25 JULI 2018. - Ministerieel besluit ter uitvoering van het koninklijk besluit van 4 september 2014 tot vaststelling van de modaliteiten en de voorwaarden voor de toekenning van de toelage bedoeld in artikel 3ter van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening voor de periode van 1 januari 2018 tot 31 december 2018

De Minister van Volksgezondheid,

Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, artikel 3ter, ingevoegd bij de wet van 24 juli 2008 en vervangen bij de wet van 10 april 2014;

Gelet op de wet van 22 december 2017 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2018;

Gelet op het koninklijk besluit van 4 september 2014 tot vaststelling van de modaliteiten en de voorwaarden voor de toekenning van de toelage bedoeld in artikel 3ter van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, de artikelen 2, 3, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 december 2016 en 5 gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 december 2016;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 29 juni 2018;

Overwegende de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, de artikelen 121 tot 124;

Overwegende het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen af te leggen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen, artikel 1,

Besluit :

Artikel 1. Een toelage van € 48.406.328,77 euro, aan te rekenen ten laste van basisallocatie 25/52.24.3300.06 van de begroting van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu voor het begrotingsjaar 2018, wordt toegekend aan de ziekenwagendiensten vermeld in bijlage 1.

Art. 2. De toelage bedoeld in artikel 1 is vastgesteld als volgt :

  1. een bedrag van 144.000 euro wordt toegekend per permanentieplaats;

  2. het bedrag, bedoeld in 1°, wordt verhoogd met 48.000 euro voor iedere bijkomende permanentie vanuit een zelfde permanentieplaats;

  3. het bedrag, bedoeld in 1°, wordt verhoogd met een bijkomend bedrag van 2.000 euro per permanentie om de kosten te dekken die vermeld worden in artikel 3, § 1, 3°, van het koninklijk besluit van 4 september 2014 tot vaststelling van de modaliteiten en de voorwaarden voor de toekenning van de toelage bedoeld in artikel 3ter van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening.

Art...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT