27 SEPTEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 september 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de loonvoorwaarden in de gezinszorg en aanvullende thuiszorg ter uitvoering van het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord voor de non-profit/social-profitsector 2018-2020 (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 september 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de loonvoorwaarden in de gezinszorg en aanvullende thuiszorg ter uitvoering van het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord voor de non-profit/social-profitsector 2018-2020.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 september 2020.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

N. MUYLLE

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins-

en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap

Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 september 2019

Loonvoorwaarden in de gezinszorg en aanvullende thuiszorg ter uitvoering van het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord voor de non-profit/social-profitsector 2018-2020 (Overeenkomst geregistreerd op 24 oktober 2019 onder het nummer 154711/CO/318.02)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg van de Vlaamse Gemeenschap.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op het arbeiders- en bediendenpersoneel van de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg van de Vlaamse gemeenschap, inbegrepen de werknemers betaald uit de Sociale Maribel middelen en de werknemers tewerkgesteld in een GESCO-statuut, met uitzondering van de werknemers opgesomd in § 2.

§ 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op :

1) de doelgroepwerknemers, zoals gedefinieerd in het artikel 6 van het decreet van 22 november 2013 betreffende de lokale diensteneconomie (Belgisch Staatsblad van 7 januari 2014) die prestaties leveren in een sui generis-afdeling van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap waarvoor een erkenning lokale diensteneconomie is bekomen;

2) de werknemers die prestaties leveren in het kader van tewerkstellings- of doorstromingsprogramma's die door de Vlaamse overheid gereglementeerd worden;

3) de werknemers tewerkgesteld in het kader van dienstencheques, inclusief het omkaderingspersoneel (begeleidend en administratief) die verloond worden op basis van de loon- en arbeidsvoorwaarden voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juni 2014 (122707/CO/318.02).

HOOFDSTUK II. - Minimum loonschalen

  1. Algemene bepalingen

    Art. 2. § 1. De minimum bruto-jaarlonen voor de in artikel 1 bedoelde werknemers en de toepassingsdata worden bepaald overeenkomstig de in bijlage 1 gevoegde loonschalen.

    De toepassing van deze minimum bruto-jaarlonen en toekomstige indexeringen mag geen afbreuk doen aan de bruto-jaarlonen die voor de werknemers gunstiger zijn daar waar dergelijke toestand bestaat.

    § 2. Om de overeenstemmende bruto-maandlonen te bepalen moeten de bruto-jaarlonen gedeeld worden door twaalf. Om de overeenstemmende bruto-uurlonen te bepalen moeten de bruto-jaarlonen gedeeld worden door het getal dat het resultaat vormt van de vermenigvuldiging van de wekelijkse arbeidsduur, zoals bepaald in de sector, zijnde 38 uur met 52, wat resulteert in 1976.

    De bruto-uurlonen en -maandlonen worden vastgesteld overeenkomstig de berekeningswijze bepaald in dit artikel en als bijlage 1 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen.

    § 3. Voor de verdere berekeningsmodaliteiten van het bruto-maandloon en het bruto-uurloon wordt verwezen naar het bepaalde onder artikel 21 aangaande de koppeling van de lonen en wedden aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.

  2. Toekenning van minimum loonschalen, aanwervingsvoorwaarden en eventuele toegangsvereisten

    Art. 3. Voor de werknemers worden de minimum bruto jaarlonen en de eventuele toegangsvereisten per functie vastgesteld...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT