht de aard van deze overeenkomst, met de werkgevers die onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst vallen, worden ambtshalve aangesloten bij het sectoraal pensioenstelsel.

Vallen hier niet onder de arbeidscontracten afgesloten in het kader van een specifiek opleidingsprogramma, beroepsintegratie of beroepsreconversie, georganiseerd of ondersteund door de publieke instellingen, en de overeenkomsten voor tewerkstelling van studenten (die conform het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders niet onderworpen zijn aan de gewone sociale bijdragen, maar alleen aan de solidariteitsbijdrage).

Hierop geldt één uitzondering : de arbeiders die in dienst komen of blijven bij een werkgever na ingang van hun wettelijk pensioen, worden niet aangesloten bij het sectoraal pensioenstelsel. Deze uitzondering is niet van toepassing op de gepensioneerde arbeiders die op 1 januari 2016 reeds aangesloten waren bij het sectoraal pensioenstelsel, voor de verdere ononderbroken duur van hun arbeidsovereenkomst zoals van toepassing op 1 januari 2016.

HOOFDSTUK V. - Aanduiding van de inrichter

Art. 5. Het "Fonds 2de pijler PSC 102.01" van de sector van het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 is als inrichter van het sectoraal pensioenstelsel aangeduid.

HOOFDSTUK VI. - Aanduiding van de pensioeninstelling

Art. 6. Als pensioeninstelling die het sectoraal pensioenstelsel zal uitvoeren, wordt AXA Belgium N.V. met maatschappelijke zetel te 1000 Brussel, Troonplein 1 aangeduid.

De beheersregels van het sectoraal pensioenstelsel worden vastgelegd in een pensioenreglement dat als bijlage is opgenomen bij en integraal deel uitmaakt van de onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

HOOFDSTUK VII. - Toezichtscomité

Art. 7. Er is een toezichtscomité opgericht dat is samengesteld uit de effectieve leden van de raad van beheer van het ""Fonds 2de pijler PSC 102.01"" van de sector van het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.

Dit toezichtscomité ziet toe op de uitvoering van de pensioentoezegging en wordt in het bezit gesteld van het "transparantieverslag" bedoeld in artikel 7, § 1 en de "verklaring inzake de beleggingsbeginselen" bedoeld in artikel 7, § 2 van het pensioenreglement nog vóór de mededeling ervan aan de inrichter.

HOOFDSTUK VIII. - Bijdrage

Art. 8. § 1. De bijdrage aan het sectoraal pensioenstelsel bedraagt 1,0464 pct. van het bruto loon waarop inhoudingen voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid worden verricht, verminderd met 8 pct., en dit met ingang van 1 april 2011 (of 0,89 pct. van dit loon, na inhouding van de RSZ-bijdrage van 8,86 pct.).

§ 2. Bij de start van het pensioenstelsel werd een inhaalbijdrage bij de werkgevers geïnd van 1,0464 pct. van het bruto loon, waarop inhoudingen voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid worden verricht, verminderd met 8 pct. (of 0,89 pct. van dit loon, na inhouding van de RSZ-bijdrage van 8,86 pct.), van de jaren 2009-2010 en van het bruto loon van het eerste trimester van 2011 voor de periode vanaf 1 januari 2009 tot en met 31 maart 2011, en dit voor de arbeiders die aanwezig waren in de sector op 1 januari 2011.

§ 3. Deze bijdragen omvatten de eventuele taksen, alle administratieve kosten, inclusief alle kosten aangerekend door de pensioeninstelling en de inrichter en de RSZ-bijdrage voor aanvullende pensioenen.

§ 4. Deze bijdragen worden aangewend voor de financiering van de sectorale pensioentoezegging.

§ 5. Elke werkgever die onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst valt, is gehouden tot de betaling van deze bijdragen.

De bijdrage gedefinieerd in § 1 is vanaf 1 april 2011 als een specifieke bijdrage voor het aanvullend pensioen geïntegreerd in de globale bijdrage die driemaandelijks verschuldigd is aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid maakt de bijdrage voor het sectoraal pensioenstelsel over aan de inrichter.

De inhaalbijdrage gedefinieerd in § 2 wordt aan het "Fonds 2de pijler PSC 102.01" gestort door de werkgevers die onder toepassing vallen van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

Vervolgens maakt de inrichter 87,79 pct. van deze bijdragen over aan de pensioeninstelling voor de financiering van de aanvullende pensioentoezegging. Het saldo wordt gebruikt voor de werkingskosten van het "Fonds 2de pijler PSC 102.01" van de sector van het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen en voor de RSZ-bijdrage voor aanvullende pensioenen.

HOOFDSTUK IX. - Aanwending van het saldo van de Voorzorgskas voor de Hardsteenarbeiders van het Bekken van Soignies

Art. 9. Het saldo van de tegoeden afkomstig van de opheffing van de Voorzorgskas voor de Hardsteenarbeiders van het Bekken van Soignies, verminderd met het deel met betrekking tot de arbeiders uitgetreden vóór 1 januari 2011, wordt na de algemene vergadering tot afsluiting van het fonds naar de pensioeninstelling overgedragen en wordt aangewend voor de financiering van de sectorale pensioentoezegging.

Het wordt op de individuele rekening geplaatst van de aangeslotenen, onder arbeidscontract in de sector op 1 januari 2011, en dit in verhouding tot de maanden gepresteerd vóór 1 februari 2010 bij de werkgevers die eerder aangesloten waren bij de Voorzorgskas voor de Hardsteenarbeiders van het Bekken van Soignies en die onder toepassing vallen van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

Dit bedrag zal rechtstreeks door de vereffenaar van de voorzorgskas voor de hardsteenarbeiders gestort worden op het rekeningnummer dat meegedeeld zal worden door het "Fonds 2de pijler PSC 102.01".

HOOFDSTUK X. - Uitbetaling van de voordelen

Art. 10. § 1. De voordelen voortvloeiende uit het sectoraal pensioenstelsel worden verplicht uitbetaald bij de pensionering van de arbeider of overlijden van de arbeider vóór zijn pensionering, zoals voorzien in het als bijlage opgenomen pensioenreglement. De "pensionering" betekent de effectieve ingang van het wettelijk rustpensioen van de arbeider in het stelsel van de werknemers.

De pensioeninstelling wordt op de hoogte gebracht van de ingang van het wettelijk rustpensioen van de arbeider door de vzw Sigedis.

De uitgetreden arbeider heeft de mogelijkheid om in de volgende omstandigheden de vervroegde uitkering van zijn voordelen vóór zijn pensionering te vragen :

- Vanaf het moment dat hij voldoet aan de voorwaarden om zijn al dan niet vervroegd rustpensioen van loontrekkende te genieten;

- Indien hij in aanmerking komt voor de overgangsbepalingen voorzien door de WAP (voor arbeiders geboren in 1958 en ervoor, vanaf 60 jaar, voor arbeiders geboren in 1959, vanaf 61 jaar, voor arbeiders geboren in 1960, vanaf 62 jaar, voor arbeiders geboren in 1961, vanaf 63 jaar);

- Vanaf 60 jaar, indien hij ten vroegste op de leeftijd van 55 jaar ontslagen wordt...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT