25 JUNI 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van een aantal maatregelen ter ondersteuning van de woonzorgcentra, de centra voor kortverblijf, de centra voor dagverzorging en de centra voor dagopvang naar aanleiding van de COVID-19-crisis vanaf 1 april 2021

Rechtsgronden

Dit besluit is gebaseerd op:

- het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, artikel 60, artikel 143, gewijzigd bij het decreet van 15 februari 2019, artikel 145 en 148, en artikel 150 en 152, gewijzigd bij het decreet van 15 februari 2019;

- het Woonzorgdecreet van 15 februari 2019, artikel 55 en 56, gewijzigd bij het decreet van 20 december 2019, en artikel 57.

Vormvereisten

De volgende vormvereisten zijn vervuld:

- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, zijn akkoord werd aangevraagd op 4 juni 2021.

- Er is geen advies gevraagd aan de Raad van State, met toepassing van artikel 3, § 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. Er is een dringende noodzakelijkheid omdat er dringend behoefte is aan financieel-economische duidelijkheid en zekerheid voor de ouderenvoorzieningen. De vastgelegde compensatiemaatregelen hebben een essentiële impact op de financiële leefbaarheid van de betreffende voorzieningen op korte termijn en op te nemen beslissingen over het behoud en de eventuele aanwerving van personeel.

Motivering

Dit besluit is gebaseerd op volgende motieven:

- De woonzorgcentra en centra voor kortverblijf herstellen van de zware gevolgen van de COVID-19-crisis op hun operationele werking. Heel wat bewoners en personeelsleden zijn besmet geraakt door het virus. Dat heeft geleid tot een grote uitval bij het personeel en een hoog aantal overlijdens bij de bewoners. Dankzij de vaccinatiestrategie is het aantal COVID-19-uitbraken in de woonzorgcentra drastisch gedaald. We gaan ervan uit dat die trend zich voortzet. Toch blijft het noodzakelijk om de woonzorgcentra en centra voor kortverblijf tot eind 2021 perspectief te geven in de vorm van een voortzetting van compensatiemaatregelen. Dat is van essentieel belang voor die woonzorgcentra die getroffen werden door een zware tot zeer zware COVID-19-uitbraak met hoge oversterfte als gevolg. We willen vermijden dat die woonzorgcentra de komende maanden genoodzaakt zijn personeel te ontslaan omdat ze hun omzet zien dalen door een lager aantal bewoners, net op een moment dat de COVID-19-crisis duidelijk maakt dat er meer personeel in de ouderenzorg noodzakelijk is. In de huidige omstandigheden is het voor zwaar getroffen woonzorgcentra onmogelijk om hun bewonersbezetting op korte termijn weer op peil te krijgen. We voorzien daarom in compenserende maatregelen. Daarnaast bieden we mogelijkheden om extra personeel in te schakelen zodat het personeel dat het afgelopen jaar sterk op de proef werd gesteld, inhaalrust kan opnemen.

- De gebruikers van de centra voor dagverzorging en centra voor dagopvang zitten in een lagere prioriteitsgroep dan de bewoners van woonzorgcentra en komen aan bod voor vaccinatie in de algemene bevolkingsgroep van 65-plussers. Voor die centra blijft het risico op een COVID-19-uitbraak ernstig. Boven blijven de social distancing-regels binnen hun werking gelden, waardoor ze minder gebruikers kunnen ondersteunen. Voor de centra voor dagverzorging en centra voor dagopvang wordt de continuïteitsborg verlengd tot ten minste 30 juni 2021 wat de dagprijscomponent betreft. Voor de centra voor dagverzorging wordt de compensatie van de basistegemoetkoming voor zorg verlengd tot en met 31 december 2021.

Juridisch kader

Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving:

- het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 13 maart 2020 tot het nemen van tijdelijke maatregelen om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2020 tot bepaling van een aantal maatregelen ter ondersteuning van de woonzorgcentra, de centra voor kortverblijf, de centra voor dagverzorging en de centra voor dagopvang naar aanleiding van de COVID-19 crisis.

Initiatiefnemer

Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding.

Na beraadslaging,

DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. besluit van 30 november 2018: het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming;

  2. basistegemoetkoming voor zorg CDV: de basistegemoetkoming voor zorg op 1 april 2021;

  3. gelijkgestelde uren: de niet-gepresteerde uren die gelijkgesteld worden met arbeidsuren, op voorwaarde dat ze aanleiding geven tot de betaling van een vergoeding door de voorziening (onder meer jaarlijkse vakantie, feestdagen, ziekteperiode die door een gewaarborgd loon gedekt wordt), met uitzondering van de dagen of uren disponibiliteit bij een openbaar bestuur;

  4. gemiddeld aantal gefactureerde uren per dag 2019: het gemiddelde aantal gefactureerde uren per dag in een centrum voor dagopvang dat berekend wordt op basis van de bezettingsgegevens van 2019, die ingediend zijn met toepassing van artikel 2 van het ministerieel besluit van 22 april 2015 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra, waarbij het totale aantal gefactureerde uren per centrum voor dagopvang voor het jaar 2019 wordt gedeeld door 250. Als er geen bezettingsgegevens voor 2019 zijn, wordt het gemiddelde aantal gefactureerde uren per dag bepaald op achttien uur;

  5. gemiddelde dagbezetting 2019: de gemiddelde dagbezetting van het centrum voor dagverzorging die berekend wordt op basis van de bezettingsgegevens van 2019, die ingediend zijn met toepassing van artikel 2 van het ministerieel besluit van 22 april 2015 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra en artikel 2 van het ministerieel besluit van 22 april 2015 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra voor palliatieve verzorging. Als er geen bezettingsgegevens voor 2019 zijn, wordt de gemiddelde dagbezetting op tien gebruikers bepaald;

  6. gepresteerde uren: de effectief gewerkte uren;

  7. gesloten dagen cohortzorg: de dagen tussen 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021 waarop het centrum voor dagverzorging dienst deed als cohortafdeling en bijgevolg genoodzaakt was te sluiten als centrum voor dagverzorging. Het centrum voor dagverzorging geeft die dagen door via het e-loket van het agentschap;

  8. gesloten dagen personeelsuitval: de dagen tussen 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021 waarop het centrum voor dagverzorging genoodzaakt is om volledig te sluiten door een gebrek aan personeel omdat alle personeelsleden hetzij tewerkgesteld zijn in een alternatieve arbeid die hun werkgever bepaalt, of in het aanbod dat erkend, vergund of gesubsidieerd is in het kader van het gezondheidsbeleid of het welzijns- en gezinsbeleid, hetzij ziek zijn, waardoor de continuïteit van het centrum voor dagverzorging niet gewaarborgd kan worden. Het centrum voor dagverzorging geeft die dagen door via het e-loket van het agentschap;

  9. individuele bezettingsgraad bijkomende erkenning: de individuele bezettingsgraad van het centrum voor dagverzorging in de referentieperiode van 1 juli 2018 tot en met 30 juni 2019, waarbij het aantal gefactureerde dagen dat met toepassing van artikel 456 van het besluit van 30 november 2018 is meegedeeld, wordt gedeeld door het maximale aantal openingsdagen tijdens die referentieperiode op basis van het aantal openingsdagen per week, meegedeeld in de bezettingsgegevens van 2018 die uiterlijk op 1 april 2019 ingediend zijn, met toepassing van het ministerieel besluit van 22 april 2015 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra en het ministerieel besluit van 22 april 2015 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra voor palliatieve verzorging, vermenigvuldigd met het gemiddelde individuele aantal erkende verblijfseenheden met bijkomende erkenning in de referentieperiode. Bij het ontbreken van bezettingsgegevens over de referentieperiode van 1 juli 2018 tot en met 30 juni 2019 wordt de individuele bezettingsgraad bijkomende erkenning bepaald op 0,8281. De individuele bezettingsgraad bedraagt maximaal 1;

  10. ondersteuningspersoneel:

    1. het personeel van de schoonmaakdienst, de logistieke dienst en de keuken, het personeel voor de begeleiding van wonen en leven;

    2. het personeel van de technische dienst en het onthaal;

    3. de medewerker ter ondersteuning van de bezoekersregeling;

  11. woonzorgcentrum: een woonzorgcentrum als vermeld in artikel 1, 57°, van het besluit van 30 november 2018, al dan niet met bijbehorend centrum voor kortverblijf als vermeld in artikel 1, 10°, van het voormelde besluit.

    HOOFDSTUK 2. - Maatregelen voor woonzorgcentra en centra voor kortverblijf

    Afdeling 1. - Financiële maatregelen

    Onderafdeling 1. - Continuïteitsborg

    Art. 2. Een erkend woonzorgcentrum kan in de periode van 1 april 2021 tot en met 31 december 2021 maandelijks in aanmerking komen voor een continuïteitsborg.

    Art. 3. Om in aanmerking te komen voor de continuïteitsborg, vermeld in artikel 2, voor een bepaalde maand, deelt een woonzorgcentrum de gegevens, vermeld in het derde lid, mee uiterlijk de twintigste van de maand die volgt op de maand in kwestie, met uitzondering van de gegevens voor de maanden juni en juli 2021 die uiterlijk op 31 augustus 2021 worden meegedeeld. De gegevens worden meegedeeld via het e-loket van het agentschap.

    De voorziening verliest het recht op de continuïteitsborg voor de maand in kwestie als de gegevens niet tijdig zijn meegedeeld conform het eerste lid.

    De volgende gegevens worden via het e-loket van het agentschap meegedeeld conform het eerste lid:

  12. het aantal effectief aanwezige bewoners: de som van het aantal effectief aanwezige bewoners voor elke dag van de maand in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT